Op 7 november 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging voor de duur van twaalf maanden, op verzoek van de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene, geboren in 1994, die lijdt aan een psychische stoornis, specifiek schizofrenie en een stoornis in het gebruik van cannabis, in langdurige remissie. De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene niet bereid was om zich te laten horen tijdens de mondelinge behandeling, maar dat hij op de juiste wijze was opgeroepen. De advocaat van betrokkene, mr. E.M. Fortuin, heeft het verzoek ingediend, maar de officier van justitie was niet aanwezig omdat hij geen nadere toelichting nodig achtte.
De rechtbank heeft geconcludeerd dat betrokkene zorg nodig heeft om ernstig nadeel te voorkomen, waaronder lichamelijk letsel en maatschappelijke teloorgang. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn, aangezien betrokkene geen behandelbereidheid toont. De rechtbank heeft de noodzaak van verplichte zorg onderbouwd door te stellen dat betrokkene zonder zorgmachtiging zijn medicatie zal staken, wat nadelige gevolgen kan hebben.
De rechtbank heeft de verzoeken om bepaalde vormen van zorg, zoals opname in een accommodatie, afgewezen, omdat deze niet noodzakelijk zijn om ernstig nadeel te voorkomen. De rechtbank heeft de zorgmachtiging verleend voor een periode van twaalf maanden, met de mogelijkheid tot verplichte zorg zoals medicatietoediening en medische controles. De beschikking is mondeling gegeven door rechter A.K. Mireku en is op 15 november 2022 schriftelijk uitgewerkt.