8.3.Oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van maatregelen het volgende laten meewegen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een poging tot doodslag van zijn ex-vriendin [aangeefster] door haar meermalen met een mes te steken in haar hals en andere delen van haar lichaam. Dit ernstig geweld volgde op het besluit van [aangeefster] om de liefdesrelatie te beëindigen. [aangeefster] heeft de aanval, ondanks het levensgevaarlijk letsel en bloedverlies, overleefd, mede omdat zij er zelf in slaagde de woning uit te komen zodat anderen haar konden helpen. Uit de medische stukken in het dossier en de verklaring van [aangeefster] op zitting is gebleken dat deze gebeurtenis grote impact op haar leven heeft: zij is lichamelijk beperkt, heeft psychische klachten, en ze heeft haar studie moeten staken en moeten verhuizen. [aangeefster] zal altijd herinnerd worden aan deze dag door de littekens op haar lichaam en de door de artsen verwachte aanzienlijke restbeperkingen. Verdachte heeft met deze aanval een grove inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van [aangeefster] .
Omdat de verdachte ten tijde van het feit volledig ontoerekeningsvatbaar was, kan aan hem geen straf worden opgelegd. Wel kan een maatregel worden opgelegd. De beide deskundigen en de reclassering hebben geadviseerd om aan de verdachte TBS met voorwaarden op te leggen, waarbij de reclassering de voorwaarden heeft geformuleerd.
Psychiatrisch onderzoek
In het rapport van psychiater Binnenwijzend wordt het volgende beschreven.
Er is bij verdachte sprake van een psychotische stoornis in de vorm van een waanstoornis van het achtervolgingstype. Daarnaast is sprake van een persoonlijkheidsstoornis met narcistische trekken en borderline trekken. Ten tijde van het ten laste gelegde was er bij verdachte sprake van een psychotische episode in het kader van zijn waanstoornis, die zich uitte in achtervolgings- en vergiftigingswanen.
Verdachte heeft zich op sociaal-emotioneel gebied beperkt ontwikkeld. Verdachte heeft moeite zijn emoties te reguleren en zijn impulsen te controleren, hij voelt zich snel afgewezen of miskend, is gevoelig voor krenking en heeft moeite zich in te leven in anderen en te reflecteren op zichzelf en zijn gedrag. Verdachte heeft een kwetsbaarheid voor psychotische ontregeling waarbij zijn kwetsbare persoonlijkheidsstructuur hem ontvankelijker maakt voor stress en waardoor hij extra gevoelig is voor psychotische decompensaties.
Het risico op recidive wordt matig tot hoog ingeschat. Belangrijke factor hierin is de behandeling van de psychotische stoornis. Wanneer er geen – of onvoldoende – behandeling plaatsvindt van de waanstoornis, is de kans groot dat achterdocht, angst en wanhoop in de toekomst opnieuw toenemen, als gevolg van wanen. De kans is aanzienlijk dat verdachte opnieuw in een situatie terecht komt waarin hij wordt geleid door zijn angst en hij geen andere uitweg ziet dan te handelen met geweld. Medicamenteuze behandeling, monitoring en begeleiding zijn daarom van essentieel belang om het risico op recidive te verkleinen.
Om de kans op herhaling te verkleinen is in de eerste plaats behandeling van psychotische symptomen noodzakelijk. Geadviseerd wordt verdachte daartoe op te laten nemen in een forensische kliniek met voldoende hoog beveiligingsniveau. Een klinische opname biedt de mogelijkheid om verdachte op zo adequaat mogelijke wijze in te stellen op medicatie. Daarnaast dient de behandeling zich te richten op psycho-educatie, cognitieve gedragstherapie gericht op psychotische symptomen, het opstellen van een signaleringsplan en nadere diagnostiek naar de persoonlijkheid zodat ook daarop eventuele behandeling kan worden ingezet. Inschatting is dat verdachte na een klinische opname langdurige ambulante behandeling door een forensisch FACT team nodig heeft. Het monitoren van medicatie inname kan onderdeel zijn van een dergelijke noodzakelijke langdurige ambulante behandeling. Verdachte zal vanuit zijn klinische opname moeten worden begeleid naar een nieuwe woning binnen een passende woonvorm, waarbij tevens oog is voor passende ondersteuning op sociaal-maatschappelijk en financieel gebied.
Vanwege de ernst van het ten laste gelegde, de noodzaak van behandeling bij het matig tot hoge recidiverisico, de voortdurende psychotische belevingen en het reële gevaar voor toename van psychotische symptomen bij onvoldoende begeleiding en monitoring, en vanwege de bestaande onzekerheden op psychosociaal gebied wordt geadviseerd een TBS maatregel op te leggen. Omdat verdachte aangeeft volledig bereid te zijn mee te werken aan behandeling en hij in het verleden behandeladviezen ter harte heeft genomen, wordt TBS met voorwaarden als voldoende kader ingeschat.
Psychologisch onderzoek
In het rapport van psycholoog De Groot wordt het volgende beschreven.
Er is sprake van een ernstige, recidiverende psychotische stoornis, gekenmerkt door een uitgebreid waansysteem met paranoïde-, achtervolgings- en vergiftigingswanen. Er is sprake van betrekkingsideeën en een verhoogde betekenisverlening, waarbij verdachte allerlei toevallige uitspraken van anderen of gebeurtenissen betrekt op zichzelf en bij zijn waansysteem. Psychotische episodes gaan bij hem gepaard met gevoelens van angst, somberheid en verdriet, er is sprake van fixatie op zijn psychotische ideeën en van dwangmatig gedrag. Onderliggend is sprake van een zeer kwetsbare persoonlijkheidsstructuur en een persoonlijkheidsstoornis met narcistische en borderline trekken.
De kans op recidive in een ernstig geweldsdelict zoals het ten laste gelegde hangt één op één samen met de mate waarin verdachte psychotisch is. Om de kans op recidive te verkleinen is het van belang dat verdachte wordt behandeld voor zijn psychoses en ook voor zijn onderliggende persoonlijkheidsproblematiek. Voor zijn waanideeën kan naast medicamenteuze behandeling ook cognitieve gedragstherapie worden ingezet. Verdachte dient geholpen te worden met het vergroten van ziekte-inzicht, zodat hij de signalen van terugval in een psychose voortijdig leert te herkennen.
Ook behandeling van de onderliggende persoonlijkheidsproblematiek is van belang. De inschatting is dat als verdachte zijn zelfgevoel en emotionele copingvaardigheden versterkt, hij mogelijk minder gevoelig is voor psychotische decompensatie. In de behandeling kan worden gewerkt aan het verdragen van en omgaan met grenzen van anderen en aan het toewerken naar realistische levensdoelen.
Gelet op het matig tot hoge recidiverisico en de forse psychiatrische problematiek, is een klinische start binnen een forensische kliniek van belang. Gezien de behandelmotivatie van verdachte en het feit dat het gevaarrisico heel specifiek geldt voor de persoon die het onderwerp is van zijn waan, kan worden volstaan met een gemiddeld beveiligingsniveau. Een langdurige ambulante behandeling lijkt nodig zodat goed gemonitord kan worden hoe verdachte omgaat met teleurstellingen en bijvoorbeeld een nieuwe relatie.
De behandeling, met klinische start binnen een forensische instelling, en een langdurige ambulante behandelfase, kan het beste worden vormgegeven binnen een TBS met voorwaarden. Vanwege het hoge gevaarrisico op ernstige delicten is een stevig en langdurig behandelkader nodig. De verwachting is dat TBS met voorwaarden qua duur, mate van drang en behandelmogelijkheden voldoende mogelijkheden biedt om de kans op recidive, ook op de langere termijn, terug te dringen en de maatschappij te beschermen.
Verdachte staat open voor een langdurige forensische behandeling. Zijn psychiatrische voorgeschiedenis wijst uit dat hij altijd goed meewerkt met behandeling, medicatietrouw is en dat hij aanwijzingen van behandelaars serieus neemt. De verwachting is dan ook dat hij goed in staat zal zijn om zich aan de voorwaarden van een TBS met voorwaarden te houden.
Reclasseringsadvies
In het dossier bevindt zich tevens een reclasseringsadvies ten behoeve van de rechtszitting, opgesteld door [naam] , reclasseringswerker, van 3 maart 2023. Hierin wordt weergegeven dat de reclassering positief adviseert over TBS met voorwaarden. De reclassering adviseert om deze dadelijk uitvoerbaar te verklaren. Verdachte heeft zich bereid verklaard mee te willen werken aan de daarbij door de reclassering geadviseerde voorwaarden.
De reclassering conformeert zich aan de conclusies van de psycholoog en de psychiater.
Ter zitting heeft reclasseringswerker [naam] in aanvulling op het reclasseringsrapport verklaard dat naast het opleggen van de TBS met voorwaarden het opleggen van de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel overwogen kan worden. Een TBS met voorwaarden kan niet langer dan negen jaar duren. Bij oplegging van een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel kan, zo nodig, ook na de beëindiging van de TBS-maatregel toezicht op verdachte worden gehouden. Psychiater Binnenwijzend heeft op zitting verklaard oplegging van een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel passend te vinden.
TBS-maatregel
De rechtbank stelt vast dat is voldaan aan de voorwaarden voor het opleggen van TBS met voorwaarden. Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een misdrijf waar naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van vier jaar of meer op is gesteld, te weten poging tot doodslag. Tijdens het begaan van het feit bestond bij verdachte een ziekelijke stoornis van de geest, te weten een psychotische stoornis.
De algemene veiligheid van personen maakt het nodig dat aan verdachte een TBS-maatregel wordt opgelegd. Verdachte heeft een zwaar geweldsdelict begaan en de inschatting van de deskundigen is dat het risico op herhaling – zonder behandeling – matig tot hoog is.
De geadviseerde behandeling en het veiligheidsniveau van de kliniek waar verdachte behandeld zou moeten worden, passen wat de deskundigen betreft binnen het kader van TBS met voorwaarden.
De rechtbank stelt op basis van de stukken en het verhandelde ter zitting vast dat verdachte gemotiveerd is om mee te werken aan de behandeling binnen het geadviseerde kader.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank het passend en geboden dat aan verdachte de TBS met voorwaarden wordt opgelegd, met de door de reclassering geadviseerde voorwaarden. Verdachte heeft zich ter terechtzitting bereid verklaard de door de reclassering geadviseerde voorwaarden na te leven.
De rechtbank zal bepalen dat de TBS met voorwaarden dadelijk uitvoerbaar is. De rechtbank vindt het noodzakelijk dat de behandeling van verdachte direct na dit vonnis aanvangt, ook indien hoger beroep wordt ingesteld.
Het bewezenverklaarde feit is een misdrijf dat gericht is tegen dan wel gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een of meer personen, zodat, in geval van een omzetting van de TBS met voorwaarden in een TBS met dwangverpleging, de termijn van de TBS-maatregel met dwangverpleging niet beperkt is tot vier jaren.
Gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel
De rechtbank is van oordeel dat, naast de TBS met voorwaarden, oplegging van een gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel nodig is. Aan de hiervoor geldende voorwaarden is voldaan. Verdachte wordt namelijk ter beschikking gesteld als bedoeld in de artikel 38 Sr. Gelet op de ernst en omstandigheden van het bewezenverklaarde feit, de psychiatrische problematiek van de verdachte en het daarmee samenhangende recidiverisico, zoals hiervoor beschreven, acht de rechtbank het ter bescherming van de algemene veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen nodig dat gedragsbeïnvloedende en/of vrijheidsbeperkende voorwaarden toegepast kunnen worden na afloop van de TBS met voorwaarden.