Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Beide partijen hebben producties en een pleitnota in het geding gebracht.
Bij de mondelinge behandeling waren aanwezig:
Na verder debat is vonnis bepaald op 17 augustus 2022.
2.De feiten
- [eiser] diende voortaan alle in- en uitgaande transacties te kunnen verklaren en onderbouwen met passende documentatie;
- het storten van contante bedragen is alleen toegestaan als de herkomst van die bedragen kan worden verklaard en aangetoond met passende documentatie;
- het is niet toegestaan om de privérekening te gebruiken voor transacties met een zakelijk karakter;
Als [eiser] zich niet aan deze regels hield, kon dit betekenen dat ABN AMRO de relatie zou beëindigen, aldus de brief van 5 november 2020.
3.Het geschil
primair:1. ABN AMRO te verbieden om uitvoering te geven aan de opzegging van de relatie met hem;
2. ABN AMRO te veroordelen al zijn bankrekeningen, betaalpassen, creditcards en overige producten in stand te laten en uitvoering te geven aan transacties op de rekeningen;
3. ABN AMRO te verbieden om hem op te nemen in het IVR of in een vergelijkbaar register:
subsidiair:4. ABN AMRO te veroordelen om [eiser] te laten beschikken over tenminste één bankrekening (bij voorkeur rekening [rekeningnummer 1] ) en uitvoering te geven aan transacties op die rekening;
5. ABN AMRO te verbieden om [eiser] op te nemen in het IVR of in een vergelijkbaar register:
meer subsidiair:6. ABN AMRO te veroordelen om [eiser] te laten beschikken over tenminste één bankrekening (bij voorkeur rekening [rekeningnummer 1] ) en uitvoering te geven aan transacties op die rekening, totdat een onherroepelijke uitspraak is gedaan in de bodemprocedure;
dit alles op straffe van dwangsommen en met veroordeling van ABN AMRO in de (na)kosten en in de buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.
Omdat [eiser] in ieder geval nog beschikt over een rekening bij ING heeft hij geen spoedeisend belang bij toewijzing van zijn vorderingen in dit kort geding.
4.De beoordeling
(1) Op grond van artikel 35 ABV heeft een bank een contractuele bevoegdheid de relatie met een klant te beëindigen. De opzeggingsbevoegdheid van een bank en haar contractuele vrijheid zijn echter niet onbegrensd.
(2) De omstandigheden van het geval kunnen meebrengen dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat een bank van haar contractuele opzeggingsbevoegdheid gebruik maakt (zie artikel 6:248 lid 2 BW en HR 10 oktober 2014, ECLl:NL:HR:2014:2929).
(3) Een opzegging moet worden beoordeeld tegen de achtergrond van de bancaire zorgplicht (artikel 2 ABV), waarbij het belang om deel te nemen aan het betalingsverkeer voor de rekeninghouders wordt meegewogen. Daarbij moet mede worden betrokken dat het voor (rechts)personen van groot belang is dat zij toegang hebben tot het bancaire systeem. Daarbij weegt zwaar mee dat het zonder betaalrekening vrijwel onmogelijk is om deel te nemen aan het maatschappelijk verkeer en om een bedrijf te exploiteren.
(4) Banken hebben op grond van de Wwft een verantwoordelijkheid bij het signaleren van zogenoemde financieel-economische criminaliteit en andere integriteitsrisico’s. Zij moeten zoveel mogelijk voorkomen dat het financiële systeem voor oneigenlijke doelen wordt gebruikt (of: misbruikt). Daartoe moeten zij onderzoek doen naar hun cliënten en de verzamelde informatie up-to-date houden. Als een bank haar cliëntenonderzoek niet kan voltooien, moet zij de relatie met die klant beëindigen (artikel 5 lid 3 Wwft). De bank kan dan immers het risico van misbruik van de door haar aangeboden producten en diensten niet overzien. Het is voor de beëindiging van de relatie niet noodzakelijk dat er concrete bewijzen zijn dat de klant betrokken is bij criminele activiteiten. Ook in het arrest van 5 november 2021 heeft de Hoge Raad geoordeeld dat banken een gerechtvaardigd belang kunnen hebben om cliënten te weigeren vanwege toezichtrechtelijke eisen of integriteitsrisico’s, en dat dit belang eraan in de weg kan staan een bank te verplichten een betaalrekening aan te bieden.
(5) Banken hebben geen formele opsporingsbevoegdheden en zijn voor het cliëntenonderzoek afhankelijk van informatie uit openbare bronnen en informatie van de klant zelf. De klant is verplicht de bank te voorzien van de nodige informatie over – onder meer – zijn activiteiten en de wijze waarop hij aan het geld is gekomen dat hij bij de bank onderbrengt (artikelen 2 lid 2, 3 en 7 ABV).
(1) Transacties tussen eigen betaalrekeningenDe verklaringen van [eiser] over de reden en achtergrond van de transacties tussen de eigen betaalrekeningen bij ABN AMRO, ING en Rabobank zijn gedurende het klantenonderzoek telkens door hem aangepast. Door gelden tussen die rekeningen over te boeken verhult hij de herkomst en het doel van die gelden. Dit vormt een indicator voor witwassen.
(2) Herkomst gestorte gelden onvoldoende geduid[eiser] heeft verklaard dat de gestorte gelden toebehoren aan Newco Trading NV (bedrijfsomzet), dat de gestorte gelden zijn terug te voeren op lokale afnemers die in Surinaamse dollars voor de producten en/of diensten hebben betaald, dat die Surinaamse dollars in Suriname zijn gewisseld naar euro’s en dat die euro’s vervolgens in Nederland aan hem zijn afgegeven. Deze verklaring is dermate weinig specifiek dat ABN AMRO niet in staat is geweest de specifieke stortingen aan de hand van de door [eiser] verstrekte facturen te verifiëren. Ook dit vormt een onacceptabel risico op witwassen. [eiser] neemt de bezwaren van ABN AMRO dat invoer van contanten van een bedrag van € 10.000,- of meer bij de Douane moet worden aangegeven niet serieus. Ook is gebleken dat Surinaamse dollars bij zogenoemde cambio’s worden omgewisseld in euro’s (en dus niet bij banken) waardoor witwascontroles kunnen worden ontdoken.
(3) Onduidelijkheden over girale bijschrijvingenNewco Trading NV beschikt over een Eurorekening bij De Surinaamse Bank (DSB). Om die reden valt niet in te zien waarom in Suriname gevestigde afnemers op de privérekening van [eiser] bij ABN AMRO betalen. [eiser] heeft vragen hierover volledig genegeerd. ABN AMRO benoemt verder zes specifieke girale bijschrijvingen waarbij zij vraagtekens heeft over de reden, achtergrond en de doelbestemming van deze transacties. Transacties zijn veelal niet met bijbehorende facturen onderbouwd. Ook hierin liggen risicofactoren voor witwassen.
(4) Handelwijze in strijd met bank- en productvoorwaardenEen privérekening mag niet, zoals [eiser] heeft gedaan, voor zakelijke transacties worden gebruikt. Voor zover dit voor [eiser] niet duidelijk was, is hij hierop gewezen in de brief van 5 november 2020. Na deze brief is hij doorgegaan met het gebruik van de rekening voor zakelijke transacties. In de periode van 5 november 2020 tot 26 mei 2021 heeft [eiser] op de privérekening ruim € 60.000,- contant gestort en vervolgens overgemaakt naar zijn rekeningen bij ING en Rabobank. Ook heeft hij € 8.500,- van zijn dochter ontvangen (die geregeld geld van Newco Trading NV in ontvangst neemt en naar [eiser] overmaakt) en hij heeft € 5.000,- van een zakelijke relatie ontvangen. Ook na 26 mei 2021 heeft [eiser] nog € 10.000,- aan girale bijschrijvingen ontvangen en overgemaakt naar de bedrijfsrekening bij ABN AMRO en naar de ING-rekening. Verder heeft hij zijn betaalpas en pincode gedeeld met zijn dochter, wat in strijd is met de ABV. Al met al leidt dit tot een onacceptabel integriteitsrisico, aldus steeds ABN AMRO.
(ad 1) Het is niet waar dat verschillende redenen voor de overboekingen zijn gegeven. Alle afschriften zijn verstrekt waardoor volledig inzichtelijk is waar de gelden naartoe zijn gegaan en welke gelden afkomstig waren van Newco Trading NV. De gelden die bij Newco Trading NV zijn binnengekomen zijn ook weer gebruikt door Newco Trading NV. [eiser] had vanwege het depositogarantiestelsel (op grond waarvan tegoeden tot € 100.000,- zijn gedekt) meerdere bankrekeningen en omdat hij die nu eenmaal had, heeft hij ze ook gebruikt.
(ad 2) De kasstromen binnen Newco Trading NV zijn inzichtelijk gemaakt. Kwitanties voor afgegeven en mee te nemen gelden zijn verstrekt, alsmede facturen ter illustratie. Ook de jaarrekeningen van Newco Trading NV zijn verstrekt. Om inzage in de gehele administratie is niet gevraagd. Dat in Suriname de facturen contant worden betaald is een gegeven.
(ad 3) Ook hier geldt dat van de girale bijschrijvingen de bestemming e.d. zijn geduid door [eiser] .
(ad 4) De afspraken zijn nageleefd en nadat in mei/juni 2021 de verzochte helderheid werd verschaft over de afspraken van november 2020 over de stortingen zijn die geheel en al afgeschaft. [eiser] was er niet mee bekend dat zijn dochter zijn bankpas niet mocht gebruiken. Zij heeft de rekening niet gebruikt voor eigen doeleinden. Met de kennis van nu zal hij dit ook nooit meer doen, aldus steeds [eiser] .
risicoop witwassen.
1.016,00