ECLI:NL:RBAMS:2022:7430
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - meervoudig
- Rechtspraak.nl
Vrijspraak van medeplegen van handelen in strijd met de Houtverordening en witwassen
Op 12 december 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het medeplegen van handelen in strijd met de Houtverordening en witwassen. De zaak kwam voort uit een melding aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) over een Tsjechisch bedrijf dat teakhout uit Myanmar importeerde zonder te voldoen aan de zorgvuldigheidseisen van de Houtverordening. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, samen met anderen, niet de benodigde zorgvuldigheid heeft betracht bij het op de markt brengen van teakhout. Echter, de rechtbank heeft geoordeeld dat niet bewezen kon worden dat de verdachte feitelijke leiding heeft gegeven aan de verboden gedragingen, omdat de rechtspersoon [medeverdachte 2] niet schuldig werd bevonden aan de tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft de dagvaarding ten aanzien van het witwassen partieel nietig verklaard en de verdachte vrijgesproken van beide tenlastegelegde feiten. De rechtbank heeft ook geoordeeld dat Nederland rechtsmacht heeft over de feiten, omdat deze deels in Nederland zijn gepleegd. De uitspraak benadrukt de noodzaak van zorgvuldigheid bij de import van hout en de verantwoordelijkheden van marktdeelnemers onder de Houtverordening.