ECLI:NL:RBAMS:2023:10

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
2 januari 2023
Publicatiedatum
2 januari 2023
Zaaknummer
10180056 EA VERZ 22-672
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot voorlopig deskundigenbericht in civiele procedure

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam, heeft de kantonrechter op 30 december 2022 uitspraak gedaan in een verzoek tot het bevelen van een voorlopig deskundigenbericht. De verzoekster, Sinck&Ko B.V., had verzocht om een deskundige te benoemen om de kwaliteit van een gietvloer te onderzoeken die zij had gelegd in het appartement van de verweerders. Sinck&Ko stelde dat de gietvloer niet voldeed aan de verwachtingen van de verweerders, die de gietvloer als ongelijk beschouwden. De verweerders hadden een deskundige ingeschakeld die de gietvloer had onderzocht, maar Sinck&Ko's verzoek om een contra-expertise werd afgewezen. Hierdoor verzocht Sinck&Ko de kantonrechter om een deskundige te benoemen voor een onafhankelijk onderzoek.

De procedure omvatte een mondelinge behandeling op 29 november 2022, waarbij de zaak gezamenlijk werd behandeld met een bodemzaak die door de verweerders was aangespannen. In die bodemzaak vorderden de verweerders een schadevergoeding van € 12.351,55 van Sinck&Ko. De kantonrechter heeft in de bodemzaak op dezelfde dag vonnis gewezen en de vorderingen van de verweerders afgewezen. Gezien deze uitkomst had Sinck&Ko geen belang meer bij het verzoek om een voorlopig deskundigenbericht, wat leidde tot de afwijzing van hun verzoek. De kantonrechter heeft Sinck&Ko ook veroordeeld in de proceskosten, die zijn vastgesteld op nihil.

De beschikking is openbaar uitgesproken door de kantonrechter, mr. M. Wouters, met mr. L.J.P.C. Silven als griffier.

Uitspraak

RECHTBANKAMSTERDAM
Civiel recht
Kantonrechter
Zaaknummer: 10180056 EA VERZ 22-672
Beschikking 30 december 2022
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
SINCK&KO B.V.,
gevestigd te Amsterdam,
verzoekster,
gemachtigde: mr. G.A. van Gorcom,
tegen

1.[verweerder 1] ,2. [verweerder 2] ,

beiden wonende te [woonplaats] ,
verweerders,
gemachtigde: mr. J.H.A. Langelaar,
Verzoekster wordt hierna [verweerders] genoemd. Verweerders worden hierna gezamenlijk Sinck&Ko genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- het verzoekschrift voorlopig deskundigenbericht (art. 202 Rv) van Sinck&Ko, met producties,
- de mondelinge behandeling van 29 november 2022 waarvan de zittingsaantekeningen zich in het dossier bevinden.
1.2.
Deze zaak is tijdens de mondelinge behandeling van 29 november 2022 gezamenlijk behandeld met de zaak die bij deze rechtbank bekend is onder zaaknummer / rolnummer 9956646 / CV EXPL 22-8415 (hierna: de bodemzaak). Na sluiting van de mondelinge behandeling is bepaald dat in de bodemzaak vandaag vonnis wordt gewezen en dat in deze zaak vandaag beschikking wordt gegeven.

2.De beoordeling

2.1.
Sinck&Ko verzoekt – samengevat – dat de kantonrechter een voorlopig deskundigenbericht beveelt en daartoe een deskundige benoemt.
2.2.
Sinck&Ko baseert haar verzoek – kort gezegd – op het volgende. Sinck&Ko heeft op basis van een overeenkomst met [verweerders] in diens appartement een gietvloer gelegd. De gietvloer voldoet niet aan de verwachtingen van [verweerders] , omdat de gietvloer niet egaal is. Partijen zijn vervolgens verwikkeld geraakt in een discussie die neerkomt op de vraag wat [verweerders] op basis van de overeenkomst van de gietvloer mocht verwachten. In het kader van die discussie heeft [verweerders] de gietvloer laten onderzoeken door een deskundige van ZNEB. Sinck&Ko heeft op haar beurt een deskundige van Afbouw Gevelsupport ingeschakeld om de gietvloer te onderzoeken. [verweerders] heeft het verzoek van Sinck&Ko om de deskundige Afbouw Gevelsupport de gietvloer te laten bekijken echter afgewezen. Daardoor werd Sinck&Ko gedwongen om een contra-expertise te laten plaatsvinden, zonder dat de deskundige de situatie ter plaatse kon beoordelen. Een door de kantonrechter te benoemen deskundige moet daartoe alsnog de gelegenheid krijgen. Sinck&Ko heeft immers recht en belang bij een eigen onderzoek. Aldus steeds Sinck&Ko.
2.3.
De discussie van partijen heeft ertoe geleid dat [verweerders] de bodemzaak is gestart. In de bodemzaak vordert [verweerders] – samengevat – dat de kantonrechter Sinck&Ko veroordeelt tot betaling van € 12.351,55 aan schadevergoeding, vermeerderd met rente en kosten.
2.4.
De kantonrechter heeft vandaag vonnis gewezen in de bodemzaak. Daarin zijn de vorderingen van [verweerders] afgewezen. Gelet op deze uitkomst van de bodemzaak, heeft Sinck&Ko geen belang meer bij haar verzoek tot het bevelen van een voorlopig deskundigenbericht. Haar verzoek wordt daarom afgewezen.
2.5.
Sinck&Ko krijgt dus ongelijk en moet daarom de proceskosten van [verweerders] betalen. De kantonrechter stelt de kosten die [verweerders] tot deze beschikking heeft gemaakt vast op nihil.

3.De beslissing

De kantonrechter
3.1.
wijst het verzoek af,
3.2.
veroordeelt Sinck&Ko in de proceskosten, aan de kant van [verweerders] tot op heden vastgesteld op nihil.
Deze beschikking is gegeven door mr. M. Wouters, kantonrechter, bijgestaan door mr. L.J.P.C. Silven, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 30 december 2022.