ECLI:NL:RBAMS:2023:2093

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
23 maart 2023
Publicatiedatum
6 april 2023
Zaaknummer
71/306741-22
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorhanden hebben van vuurwapens en munitie met betrekking tot de Wet wapens en munitie

Op 23 maart 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die zich schuldig heeft gemaakt aan het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen, een geladen revolver, een pistool en bijbehorende munitie. De verdachte, geboren in 1989 en thans gedetineerd, werd beschuldigd van het voorhanden hebben van deze wapens op 24 november 2022 in Rotterdam. Tijdens de zitting op 9 maart 2023 heeft de rechtbank kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en de verdediging, die pleitte voor partiële vrijspraak. De rechtbank oordeelde dat de verdachte bekend had de wapens en munitie voorhanden te hebben gehad, en dat er sprake was van medeplegen met een derde, die de wapens bij de verdachte had achtergelaten. De rechtbank achtte het bewezen dat de verdachte de wapens en munitie voorhanden had, en oordeelde dat het feit strafbaar was. De rechtbank legde een gevangenisstraf van 24 maanden op, met aftrek van voorarrest, en motiveerde deze straf door te wijzen op de ernst van het feit en de risico's die het voorhanden hebben van vuurwapens met zich meebrengt voor de samenleving. De rechtbank benadrukte dat vuurwapens een groot gevaar vormen en dat het onbevoegd voorhanden hebben daarvan een ernstige inbreuk op de rechtsorde is. De verdachte had geen strafblad, maar de rechtbank vond de omstandigheden waaronder de wapens werden bewaard zorgelijk, vooral omdat een geladen revolver toegankelijk was voor het jonge kind van de verdachte.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummer: 71/306741-22
Datum uitspraak: 23 maart 2023
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken, in de zaak tegen:
[verdachte] ,
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1989,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres verdachte] ,
thans gedetineerd te: [detentieplaats] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is op tegenspraak gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 9 maart 2023.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie van het Landelijk Parket met nummer LAP0970, en van wat verdachte en zijn raadsvrouw, mr. K. Kuster, naar voren hebben gebracht.

2.Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat hij op of omstreeks 24 november 2022 te Rotterdam, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
- een wapen van categorie II onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten een geweer van het merk FEG, model AK63D, kaliber 7,62x39 mm, zijnde een vuurwapen geschikt om automatisch te vuren
,- twee wapens van categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een revolver van het merk Smith & Wesson, model 36 en/of een pistool van het merk Ekol, type Botan, zijnde vuurwapens in de vorm van geweren, revolvers of pistolen en/of
- munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten
• 30 patronen van kaliber 7,62x39 mm,
• 23 patronen van het merk Sellier & Bellot van kaliber 9x17 mm, 9x19 mm en .38 special,
• 8 patronen van het merk Gfl van kaliber 6,35 mm en/of
• 2 patronen van het merk Geco van kaliber 7,62x39 en 9 mm luger
voorhanden heeft gehad.

3.Waardering van het bewijs

3.1
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie vindt dat het feit, dat verdachte de wapens en munitie samen met een of meerdere anderen voorhanden heeft gehad, bewezen kan worden.
3.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft partiële vrijspraak bepleit ten aanzien van het ten laste gelegde medeplegen. Er was geen sprake van een nauwe en bewuste samenwerking. Daarnaast heeft zij ook partiële vrijspraak bepleit voor de munitie, omdat het dossier ten aanzien van de hoeveelheid aangetroffen munitie niet zonder meer duidelijk is.
3.3
Oordeel van de rechtbank
Verdachte heeft bekend de wapens en munitie voorhanden te hebben gehad. Verdachte heeft verklaard dat de revolver van het merk Smith & Wesson en het pistool van het merk Ekol van een vriend van hem waren en bij hem in zijn woning zijn achtergebleven nadat deze vriend is overleden. Bij zijn verhuizing heeft verdachte die wapens meeverhuisd naar zijn huidige woning. Verdachte heeft ten aanzien van het geweer van het merk FEG, verklaard dat dit vuurwapen een tijd geleden bij hem in zijn woning is achtergelaten door een andere bekende.
Vuurwapens
De rechtbank stelt op basis van de bekennende verklaring van verdachte, het proces-verbaal “forensisch onderzoek bij assistentie doorzoeking [adres] ” en het proces-verbaal “Onderzoek (vuur)wapens en munitie” vast dat verdachte op 24 november 2022 in Rotterdam de in de tenlastegelegde genoemde wapens en munitie voorhanden heeft gehad.
Vervolgens dient de vraag te worden beantwoord er sprake is van medeplegen. Naar het oordeel van de rechtbank is dit niet het geval voor de revolver van het merk Smith & Wesson en het pistool van het merk Ekol. Doordat de bekende die de wapens bij verdachte heeft achtergelaten voor de tenlastegelegde periode is overleden, kon er op of omstreeks 24 november 2022 geen sprake (meer) zijn van een nauwe en bewuste samenwerking met hem.
Dit is anders voor het geweer van het merk FEG en de daarbij behorende munitie. Uit de verklaring van verdachte ter zitting blijkt dat hij voor een derde op diens verzoek een wapen met munitie in zijn woning bewaarde en dat hij wilde dat die derde dat daar kwam ophalen. Daaruit volgt naar het oordeel van de rechtbank dat de beschikkingsmacht over die goederen niet alleen lag bij verdachte, maar ook bij die derde. Immers had verdachte die goederen in bewaring op verzoek van die derde en had die derde dus via verdachte toegang tot die goederen. Er was daarmee sprake van het in vereniging voorhanden hebben van dat wapen en munitie.
De rechtbank acht op basis van bovenstaande ook bewezen dat verdachte de munitie behorende bij die wapens tezamen met een ander of alleen voorhanden heeft gehad. De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsvrouw, omdat uit voornoemde processen-verbaal de hoeveelheid van de aangetroffen munitie, zoals genoemd in de tenlastelegging blijkt.
3.4
Bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat verdachte:
op 24 november 2022 te Rotterdam, tezamen en in vereniging met een ander, althans alleen,
- een wapen van categorie II onder 2 van de Wet wapens en munitie, te weten een geweer van het merk FEG, model AK63D, kaliber 7,62x39 mm, zijnde een vuurwapen geschikt om automatisch te vuren,- twee wapens van categorie III onder 1 van de Wet wapens en munitie, te weten een revolver van het merk Smith & Wesson, model 36 en een pistool van het merk Ekol, type Botan, zijnde vuurwapens in de vorm van revolvers of pistolen en- munitie van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten• 30 patronen van kaliber 7,62x39 mm,• 23 patronen van het merk Sellier & Bellot van kaliber 9x17 mm, 9x19 mm en .38 special,• 8 patronen van het merk Gfl van kaliber 6,35 mm en/of• 2 patronen van het merk Geco van kaliber 7,62x39 en 9 mm luger,voorhanden heeft gehad.

4.De strafbaarheid van het feit

Het bewezen geachte feit is volgens de wet strafbaar. Het bestaan van een rechtvaardigingsgrond is niet aannemelijk geworden.

5.De strafbaarheid van verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van verdachte uitsluit. Verdachte is dan ook strafbaar.

6.Motivering van de straf

6.1
Standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie heeft gevorderd dat aan verdachte een gevangenisstraf van 24 maanden, met aftrek van voorarrest, wordt opgelegd.
6.2
Standpunt van de verdediging
De raadsvrouw heeft verzocht om bij de strafoplegging rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van verdachte. Verdachte heeft een vriendin, een kind, een koophuis en een vaste baan. Daarmee heeft verdacht een groot persoonlijk belang om weer de maatschappij in te komen. Verdachte heeft geen strafblad. Hij beseft dat hij fout zat. De kans op herhaling is dan ook klein. Een gevangenisstraf voegt daarom enkel leed toe. Bovendien is verdachte al gestraft door het voorarrest en alle consequenties die dat heeft gehad voor hem. Er moet ook gekeken worden naar de toekomst en op welke wijze voorkomen kan worden dat er weer iets gebeurt. De raadsvrouw heeft daarom verzocht een forse voorwaardelijke gevangenisstraf met algemene voorwaarden aan verdachte op te leggen.
6.3
Oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben van een automatisch vuurwapen, een geladen revolver, een pistool en bijbehorende munitie. Vuurwapens vormen een groot gevaar voor de samenleving. Het onbevoegd voorhanden hebben daarvan maakt een ernstige inbreuk op de rechtsorde en leidt tot gevoelens van onveiligheid in de samenleving. Met het voorhanden hebben van verschillende vuurwapens, waaronder een zwaar automatisch vuurwapen, heeft verdachte een potentieel gevaarlijke situatie gecreëerd omdat het voorhanden hebben van wapens kan leiden tot het gebruik ervan. Niet zelden heeft vuurwapengeweld een dodelijke afloop. Het ongecontroleerde bezit van wapens brengt dus een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich mee. Vuurwapenbezit is dan ook een ernstig feit, maar de rechtbank vindt daarbij ook de omstandigheden waaronder verdachte deze wapens in zijn woning heeft bewaard zeer zorgelijk. De geladen revolver werd onder de bank aangetroffen. Dit wapen lag hierdoor voor het grijpen voor het tweejarige kind van verdachte. De rechtbank neemt dit verdachte extra kwalijk.
De rechtbank heeft gekeken naar het strafblad van verdachte, waaruit blijkt dat hij niet eerder voor een soortgelijk feit is veroordeeld. De rechtbank heeft ook gekeken naar het reclasseringsrapport van 3 maart 2023. Verdachte ontkent zich bezig te houden met criminele activiteiten, maar gaat wel om met mensen met justitiecontacten. De reclassering kan geen goede inschatting maken van de risico’s, maar stelt wel dat het netwerk waar verdachte mee omgaat een risicofactor is. De reclassering adviseert geen bijzondere voorwaarden aan verdachte op te leggen en heeft de indruk dat verdachte in staat is om zich aan beïnvloeding te onttrekken.
Alles afwegende, komt de rechtbank tot de conclusie dat de reactie die moet volgen op het bewezenverklaarde een gevangenisstraf is. De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van deze vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder laten meewegen dat oplegging van een andere of lichtere sanctie dan een onvoorwaardelijke vrijheidsstraf onvoldoende recht doet aan de aard en de ernst van het gepleegde feit. De strafdoelen vergelding en generale preventie staan hierbij voorop. De boodschap die de rechtbank verdachte, maar ook de maatschappij wil geven, is dat het bezit van (automatische) wapens en bijbehorende munitie leidt tot een stevige reactie.
De rechtbank heeft daarbij gekeken naar de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS). Hierin wordt als uitgangspunt voor het voorhanden hebben van een pistool of revolver in een woning een gevangenisstraf van vier maanden wordt gehanteerd. Voor een automatisch vuurwapen is dit een gevangenisstraf van twaalf maanden. Als strafverzwarende omstandigheden neemt de rechtbank mee dat de revolver geladen was, verdachte ook voor de andere wapens bijpassende munitie voorhanden had, dat de wapens door verdachte werden bewaard in zijn woning: een omgeving waar zijn tweejarige kind veilig behoort op te kunnen groeien en dat hij één van de wapens in vereniging voorhanden heeft gehad. Alles afwegend, ziet de rechtbank geen aanleiding in - voor verdachte - positieve zin af te wijken van de eis van de officier en van justitie en vindt de rechtbank een gevangenisstraf van 24 maanden, met aftrek van voorarrest, passend en geboden.

7.Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 47 van het Wetboek van Strafrecht en 26 en 55 van de Wet Wapens en Munitie.

8.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het ten laste gelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 3.4 is vermeld.
Het bewezenverklaarde levert op:
(medeplegen van) handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie II en categorie III
en
(medeplegen van) handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
24 (vierentwintig) maanden.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf zal volledig plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.
Dit vonnis is gewezen door
mr. E. van den Brink, voorzitter,
mrs. A.S. Dogan en C.M. Mellema, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K. Kanters griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 23 maart 2023.
De bewijsmiddelen.
1.
De bekennende verklaring die verdachte ter terechtzitting heeft afgelegd zoals neergelegd in het proces-verbaal van die terechtzitting.
“Ik was me bewust van de aanwezigheid van de vuurwapens. Ik wist ook van de munitie.
(…)
Het automatische geweer is een tijdje geleden, voordat de politie is langsgekomen, bij mij achtergelaten. Ik heb hiermee ingestemd. Mijn huis is verdeeld in meerdere verdiepingen. Op de eerste verdieping is door een bekende van mij een tas achtergelaten. Deze bekende vertelde mij dat hij de tas de dag erna weer op kwam halen. Ik ben naïef geweest en ik heb niet gekeken wat er in de tas zat. De ochtend daarna heb ik de tas geopend. Toen zag ik het wapen en heb ik het verplaatst naar boven. Ik heb die meneer proberen te bereiken om het wapen zo snel mogelijk uit mijn huis te krijgen. Hij nam toen niet op. Later belde hij terug dat hij het wapen kon ophalen.
2.
Een proces-verbaal van forensisch onderzoek bij assistentie doorzoeking woning [adres] met nummer PL2600-2022033897-4, opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaren N826 en N803, p. 93.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde opsporingsambtenaren:
“Op 24 november 2022 kwamen wij naar aanleiding van een doorzoeking voor een forensisch onderzoek aan op de locatie [adres] . (…)Het tactische team had in een tas een vuurwapen aangetroffen. (…) Ik zag in de tas tevens een houder met patronen. Ik zag dat het vuurwapen een automatisch AK model betrof. (…) Ik heb het vuurwapen verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AAOY6550NL. De houder met patronen heb ik verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AAOY6551NL. De tas waar het vuurwapen in zat hebben wij verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AAOY6561NL (…) Wij werden aangesproken dat het tactische team nog een vuurwapen had gevonden in de ruimte (…). Ik heb het vuurwapen en houder met munitie verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AAOY6560NL. (…) Wij zagen dat in alle drie de sokken verschillende soorten munitie zat. In de grijs/zwarte/blauwe sok zaten acht kogelpatronen. Wij hebben de sok en de munitie apart van elkaar verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AAOY6555NL (sok) en AAOY6554NL (Munitie). In de witte sok zaten zes kogelpatronen. Wij hebben deze apart van elkaar verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AAOY6557NL (sok) en AAOY6556NL (munitie). In de roze sok zaten negen kogelpatronen. Wij hebben deze apart van elkaar verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AAOY6559NL (sok) en AAOY6558NL (munitie). In de woonkamer vond het tactische team nog een vuurwapen. (…) Ik zag dat de revolver geladen was. (…) Ik zag dat er in de trommel vijf kogelpatronen aanwezig waren. Ik heb de revolver en de munitie apart van elkaar verpakt, verzegeld en gewaarmerkt met SIN AOY6534MNL (revolver) en AOY6535NL (munitie).”
3.
Een proces-verbaal van onderzoek (vuur)wapens en munitie met nummer PL2600-2022033897-16, opgemaakt door de daartoe bevoegde opsporingsambtenaar N836, p. 106.
Dit proces-verbaal houdt onder meer in als verklaring van voornoemde opsporingsambtenaar:
“AAOY6550NL (…) Kaliber: 7,62x39mm (…) Ik zag dat het geweer een (semi) automatisch geweer betrof van het merk "FEG" model "AK63D". (…)
AAOY6551NL (…) 30 patronen van het kaliber 7,62x39mm. (…) welke
verschoten kunnen worden met bovengenoemde (semi) automatisch vuurwapen van het
merk "FEG" modeltype "AK63D" voorzien van SIN AAOY6550NL. (…)
AAOY6560NL (…) Magazijn+ 3 patronen (half geladen) (…) Het inbeslaggenomen voorwerp was oorspronkelijk een gaspistool van het merk Ekol type Botan, (…)
AAOY6554NL (…) 8 kogelpatronen (…) Het betreft kogelpatronen van het kaliber 6,35 mm. (…) AAOY6556NL (…) Het betreft 2 kogelpatronen van het kaliber 9,19 mm en 4 kogelpatronen met het kaliber .38 special. (…) AAOY6558NL (…) 9 kogelpatronen (…) Het betreft kogelpatronen van het kaliber 9x19mm van het merk Sellier & Bellot. (…) AAOY6534NL (….) Merk/type: Smith & Wesson Model 36 (…) Geladen in vwp 5 kogelpatronen aaoy6535nl. (…) Ik zag dat het vuurwapen een revolver betrof van het merk Smith & Wesson (…) AAOY6535NL (…) Ik zag dat deze 5 kogelpatronen onbeschadigd en onverschoten waren. Het betreft kogelpatronen van het kaliber .38 special. (…) AAPM3114NL (…) 3 patronen uit patroonmagazijn AAOY6560NL (…) Het betreft kogelpatronen van het kaliber 9xl7mm (kort). (…) AAPM3116NL (…) 2 patronen uit rugzak AAOY6561. (…) Het betreft kogelpatronen van het kaliber 7,62x39 en 9mm luger.”