Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1]
[eiser 2]
1.[gedaagde 1] ,
2.[gedaagde 2] ,
STICHTING ADMINISTRATIEKANTOOR BUITENPLAATS SCHOONOORD,
BUITENPLAATS SCHOONOORD B.V.,
[naam 1] ,
[naam 2] ,
[naam 3] ,
1.De procedure
- het vonnis in het incident van 17 november 2021;
- de oproepingsexploten ex artikel 118 Rv van 21 december 2021, waarin de STAK, de BV, [naam 1] , [naam 2] (hierna: [naam 2] ) en [naam 3] (hierna: [naam 3] ) ingevolge het vonnis in het incident van 17 november 2021 door [gedaagde 1] c.s. zijn opgeroepen om ter zitting te verschijnen;
- de conclusie van antwoord met producties van 9 maart 2022 van [gedaagde 2] ;
- de conclusie van antwoord met producties van 9 maart 2022 van [gedaagde 1] , de STAK en de BV;
- de conclusie van antwoord met producties van 9 maart 2022 van [naam 1] ;
- het tussenvonnis van 15 juni 2022, waarin een mondelinge behandeling is gelast;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 31 oktober 2022 en de daarin genoemde (proces)stukken;
- de brief van mr. S.M. Campmans van 21 november 2022 met opmerkingen naar aanleiding van het proces-verbaal.
2.De feiten
3.Het geschil
primair: te verklaren voor recht dat het landgoed behoort tot het (fideï commissair) vermogen van [gedaagde 2] ;
4.De beoordeling
Verstek
1.126,00
- griffierecht € 2.076,00
- salaris advocaat €