ECLI:NL:RBAMS:2023:2272

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
4 april 2023
Publicatiedatum
14 april 2023
Zaaknummer
731306 / FA RK 23-1876
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Ondernemingsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tijdelijke zorgmachtiging met aanhouding in verband met beslistermijn

Op 4 april 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven inzake een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek is ingediend door de officier van justitie en betreft een betrokkene, geboren in 1949, die lijdt aan een psychische stoornis, waaronder schizofrenie en een stoornis in het gebruik van middelen. De advocaat van de betrokkene, mr. P. Jeeninga, heeft bezwaar gemaakt tegen het feit dat de betrokkene niet is gehoord tijdens de mondelinge behandeling, omdat zij naar Duitsland was vertrokken in verband met het overlijden van haar zus. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene niet is verschenen op afspraken met de onafhankelijk psychiater en dat zij bekend staat als zorgmijder. De rechtbank heeft geoordeeld dat er voldoende informatie beschikbaar was om een zorgmachtiging te verlenen, ondanks het ontbreken van persoonlijk contact met de betrokkene.

De rechtbank heeft de noodzaak van verplichte zorg onderbouwd door te stellen dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. De betrokkene heeft aangegeven dat zij een zorgmachtiging in geval van ernstige decompensatie op prijs stelt, maar de rechtbank achtte dit onvoldoende voor zorgverlening op vrijwillige basis. De rechtbank heeft een zorgmachtiging verleend voor de duur van twee maanden, tot uiterlijk 4 juni 2023, en de behandeling van het verzoek voor het overige aangehouden. De rechtbank heeft de advocaat van de betrokkene verzocht om de rechtbank tijdig te informeren over de terugkeer van de betrokkene naar Nederland, zodat een nieuwe mondelinge behandeling kan worden gepland.

De beschikking is mondeling gegeven door rechter mr. H.P.E. Has en is op 14 april 2023 schriftelijk uitgewerkt. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd
zaaknummer / rekestnummer: 731306 / FA RK 23-1876
kenmerk: ZM / IND / 96052
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 4 april 2023van de rechtbank Amsterdam naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] 1949,
wonende aan de [adres] ,
zorgaanbieder: Arkin,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. P. Jeeninga.

1.Procesverloop

Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 22 maart 2023.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 4 april 2023 in het gebouw van de rechtbank te Amsterdam. De rechtbank heeft hier de volgende personen gehoord:
- mr. P. Jeeninga, advocaat van betrokkene;
- de heer J. van Olst, psychiater.
De officier van justitie is niet gehoord, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2.Beoordeling

2.1.
Betrokkene is niet tijdens de mondelinge behandeling gehoord, omdat zij, naar zeggen van haar advocaat, in verband met het (aanstaande) overlijden van haar zus naar Duitsland is vertrokken. Voorts heeft de advocaat van betrokkene bezwaar gemaakt tegen de omstandigheid dat betrokkene bij indiening van het verzoekschrift niet is onderzocht door een onafhankelijk psychiater. De advocaat verzoekt om deze redenen om aanhouding van de mondelinge behandeling van het verzoekschrift.
2.2.
Uit de medische verklaring van 16 maart 2023 blijkt dat betrokkene door de onafhankelijk psychiater voor twee afspraken is uitgenodigd, maar hier niet is verschenen. Ook bleek betrokkene bij herhaling telefonisch niet bereikbaar. Betrokkene staat bekend als zorgmijder en verschijnt ook niet op afspraken bij haar ambulante behandelteam. De onafhankelijk psychiater heeft ook de afweging gemaakt op huisbezoek te gaan, maar door de vaste behandelaars is dit afgeraden in verband met het gemakkelijk oplopen van spanning bij betrokkene, hetgeen leidt tot agressie van haar en haar huisgenoot. Gelet op het voorgaande heeft naar het oordeel van de rechtbank de psychiater, hoewel geen persoonlijk contact met betrokkene heeft plaatsgevonden, datgene gedaan wat redelijkerwijs verwacht kon worden om het onderzoek fysiek te laten plaatsvinden. De psychiater heeft door onderzoek van het dossier en het verkrijgen van actuele informatie van derden getracht inzicht te verkrijgen in de actuele gezondheidstoestand van betrokkene en de noodzaak tot het treffen van de beoogde maatregel. Er is derhalve, met inachtneming van het voorgaande, sprake van een zorgvuldig onderzoek dat als basis kan dienen voor de (kortdurende) te nemen beslissing.
2.3.
De rechtbank ziet zich voorts geconfronteerd met een beslistermijn van drie weken na indiening van het verzoekschrift, op straffe van verval van de huidige zorgmachtiging (art. 6:6 lid 2 jo. art. 6:2 lid 1 onder e Wvggz). In verband met een krap zittingsrooster en de omstandigheid dat uiterst onzeker is of betrokkene is teruggekeerd na afloop van de beslistermijn, ziet de rechtbank zich genoodzaakt een zorgmachtiging voor korte duur te verlenen en de beslissing voor het overige aan te houden. Dit stelt betrokkene in de gelegenheid om op een later tijdstip alsnog door de rechtbank te worden gehoord en om betrokkene de gelegenheid te bieden door een onafhankelijk psychiater te worden onderzocht.
2.4.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, in de vorm van schizofrenie en een stoornis in het gebruik van cannabis, cocaïne en opioïde.
2.5.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in
:
  • ernstig lichamelijk letsel;
  • ernstige psychische schade;
  • maatschappelijke teloorgang;
  • de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept;
  • de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is.
2.6.
Om het ernstig nadeel af te wenden heeft betrokkene zorg nodig.
2.7.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Hoewel betrokkene stelt een zorgmachtiging in geval van ernstige decompensatie op prijs te stellen, zodat op dat moment kan worden ingegrepen, acht de rechtbank dit onvoldoende bestendig voor zorgverlening op vrijwillige basis. Daaraan draagt bij de omstandigheid dat betrokkene op andere momenten geen inmenging door zorgverleners verdraagt en gemakkelijk agressief kan reageren. Er is sprake van een chronisch psychotisch beeld, hetgeen door middelengebruik wordt versterkt dan wel in stand wordt gehouden. Indien betrokkene uit Duitsland terugkeert, acht de rechtbank het dan ook noodzakelijk dat de behandelaars spoedig zicht op betrokkene kunnen krijgen en zo nodig kunnen handelen. Om die reden is verplichte zorg nodig. Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.8.
Van de in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg, die zijn gebaseerd op het zorgplan, het advies van de geneesheer-directeur en hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is besproken, acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk:
  • toedienen van medicatie gedurende twee maanden;
  • het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening gedurende twee maanden;
  • beperken van de bewegingsvrijheid gedurende twee maanden;
  • insluiten gedurende twee maanden;
  • uitoefenen van toezicht op betrokkene gedurende twee maanden;
  • onderzoek aan kleding of lichaam gedurende twee maanden;
  • onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen gedurende twee maanden;
  • controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen gedurende twee maanden;
  • aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen en het houden aan afspraken met het ambulante behandelteam gedurende twee maanden;
  • opnemen in een accommodatie gedurende twee maanden.
2.9.
De verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.10.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de duur van twee maanden, te weten tot uiterlijk 4 juni 2023. De rechtbank zal het restant van het verzoek aanhouden, met inachtneming van hetgeen de rechtbank in rechtsoverweging 2.3. heeft overwogen. Daarbij verwacht de rechtbank van de advocaat van betrokkene dat hij de rechtbank zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk twee weken voor afloop van deze zorgmachtiging informeert over de terugkeer van betrokkene naar Nederland, zodat een nieuwe mondelinge behandeling gepland kan worden alwaar ook betrokkene op het verzoek gehoord kan worden. Voorts kan betrokkene, indien zij dit wenst, al dan niet in samenspraak met haar advocaat en haar behandelaars, voor afloop van deze zorgmachtiging, alsnog door een onafhankelijk psychiater worden onderzocht. Deze nieuwe medische verklaring dient dan uiterlijk één week voor de nog te plannen mondelinge behandeling door één van deze drie betrokkenen aan de rechtbank te worden overgelegd.

3.Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van
[betrokkene], geboren op [geboortedatum] 1949, inhoudende dat gedurende de looptijd van de machtiging bij wijze van verplichte zorg de in rechtsoverweging 2.8. genoemde maatregelen kunnen worden getroffen;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met uiterlijk 4 juni 2023;
houdt de behandeling van het verzoekschrift voor het overige aan tot een nader te bepalen datum en tijdstip;
verzoekt de advocaat van betrokkene uiterlijk twee weken voor afloop van deze zorgmachtiging de rechtbank te informeren als hiervoor in rechtsoverweging 2.10. omschreven;
verzoekt betrokkene, haar behandelaars of advocaat uiterlijk één week voor de te plannen mondelinge behandeling aan de rechtbank over te leggen de medische verklaring, voor zover betrokkene gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid alsnog door een onafhankelijk psychiater te worden onderzocht.
Deze beschikking is op 4 april 2023 mondeling gegeven door mr. H.P.E. Has, rechter, en in het openbaar uitgesproken, bijgestaan door J.M. Vos als griffier en op 14 april 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.