[eiser] vordert na vermeerdering van eis, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad, samengevat:
I. [gedaagde] , zowel in haar hoedanigheid van erfgenaam als in die van vereffenaar, op straffe van verbeurte van een dwangsom te veroordelen om binnen één maand na dit vonnis de volgende informatie aan de rechtbank en aan [eiser] te verstrekken:
a. bewijsstukken (onder meer - doch niet daartoe beperkt - notariële afrekeningen) waaruit de verkoopopbrengst van de woningen [adres 1] , [adres 2] en [adres 3] blijkt, alsmede kopieën van de bankafschrift(en) waaruit blijkt aan wie deze (ver)koopsom is voldaan, dan wel een taxatierapport waarin de marktwaarde van deze woningen per overlijdensdatum is getaxeerd;
b. een taxatierapport waarin de marktwaarde van de woning [adres 4] per overlijdensdatum is getaxeerd;
c. een overzicht van alle zich op overlijdensdatum in de woningen in Retranchement, Amstelveen en Uithoorn bevindende roerende zaken van erflater alsmede de taxatiewaarde daarvan per overlijdensdatum;
d. de bankafschriften van de drie ABN AMRO bankrekeningen ( [rekeningnummer 1] , [rekeningnummer 2] en [rekeningnummer 3] ), waaruit de saldi van deze rekeningen op overlijdensdatum blijken;
e. een overzicht van alle betaal-, spaar- en/of beleggingsrekeningen van de vader in Nederland en in het buitenland over de periode 2013 tot en met overlijden, inclusief vermelding van de saldi op overlijdensdatum;
f. kopieën van alle bankafschriften van al de onder g. genoemde rekeningen over de periode 2013 tot en met overlijden;
g. kopieën van alle aangiften en aanslagen inkomstenbelasting over de periode 2013 tot en met overlijden;
h. de (accountants)rapportage waaruit blijkt dat de aandelen van erflater in de vennootschap [bedrijf 1] B.V. per overlijdensdatum op € 649.088 zouden moeten worden getaxeerd, alsmede alle onderbouwende stukken met betrekking tot de gestelde geldlening van € 600.000 door deze vennootschap aan [bedrijf 2] B.V.;
i. alle onderbouwende stukken met betrekking tot de gestelde geldlening van € 300.000 door erflater aan [bedrijf 2] B.V.;
j. alle informatie en onderbouwende documenten waarover [gedaagde] met betrekking tot de Zwitserse Stiftung van erflater beschikt, waaronder in ieder geval - doch uitdrukkelijk niet daartoe beperkt - de naam van deze Stiftung, de adres- en contactgegevens van deze Stiftung, de oprichtingsakte en/of de statuten, de na(a)m(en) van de bestuurder(s), de namen van eventueel andere contactpersonen, alsmede de na(a)m(en) en contactgegevens van de begunstigde(n);
k. de begeleidende brief van (de accountant van) [gedaagde] aan de Belastingdienst ter toelichting op de door haar ingediende (voorlopige) aangifte erfbelasting, het door (de accountant van) [gedaagde] ingediende bezwaarschrift tegen de aanslag erfbelasting inclusief alle bijlagen daarbij, alsmede alle overige correspondentie die in dit kader door (de accountant van) [gedaagde] met de Belastingdienst is gewisseld;
l. een volledige opgave van alle schenkingen die erflater bij leven heeft gedaan;
II. te bepalen dat te verbeuren dwangsommen niet als vereffeningskosten in de berekening van de legitimaire massa mogen worden betrokken;
III. voor het geval [gedaagde] , zowel in haar hoedanigheid van erfgenaam als in die van vereffenaar, verklaart niet over de onder a, d, f, g, h, j en k genoemde stukken te beschikken, de toestemming van [gedaagde] voor het opvragen van deze stukken te vervangen door die van de rechtbank zodat [eiser] deze stukken zelf kan opvragen bij respectievelijk de betreffende notaris, de betreffende bank en de belastingdienst en daarbij te bepalen dat de eventuele kosten voor het opvragen van deze bescheiden ten laste van de nalatenschap komen;
IV. [gedaagde] , in haar hoedanigheid van vereffenaar, te veroordelen om binnen 14
dagen na dit vonnis aan [eiser] een voorschot van € 200.000,= op de aan hem toekomende nog vast te stellen legitieme portie in de nalatenschap van de vader te betalen, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 20 december 2018, althans vanaf 23 augustus 2019, althans vanaf 23 augustus 2019, althans vanaf de datum van deze akte, tot aan de dag der algehele voldoening,
V. met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.