ECLI:NL:RBAMS:2022:7461

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
15 december 2022
Publicatiedatum
12 december 2022
Zaaknummer
9925496 CV EXPL 22-7640
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Verstek
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verstek in geschil over de aankoop van stofzuigers door een ondernemer

In deze zaak, die diende voor de Rechtbank Amsterdam, heeft de kantonrechter op 15 december 2022 een vonnis gewezen in een geschil tussen Billink B.V. (eiseres) en een gedaagde die niet is verschenen. De eiseres had de gedaagde aangeklaagd voor de kosten van twee stofzuigers die hij had aangeschaft. De gedaagde, die een eenmanszaak heeft die zich bezighoudt met de handel in crypto, had de stofzuigers besteld voor zijn woonadres, waar hij ook zijn bedrijfsactiviteiten uitvoert. De kantonrechter heeft ambtshalve getoetst of de gedaagde handelde in de uitoefening van zijn onderneming bij de aankoop van de stofzuigers.

De eiseres werd gevraagd om nader te onderbouwen dat de gedaagde de stofzuigers had gekocht in de uitoefening van zijn onderneming. In haar akte stelde de eiseres dat de gedaagde een aparte ruimte in zijn woning had ingericht voor zijn bedrijfsactiviteiten en dat het noodzakelijk was om deze ruimte schoon te houden, waarvoor stofzuigers nodig zijn. De kantonrechter oordeelde dat de aanschaf van goederen voor het onderhoud van de ruimte waar bedrijfsactiviteiten plaatsvinden, kan worden beschouwd als handelingen in de uitoefening van de onderneming.

Uiteindelijk oordeelde de kantonrechter dat de kosten van één stofzuiger toewijsbaar waren, omdat deze nodig was voor het onderhoud van de bedrijfsruimte. De kosten van de tweede stofzuiger werden afgewezen, omdat de gedaagde deze had besteld als consument en de eiseres niet had aangetoond dat aan de informatieplichten was voldaan. De gedaagde werd veroordeeld tot betaling van de hoofdsom, rente, buitengerechtelijke kosten en proceskosten, met een totaalbedrag van € 315,50. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad en het meer of anders gevorderde werd afgewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9925496 CV EXPL 22-7640
vonnis van: 15 december 2022
fno.: 519

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

Billink B.V.

gevestigd te Rotterdam
eiseres
gemachtigde: [gemachtigde]
t e g e n

[gedaagde]

wonende te [woonplaats]
gedaagde
niet verschenen

Verder verloop van de procedure

Op 25 augustus 2022 is een tussenvonnis gewezen. Ter uitvoering van dat tussenvonnis heeft eiseres een akte ingediend.
Vervolgens is een datum voor vonnis bepaald.

Gronden van de beslissing

Bij tussenvonnis is eiseres is in de gelegenheid gesteld nader te onderbouwen dat gedaagde twee verschillende typen stofzuiger heeft gekocht, terwijl hij handelde in de uitoefening van zijn onderneming.
Bij akte heeft eiseres het volgende, voor zover relevant, gesteld:
De eenmanszaak [naam bedrijf] is gevestigd op het woonadres van gedaagde en de activiteiten die uit het uittreksel van de Kamer van Koophandel naar voren komen bestaan uit advisering over digitale munteenheden, crypto. Dat de activiteiten van gedaagde niet in overeenstemming zijn met de aangekochte artikelen, wil niet zeggen dat gedaagde niet handelde in uitoefening van zijn onderneming toen hij deze kocht.
Eiseres gaat ervan uit dat gedaagde een aparte kamer of ruimte heeft ingericht in zijn woning van waaruit hij de activiteiten die bij zijn eenmanszaak horen uitvoert. Elke onderneming, of de onderneming nu op het woonadres staat ingeschreven of niet, zal onderhouden moeten worden. Hiervoor zal ook schoongemaakt moeten worden en zullen ook stofzuigers moeten worden aangeschaft.
De kantonrechter is van oordeel dat de aanschaf van goederen die worden gebruikt om de ruimte, waar bedrijfsactiviteiten worden verricht, schoon te maken, wordt verricht door de eigenaar van eenmanszaak, terwijl hij handelt in de uitoefening van zijn onderneming, ook al is die ruimte gesitueerd in de woning van de ondernemer, mogelijk moet zijn. Om die ruimte die, gelet op de activiteiten van gedaagde niet heel groot zal zijn, te onderhouden is één stofzuiger naar het oordeel van de kantonrechter voldoende. Gelet hierop zullen de kosten van de aanschaf van één stofzuiger worden toegewezen. De kosten van de andere stofzuiger zullen worden afgewezen, nu gedaagde deze heeft besteld als consument en eiseres niet heeft gesteld of en zo ja, op welke wijze aan de informatieplichten is voldaan.
De rente wordt toegewezen over de resterende hoofdsom vanaf de datum van dagvaarding.
De hoogte van de buitengerechtelijke kosten wordt aangepast naar het toegewezen deel van de hoofdsom.
Gedaagde wordt, als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij, veroordeeld in de proceskosten. Gelet op het feit dat een deel van de vordering is afgewezen wordt de gedaagde veroordeeld tot betaling van griffierecht corresponderende met het toegewezen deel van het gevorderde. Het (eventueel) meer betaalde aan griffierecht blijft voor rekening van eiseres.

BESLISSING

De kantonrechter:
veroordeelt gedaagde tot betaling aan eiseres van:
- € 249,96 aan hoofdsom, vermeerderd met de wettelijke handelsrente vanaf 6 mei 2022 tot aan de voldoening;
- € 40,00 aan buitengerechtelijke incassokosten;
veroordeelt gedaagde in de kosten van het geding, tot op heden aan de zijde van eiseres begroot op:
exploot € 112,30
salaris € 75,00
griffierecht € 128,00
-----------------
totaal € 315,50
voor zover van toepassing, inclusief btw;
veroordeelt gedaagde in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 18,00 aan salaris gemachtigde, voor zover van toepassing inclusief btw;
verklaart de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.W.J. Ros, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op 15 december 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.