Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.De procedure
- het vonnis in incident van 23 maart 2022, met daarin genoemde stukken;
- het tussenvonnis van 20 april 2022 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald;
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 19 juli 2022, met de daarin genoemde stukken;
- de brief van [eisers] van 29 juli 2020 met opmerkingen op het proces-verbaal;
- de brief van Zinklook c.s. van 1 augustus 2020 met opmerkingen op het proces-verbaal;
- akte uitlating producties tevens akte uitlating wijziging eis aan de zijde van Zinklook c.s.;
- brief van [eisers] van 15 augustus 2022, waarbij [eisers] bezwaar maakt tegen de akte;
- reactie van Zinklook c.s. van 16 augustus 2022 op voornoemde brief.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Tussen wie is de overeenkomst gesloten?
Wanda en Roy [eiser 2]’ heeft verstuurd. Daaruit moet worden begrepen dat wordt gedoeld op [eiser 2] en [eiser 1] . Dat betekent dat het aanbod van Zinklook was gericht aan [eisers] en dat zij er – blijkens de facturen – ook vanuit is gegaan dat de overeenkomst met [eisers] tot stand is gekomen. Dat is ook waar [eisers] vanuit is gegaan en daar zal ook de rechtbank van uitgaan. Mogelijk heeft [eiser 2] als contactpersoon gefungeerd, maar dat doet aan het voorgaande niet af.
2.163,00(3 punten × tarief € 721)