8.3.Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft bij de bepaling van de op te leggen maatregel gelet op de aard en de ernst van wat bewezen is verklaard, de omstandigheden waaronder dit is begaan, mede gelet op de persoon en de omstandigheden van de verdachte zoals van een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
De ernst van de feiten
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een fietsendiefstal. Dit is een vervelend feit, dat overlast veroorzaakt bij slachtoffers. Verdachte heeft met zijn handelen aangegeven geen respect te hebben voor andermans eigendom.
De persoon van de verdachte
De rechtbank heeft kennisgenomen van het rapport van GGZ Reclassering Inforsa Amsterdam, van 9 maart 2023, opgemaakt door [reclasseringsmedewerker] . Dit rapport houdt – zakelijk weergegeven – onder meer het volgende in:
‘De heer [verdachte] komt reeds langdurig in aanraking met justitie wegens het plegen van vermogensdelicten, voornamelijk fietsendiefstal. Zijn delictgedrag is gerelateerd aan zijn financiële situatie, middelengebruik, houding en psychosociaal functioneren. Hij doorliep van 2016 tot en met 2018 de maatregel Inrichting Stelselmatige Daders (ISD) en voldoet wederom aan de criteria van deze maatregel.
De heer [verdachte] is langdurig bekend bij de reclassering. Eerdere trajecten werden voornamelijk negatief geretourneerd. Betrokkene kwam afspraken niet na en werkte niet mee aan de geïndiceerde hulpverlening. Zowel ambulant als klinische behandeltrajecten werden voortijdig negatief beëindigd. Betrokkene kreeg in 2019 en 2020 een kans om zichzelf te bewijzen binnen een schorsingstoezicht en een voorwaardelijke veroordeling met een klinische opname. Hij hield zich bij beide toezichten niet aan de afspraken en verliet de kliniek in maart 2020 tegen advies in.
Betrokkene beschikt niet over een vast woon- of verblijfadres en staat al enkele jaren nergens ingeschreven. Daarbij ontving betrokkene de afgelopen jaren geen inkomen en is het niet duidelijk hoe hij in zijn levensonderhoud voorzag of waar hij verbleef.
De heer [verdachte] beschikt niet over zinvolle dagbesteding en heeft een zeer beperkt steunend sociaal netwerk. Er is sprake van langdurige verslavingsproblematiek die in directe relatie staat tot zijn delictgedrag. Er is sprake van een ADHD diagnose en problemen op het gebied van psychosociaal functioneren.
Na de ISD maatregel van 2018 werd de heer [verdachte] al vier keer eerder op een ISD zitting geplaatst, omdat hij voldeed aan de harde en zachte criteria. In alle gevallen werd geadviseerd de maatregel opnieuw op te leggen, betrokkene is er destijds echter niet toe veroordeeld. Het feit dat betrokkene ondanks een eerdere oplegging van de ISD maatregel blijft recidiveren en het recidive risico derhalve hoog moet worden geschat, vormt een reden de ISD maatregel te adviseren.
Reclassering Inforsa ziet geen mogelijkheden om betrokkene te begeleiden binnen een drangkader, gelet op zijn voorgeschiedenis, houding en aanwezige problematiek. Een langdurig, intensief traject is geïndiceerd om gedragsverandering teweeg te brengen en het risico op recidive te verminderen. Enerzijds biedt de ISD maatregel een strak kader waarbij betrokkene kan werken aan gedragsverandering. Anderzijds kan betrokkene binnen de ISD maatregel teruggeplaatst worden naar de intramurale fase, ter bescherming van de maatschappij, mocht betrokkene zich in het kader van dwang blijven onttrekken aan zorg en begeleiding in de extramurale fase.
Advies over maatregelen en verboden:
Bij een veroordeling adviseren wij een onvoorwaardelijke ISD maatregel voor de duur van twee jaren. Reclassering Inforsa meent dat de maatregel zo lang mogelijk bescherming tegen terugval moet bieden, waarbij wordt beoogd om binnen een zo lang mogelijk termijn in de extramurale fase, betrokkene te binden aan zorg. Daarmee wordt het onttrekkingsrisico, na het wegvallen van het kader van de maatregel ISD, zoveel mogelijk ingeperkt.
Voor wat betreft de invulling van de maatregel ISD suggereert Reclassering Inforsa:
- In de intramurale fase actuele diagnostiek uit te voeren voor wat betreft de IQ-bepaling omdat het voortdurende middelengebruik en de gemiste maatschappelijke aansluiting sinds de IQ-bepaling van 2016, kan hebben geleid tot cognitieve achteruitgang. Eventueel kan daarbij ook de actuele impact van de persoonlijkheidsproblematiek worden onderzocht. Eveneens in de intramurale fase kan de in JCS geïndiceerde EMDR-behandeling worden uitgevoerd en kan betrokkene gebruik maken van het intramurale zorgaanbod van de ISD, zoals diverse trainingen en verslavingsbehandeling.
- In de extramurale fase kan de effectieve zorgtoeleiding buiten de detentiemuren plaatsvinden. Indien een klinische setting geïndiceerd wordt, meent rapporteur dat een hoge mate van beveiliging is aangewezen, omdat gelet op de ervaring met de heer [verdachte] , het risico op weglopen aanwezig is. Een beschermd wonen locatie waar de mogelijkheid is om na de maatregel ISD te blijven wonen (onder WMO of WLZ) is wenselijk om betrokkene blijvend te ondersteunen bij sociaal-maatschappelijke zaken.
Bij het opleggen van de maatregel houdt de rechtbank rekening met de positieve houding van verdachte. Hoewel hij er niet naar uitkijkt om vast te zitten, heeft hij ter terechtzitting laten blijken dat hij gemotiveerd is om zijn levensomstandigheden te verbeteren. Hij ziet in dat de ISD-maatregel een kans biedt om zijn leven een positieve wending te geven. Daarbij heeft verdachte aangegeven dat hij in de toekomst gebaat zou zijn bij begeleid wonen en eventueel een klinische opname als dat nodig is in plaats van ambulante hulpverlening bij zijn verslavingsproblematiek.
De rechtbank stelt vast dat ten aanzien van de bewezen geachte feiten aan alle voorwaarden is voldaan die artikel 38m van het Wetboek van Strafrecht aan het opleggen van de ISD-maatregel stelt. Hiervoor is bewezen verklaard dat verdachte een misdrijf heeft begaan waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten. Uit het uittreksel Justitiële Documentatie van 23 maart 2023 blijkt dat verdachte gedurende de vijf jaren voorafgaand aan 10 november 2022 ten minste driemaal wegens een misdrijf onherroepelijk is veroordeeld tot een vrijheidsbenemende straf, terwijl het in dit vonnis bewezen verklaarde feit is begaan na tenuitvoerlegging van deze straffen en er, zoals blijkt uit de hiervoor genoemde rapportage, ernstig rekening mede moet worden gehouden dat de verdachte wederom een misdrijf zal begaan. Blijkens het uittreksel Justitiële Documentatie van 23 maart 2023 is ook voldaan aan de eisen die de “Richtlijn voor Strafvordering bij meerderjarige veelplegers” van het Openbaar Ministerie stelt: verdachte is een zeer actieve veelpleger, die over een periode van vijf jaren processen-verbaal tegen zich zag opgemaakt worden voor meer dan tien misdrijven, waarvan ten minste één in de laatste twaalf maanden, terug te rekenen vanaf de pleegdatum van het laatst gepleegde feit. Verder eist de veiligheid van personen of goederen het opleggen van deze maatregel, gezien de ernst en het aantal door verdachte begane soortgelijke feiten. De rechtbank ziet geen reden om deze maatregel niet op te leggen. Zij zal daarom de officier van justitie op dit punt van de vordering volgen.
Om de beëindiging van de recidive van verdachte [verdachte] en het leveren van een bijdrage aan de oplossing van zijn problematiek alle kansen te geven en voorts ter optimale bescherming van de maatschappij, is het van groot belang dat voldoende tijd wordt genomen om de ISD-maatregel ten uitvoer te leggen. Daarom zal de rechtbank de maatregel voor de maximale termijn van twee jaren opleggen en de tijd die door verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis is doorgebracht niet in mindering brengen op de duur van de maatregel.