In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 13 januari 2023, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van een tijdelijke ontheffing van de verplichting tot arbeidsinschakeling op grond van de Participatiewet (Pw) beoordeeld. Eiseres, die sinds 1 september 2013 een tijdelijke inkomensvoorziening ontvangt, had bezwaar gemaakt tegen de beslissing van het college van burgemeester en wethouders van Ouder-Amstel, dat haar verplichtingen tot arbeidsinschakeling handhaafde. Het college had op 19 juli 2022 het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard, met de stelling dat er geen dringende redenen waren voor ontheffing.
De rechtbank heeft op 20 december 2022 de zaak behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde, alsook de gemachtigde van het college aanwezig waren. Eiseres stelde dat zij volledig en duurzaam arbeidsongeschikt was en dat het college een arbeidsdeskundige had moeten inschakelen om haar arbeidsongeschiktheidspercentage vast te stellen. De rechtbank oordeelde echter dat het advies van een medisch adviesbureau, waar eiseres zich had aangemeld, voldeed aan de vereisten en dat er geen medische informatie was ingediend die de conclusies van het advies betwistte.
De rechtbank concludeerde dat het college terecht had vastgesteld dat eiseres niet volledig en duurzaam arbeidsongeschikt was, en dat er geen noodzaak was voor vervolgonderzoek door een arbeidsdeskundige. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, wat betekent dat zij geen gelijk kreeg en geen griffierecht of proceskostenvergoeding ontving. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.