ECLI:NL:RBAMS:2023:172

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
20 januari 2023
Publicatiedatum
18 januari 2023
Zaaknummer
9621003 CV 22-259
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Verstek
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging van oneerlijk prijsbeding in overeenkomst en afwijzing van vordering

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 20 januari 2023 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen de besloten vennootschap Energiewacht B.V. en een gedaagde die niet is verschenen. De zaak betreft een vordering van Energiewacht B.V. die voortvloeit uit een overeenkomst waarin een prijsbeding is opgenomen. De kantonrechter heeft ambtshalve toetsing uitgevoerd op het prijsbeding en geconcludeerd dat dit beding niet transparant en oneerlijk is. Hierdoor is het beding vernietigd, wat heeft geleid tot de afwijzing van de vordering van de eiseres.

De procedure begon met een tussenvonnis op 9 september 2022, waarin het voornemen werd uitgesproken om het prijsbeding te vernietigen. De eiseres heeft in een akte betoogd dat het beding wel transparant is, maar de kantonrechter heeft dit niet kunnen volgen. De rechter heeft benadrukt dat de bekendmaking van prijswijzigingen niet persoonlijk aan de klant geschiedt en dat de opzeggingsmogelijkheid niet kosteloos is, waardoor de klant feitelijk gebonden blijft aan onredelijke tarieven.

De kantonrechter heeft verder vastgesteld dat de vernietiging van het prijsbeding de grondslag voor betaling door de gedaagde heeft doen vervallen, wat leidt tot de afwijzing van de vordering. De eiseres is als in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten, die zijn begroot op nihil. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9621003 CV EXPL 22-259
vonnis van: 20 januari 2023
fno.: 991

vonnis van de kantonrechter

i n z a k e
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
Energiewacht B.V.
gevestigd te Zwolle
eiseres
gemachtigde: LAVG Gerechtsdeurwaarders (Groningen)
t e g e n

[gedaagde]

wonende te [woonplaats]
gedaagde
niet verschenen

Verdere verloop van de procedure

Op 9 september 2022 is een tussenvonnis gewezen. Ter uitvoering van dat tussenvonnis heeft eiseres een akte genomen. Bij rolmededeling van 18 november 2022 is gedaagde in de gelegenheid gesteld te reageren op de akte van eiseres. Van deze gelegenheid heeft gedaagde geen gebruik gemaakt. Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.

Gronden van de beslissing

De inhoud van het tussenvonnis wordt als hier herhaald en ingelast beschouwd.
In het tussenvonnis is het voornemen uitgesproken om het beding aangaande de prijs te vernietigen, omdat het niet transparant is. Het beding wordt als oneerlijk aangemerkt op grond van hetgeen in het tussenvonnis is overwogen in rechtsoverweging 4.
Eiseres betoogt in haar dat het beding wel transparant, althans niet oneerlijk is, omdat wijzigingen in de tarieven pas in werking treden 14 dagen nadat deze bekend zijn gemaakt en klanten de overeenkomst kunnen opzeggen als zij wijzigingen niet wensen te accepteren. Bovendien heeft geen enkele prijswijziging plaatsgevonden. Het is dan ook geen oneerlijk beding. Voor zover de kantonrechter toch meent dat het beding oneerlijk is, dan kan alleen de consument de overeenkomst vernietigen. Vernietiging is in dit geval niet in het belang van de consument, omdat dit leidt tot ongedaanmakingsverplichtingen over en weer. De cv-ketel is door natrekking onderdeel geworden van de woning van gedaagde. Een nieuwe cv-ketel kost € 989,00. Ook de door gedaagde ontvangen cadeaukaart van € 250,00 moet terug. Vanwege de geldigheid van maximaal twee jaar kan deze niet meer worden geretourneerd. De aan de cv-ketel verleende service en reparaties kunnen ook niet ongedaan worden gemaakt. Gedaagde kan dus niet voldoen aan de ongedaanmakingsverplichtingen, zodat aan de vernietiging haar werking moet worden ontzegd. Het zou onredelijk zijn als gedaagde door vernietiging een gratis cv-ketel inclusief verleende service verkreeg. Gedaagde zou daarom moeten worden verplicht tot een uitkering in geld aan eiseres ten bedrage van tenminste de geplaatste cv-ketel van € 989,00 en de cadeaukaart van € 250,00, aldus steeds eiseres.
De kantonrechter blijft bij de inhoud van het tussenvonnis en ziet geen aanleiding hierop terug te komen. De omstandigheid dat gedurende de looptijd van de overeenkomst geen prijswijziging heeft plaatsgevonden, is niet van belang is bij de oneerlijkheidstoets, die plaatsvindt ten tijde van het sluiten van de overeenkomst, los van de feitelijke omstandigheden van het geval. Dat prijswijzigingen kenbaar worden gemaakt en de overeenkomst kan worden opgezegd als klanten deze niet accepteren, maakt het beding niet eerlijk, gelet op de wijze waarop dit gebeurt en op de gevolgen daarvan. Bekendmaking geschiedt immers niet persoonlijk aan de klant, maar kennelijk door middel van plaatsing in een dag- of weekblad. Ook kan de klant pas opzeggen een maand nadat de wijzigingen in werking zijn ingetreden. De klant is dus tenminste een maand gebonden aan tarieven waarmee hij of zij het niet eens is. Bovendien is de mogelijkheid tot opzegging niet kosteloos, omdat het op grond van de overeenkomst verschuldigde terstond en in het geheel betaald moet worden. Hierdoor is de opzeggingsmogelijkheid illusoir.
Overigens is het onjuist dat uitsluitend de consument de overeenkomst kan vernietigen, zoals eiseres in haar akte schrijft. De kantonrechter is op grond van Richtlijn 93/13 immers verplicht om oneerlijke bedingen ambtshalve te vernietigen, ook als de consument daar geen beroep op doet. De enige uitzondering hierop is een verzoek van de consument om het oneerlijke beding niet te vernietigen, maar daarvan is hier geen sprake.
Nu door de vernietiging van het oneerlijke beding aangaande de prijs de grondslag voor betaling voor gedaagde is komen te vervallen, leidt dat tot afwijzing van de onderhavige vordering.
De door eiseres genoemde ongedaanmakingsverbintenissen maken geen onderdeel uit van deze procedure. Voor zover het door eiseres in haar akte gestelde over de uitkering in geld van de aan de cv-ketel en cadeaukaart gekoppelde bedragen (zie rechtsoverweging 3) moet worden gezien als een eisvermeerdering, wordt overwogen dat dit uitsluitend bij exploot kan worden gedaan, omdat gedaagde niet in de procedure is verschenen.
Eiseres wordt als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.

Beslissing

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt eiseres in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van gedaagde begroot op nihil.
Dit vonnis is gewezen door mr. E. Pennink, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 20 januari 2023 in tegenwoordigheid van de griffier.