In deze uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op 13 december 2022, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om een WIA-uitkering beoordeeld. Eiseres, die als medisch secretaresse werkte, had zich op 11 juli 2019 ziekgemeld en ontving een Ziektewetuitkering. De aanvraag voor een WIA-uitkering werd door de raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen afgewezen, omdat eiseres minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Eiseres heeft hiertegen bezwaar gemaakt, maar het bestreden besluit bleef ongewijzigd. De rechtbank heeft het beroep op 4 november 2022 behandeld, waarbij eiseres en haar gemachtigde aanwezig waren.
De rechtbank heeft de medische rapporten van de verzekeringsartsen beoordeeld en geconcludeerd dat deze zorgvuldig tot stand zijn gekomen. Eiseres voerde aan dat zij meer dan 35% arbeidsongeschikt is en dat haar wegrakingen haar ongeschikt maken voor de functie van medior soldering operator, waarbij gewerkt moet worden met een soldeerbout. De rechtbank oordeelt dat de functie niet aan de berekening van het arbeidsongeschiktheidspercentage kan worden ten grondslag gelegd, omdat de kans op verwondingen door de wegrakingen te groot is. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt verweerder op om binnen zes weken een nieuwe beslissing te nemen, waarbij het betaalde griffierecht en de proceskosten aan eiseres worden vergoed.