ECLI:NL:RBAMS:2022:872

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
17 februari 2022
Publicatiedatum
1 maart 2022
Zaaknummer
13/057020-04 en 23/003072-04
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling met twee jaren in verband met psychiatrische problematiek en recidiverisico

Op 17 februari 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak betreffende de terbeschikkinggestelde, geboren in 1983, die sinds 2005 ter beschikking is gesteld voor verpleging. De officier van justitie heeft op 29 december 2021 een vordering ingediend tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaren. De rechtbank heeft de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman en deskundigen gehoord tijdens een openbare zitting. De terbeschikkinggestelde heeft een licht verstandelijke beperking en lijdt aan schizofrenie van het paranoïde type. Ondanks behandeling en begeleiding is er nog steeds sprake van ernstige symptomen en een hoog recidiverisico. De deskundige heeft geadviseerd om de terbeschikkingstelling te verlengen, gezien de kwetsbaarheid van de betrokkene en het gebrek aan inzicht in zijn problematiek. De rechtbank heeft, na afweging van de ernst van de stoornis en het recidiverisico, besloten de terbeschikkingstelling met twee jaren te verlengen. De rechtbank benadrukt dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde meer tijd in beslag zal nemen dan één jaar, en dat het belangrijk is om kleine stappen in de behandeling te nemen. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, waarbij de voorzitter en twee rechters aanwezig waren. De griffier heeft de uitspraak vastgelegd.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummers: 13/057020-04 en 23/003072-04
Beslissing op de ter griffie van deze rechtbank ingekomen vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam van 29 december 2021 in de zaak tegen:
[naam terbeschikkinggestelde],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1983,
verblijvende in [naam kliniek] ,
die bij arrest van het gerechtshof te Amsterdam van 25 januari 2005 ter beschikking gesteld werd, teneinde van overheidswege te worden verpleegd, welke terbeschikkingstelling laatstelijk bij beslissing van deze rechtbank van 18 februari 2020 voor de tijd van twee jaren werd verlengd.

1.Inhoud van de vordering

De vordering van de officier van justitie strekt tot het verlengen van de termijn van genoemde terbeschikkingstelling met twee jaren.

2.Procesgang

De rechtbank heeft kennis genomen van de stukken in de zaak met bovenvermeld parketnummer, waaronder:
  • het op 25 november 2021 op grond van artikel 6:6:12, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering uitgebrachte advies van [naam kliniek] strekkende tot verlenging van deze terbeschikkingstelling met twee jaren, alsmede de daarbij overgelegde aantekeningen;
  • de wettelijke aantekeningen van [naam kliniek] van week 41 van 2020 tot en met week 38 van 2021.
De rechtbank heeft op 17 februari de officier van justitie mr. D. Jironet-Loewe, de terbeschikkinggestelde en diens raadsman mr. B.H.J. van Rhijn, advocaat te Doorn, alsmede de deskundige [naam] , verbonden aan [naam kliniek] op de openbare terechtzitting gehoord. Hiervan is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

3.Beoordeling

Aan genoemd
advies van [naam kliniek] van 25 november 2021wordt het volgende ontleend, zakelijk weergegeven:
Kernproblematiek
Betrokkene is een 38-jarige man met een licht verstandelijke beperking, bij wie sprake is van schizofrenie van het paranoïde type. De symptomen zijn met een hoge dosering antipsychotica onder controle te houden, maar zijn nooit in volledige remissie. Betrokkene heeft beperkt probleembesef en nauwelijks probleeminzicht. Ook heeft betrokkene geen inzicht in het risico op psychotische ontregeling, grensoverschrijdend of gewelddadig gedrag.
Behandelverloop en risicotaxatie
Betrokkene is in het kader van zijn resocialisatie in november 2019 geplaatst op de gesloten afdeling [naam afdeling] (beveiligingsniveau 2) van [naam kliniek] . In januari 2021 is hij gegaan naar [naam afdeling] , een besloten afdeling (beveiligingsniveau 1). Betrokkene is op [naam afdeling] veranderd van werkplaats (van observatieplek naar reguliere werkplek) en volgde zijn arbeidsblokken trouw. Hij nam daarnaast deel aan dramatherapie, de module Grip op Agressie en ging wekelijks zwemmen bij Sport. Op de afdeling werd gezien dat betrokkene kan profiteren van het (supportieve) leefklimaat voor cliënten met een verstandelijke beperking en psychiatrische problematiek. Betrokkene heeft baat bij duidelijkheid en herhaling. Zijn psychotische onrust was goed te hanteren middels het signaleringplan en hij werkte samen met begeleiding.
In de zomer van 2021 zijn de spanningen bij betrokkene hoog opgelopen. Dit heeft ertoe geleid dat hij dusdanig psychotisch is ontregeld dat hij al zijn medicatie weigerde en dat de veiligheid rondom zijn verblijf op de afdeling niet meer gewaarborgd kon worden. Daarop is hij op 23 augustus 2021 gesepareerd. Vanuit de separeer is ingezet op hernieuwde stabilisatie en medicatie inname. Het ingezette beleid heeft niet geresulteerd in progressie, waarna betrokkene op 7 september 2021 ter stabilisatie op de gesloten afdeling [naam afdeling] is geplaatst. Op deze afdeling is opnieuw ingestoken op inname van medicatie, rust en samenwerking met begeleiding. Betrokkene neemt inmiddels, weliswaar met aansturing van begeleiding, zijn clozapine volgens voorschrift in. De overige medicatie neemt betrokkene wisselend in. Sinds 7 oktober 2021 worden gedoseerd prikkels aan het dagprogramma van betrokkene toegevoegd en wordt betrokkene in kleine stapjes geactiveerd. Belangrijk is dat hij perspectief ervaart en stapjes kan zetten binnen zijn vrijheden op de afdeling en het terrein en, bij goed gevolg, ook daarbuiten in stapjes vooruitgang kan maken.
De ernstige psychotische ontregeling heeft tot een impasse in de behandeling geleid. Betrokkene is teruggeplaatst naar beveiligingsniveau 2 en van daaruit zal hij opnieuw gestabiliseerd moeten worden. De intentie is nog steeds om hem, mits opnieuw gestabiliseerd, naar een lager beveiligingsniveau over te plaatsen teneinde te toetsen of stapsgewijze resocialisatie mogelijk is. Op een afdeling met een lager beveiligingsniveau zal, wanneer de huidige ontregeling voorbij is, verder gewerkt worden aan consolideren van zijn niveau van functioneren zoals dat lange tijd op [naam afdeling] gezien is. Daarbij zal naast toezicht op de inname van de medicatie, gekoerst worden op tenminste eens per maand toetsen middels bloedspiegelbepaling teneinde hernieuwde ontregeling te voorkomen. Verder zal waar mogelijk het vergroten van ziektebesef en ziekte-inzicht nagestreefd worden om zo te komen tot een gedeeld perspectief en het onderzoeken van mogelijkheden voor zijn toekomst.
Als betrokkene buiten de huidige context moet functioneren en begeleiding wegvalt, wordt verwacht dat hij niet het overzicht kan houden en snel overprikkeld raakt. De kans op destabilisatie is dan groot. De risico-inschatting op grond van de risicoanalyse zonder begeleiding en controle is op korte termijn, op middellange en op lange termijn hoog.
Koers en advies
Ondanks jarenlange behandeling en begeleiding is betrokkene zeer kwetsbaar, blijven positieve symptomen van de schizofrenie zichtbaar en kan hij relatief snel psychotisch decompenseren. Betrokkene is vanwege zijn verstandelijke beperking, psychiatrische problematiek en gedragsproblematiek blijvend aangewezen op professionele begeleiding. Het einddoel van de behandeling is een stapsgewijze terugkeer in de samenleving, hetgeen voor betrokkene betekent toeleiding naar een (vorm van reguliere) zorg voor mensen met een licht verstandelijke beperking en psychiatrische problematiek.
De verwachting is dat betrokkene de komende jaren binnen [naam kliniek] zal worden behandeld. De behandeling zal de komende periode gericht zijn op verdere stabilisatie, het verminderen van de psychotische symptomen, toetsen van vrijheden en aanleren van vaardigheden. Hiervoor zal een behandelperiode van zeker twee jaren nodig zijn om te kunnen toetsen of betrokkene kan omgaan met minder begeleidingsintensiteit in een minder beveiligde omgeving.
Aan de rechtbank wordt geadviseerd de ter beschikkingstelling met dwangverpleging met twee jaren te verlengen.
Deskundige [naam] heeft dit advies op de openbare terechtzitting bevestigd en waar nodig aangevuld. Zij heeft verklaard dat over het algemeen vooruitgang wordt gezien in het toestandsbeeld van de betrokkene. Hij verblijft nog altijd op de gesloten afdeling, maar er wordt gewerkt aan overplaatsing naar een besloten afdeling.
De officier van justitie heeft gepersisteerd bij haar vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging met twee jaar.
De raadsman heeft verzocht de vordering tot verlenging van de terbeschikkingstelling toe te wijzen, maar de duur te beperken tot één jaar. Betrokkene heeft het gevoel dat hij al 21 jaar geïnstitutionaliseerd is. Hij heeft perspectief nodig om voort te kunnen zetten wat er in gang is gezet. Als de tbs-maatregel slechts één jaar verlengd wordt, vindt er sneller weer een toetsmoment plaats en kunnen wellicht grotere stappen worden gezet dan wanneer de maatregel voor twee jaren wordt verlengd.
De rechtbank is – gezien de ernst van het indexdelict, de ernst van de stoornis en gelet op het advies, het verhandelde ter zitting en de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht – van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaren wordt verlengd.
De rechtbank overweegt hiertoe dat uit het verlengingsadvies blijkt dat nog altijd sprake is van een ernstige stoornis. Het recidiverisico wordt ook als hoog ingeschat. Het uitgangspunt is dat, wanneer aannemelijk is dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde meer tijd in beslag zal nemen dan één jaar, de terbeschikkingstelling wordt verlengd met een termijn van twee jaren.
Uit het verlengingsadvies is gebleken dat de terbeschikkinggestelde afgelopen zomer een terugval heeft gehad, waarna hij is teruggeplaatst van een besloten afdeling naar een gesloten afdeling en opnieuw moest worden gestabiliseerd. Hierdoor heeft de terbeschikkinggestelde stappen achteruit gezet in zijn behandeling. De deskundige heeft verklaard dat weliswaar sprake is van verbetering van het toestandsbeeld van de terbeschikkinggestelde, maar dat hij nog niet terug is op het niveau van voor de destabilisatie. Het is belangrijk dat in de behandeling kleine stappen worden genomen. Er zal worden toegewerkt naar een overplaatsing naar een besloten afdeling alwaar ook kan worden gewerkt aan meer vrijheden. Overplaatsing naar een open afdeling is op dit moment nog toekomstmuziek. Gelet op het voorgaande is niet te verwachten dat het behandeltraject binnen een jaar zal zijn afgerond en zal de terbeschikkingstelling worden verlengd met twee jaren.

4.Beslissing

De rechtbank wijst de vordering van de officier van justitie toe en verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling van
[naam terbeschikkinggestelde]met
twee jaren.
Deze beslissing is gegeven door
mr. C.M. Degenaar, voorzitter,
mrs. F.J. van de Poel en M.M. Prinsen, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. S.D. van der Heiden, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 17 februari 2022.
De jongste rechter is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.
.