Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 14 februari 2022 in de zaak tussen
[eiser] , te [woonplaats] (Duitsland), eiser
Procesverloop
Overwegingen
21/3793en
21/3794(met betrekking tot de jaren 2018 en 2019) een verschoonbare reden had om te laat bezwaar te maken, in het midden worden gelaten.
21/3791was sprake van een kennelijk niet-ontvankelijk bezwaar omdat het deel waarop het bezwaar zag, niet gericht was op rechtsgevolg. In de andere twee zaken zijn de bezwaren kennelijk niet-ontvankelijk geacht omdat sprake was van niet verschoonbare overschrijding van de redelijke termijn. Ook in dat geval mocht verweerder afzien van horen. Ook als in deze zaken sprake zou zijn geweest van een verschoonbare termijnoverschrijding, was er redelijkerwijs geen twijfel mogelijk over de uitkomst van de zaken. Want de geëigende weg om op te komen tegen de hoogte van het sv-loon was het vragen van een herbeoordeling van het sv-loon bij het Uwv en niet het maken van bezwaar. Daarop was eiser bij de primaire besluiten ook uitdrukkelijk op gewezen. De rechtbank acht de besluitvorming dan ook zorgvuldig.
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 14 februari 2022.