ECLI:NL:RBAMS:2023:1280

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
22 februari 2023
Publicatiedatum
7 maart 2023
Zaaknummer
729063 / FA RK 23.718
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing zorgmachtiging op basis van vrijwillige zorgacceptatie

Op 22 februari 2023 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven in een zaak betreffende een verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging op basis van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De zaak betreft een betrokkene, geboren in 1991, die gediagnosticeerd is met schizofrenie. Tijdens de mondelinge behandeling heeft de betrokkene gemotiveerd aangegeven dat zij de zorg vrijwillig wil accepteren. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene al langere tijd redelijk stabiel is, medicatie trouw accepteert en regelmatig contact heeft met haar behandelaars. De behandelend arts bevestigde dat er een plan van aanpak is opgesteld dat als goed alternatief voor een zorgmachtiging kan dienen.

De rechtbank heeft geconcludeerd dat er op dat moment geen ernstig nadeel aanwezig is en dat de betrokkene de kans moet krijgen om zelfstandig met een door haar gekozen psychiater haar zorg verder vorm te geven. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank besloten dat verplichte zorg niet nodig is en heeft het verzoek tot zorgmachtiging afgewezen. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A.K. Mireku en is op 1 maart 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.

Uitspraak

beschikking
RECHTBANK AMSTERDAM
Afdeling privaatrecht Team Familie & Jeugd
zaaknummer / rekestnummer: C/13/729063 / FA RK 23/718
kenmerk: ZM/IND/97227
Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg
Beschikking van 22 februari 2023van de rechtbank Amsterdam naar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:
[betrokkene]
geboren op [geboortedatum] 1991 te [geboorteplaats] ,
wonende te [adres] ,
zorgaanbieder: Arkin,
hierna te noemen: betrokkene,
advocaat: mr. N.D. ‘t Zand te Amsterdam.

1.Procesverloop

Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen, ingekomen ter griffie op 1 februari 2023.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 22 februari 2023, in het gebouw van de rechtbank.
Tijdens de mondelinge behandeling heeft de rechtbank de volgende personen gehoord:
- betrokkene;
- bovengenoemde advocaat;
- basisarts, de heer [naam] .
Omdat de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig acht, is hij niet ter zitting verschenen
.

2.Beoordeling

2.1.
Tijdens de mondelinge behandeling geeft betrokkene gemotiveerd aan de zorg vrijwillig te willen accepteren. Betrokkene is gediagnosticeerd met schizofrenie en zij is al langere tijd redelijk stabiel. Betrokkene heeft enig ziektebesef en accepteert trouw haar medicatie. Zij heeft regelmatig contact met haar behandelaars, zoals ook de behandelend arts ter zitting bevestigt. Betrokkene heeft een plan van aanpak opgesteld en de behandelend arts geeft tijdens de mondelinge behandeling aan dat dit plan zo globaal doornemend een goed alternatief lijkt te zijn voor een zorgmachtiging. Er is op dit moment geen ernstig nadeel. Betrokkene is langere tijd stabiel, werkt al geruime tijd goed mee met de hulpverlening en wil graag de kans om zelfstandig met een door haar gekozen vrijgevestigde psychiater haar zorg verder vorm te geven. De rechtbank acht het tijd om betrokkene die kans te geven. De rechtbank vertrouwt erop dat betrokkene de zorg op basis van vrijwilligheid zal accepteren en daarom , is verplichte zorg niet nodig.
2.2.
Gelet op het voorgaande wordt het verzoek afgewezen.

3.Beslissing

De rechtbank:
wijst het verzoek af.
Deze beschikking is op 22 februari 2023 mondeling gegeven door mr. A.K. Mireku, rechter, en in het openbaar uitgesproken, bijgestaan door J. Koomen als griffier en op 1 maart 2023 schriftelijk uitgewerkt en ondertekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.