De overeenkomst die centraal staat is gesloten tussen eiseres als handelaar en gedaagde als consument.
De Warmtewet is van toepassing. In artikel 3 van de Warmtewet zijn de informatieplichten opgenomen waaraan eiseres moet hebben voldaan.
Eiseres stelt dat zij heeft voldaan aan de voor haar geldende informatieplichten, doordat zij op een duurzame gegevensdrager een welkomstpakket aan gedaagde heeft toegestuurd, bestaande uit een leveringsovereenkomst, een ‘information card’, een product- en tarievenblad, algemene leveringsvoorwaarden en aansluitvoorwaarden.
Op grond van het overgelegde welkomstpakket kan worden vastgesteld dat eiseres heeft voldaan aan de op haar rustende informatieplichten. Alle informatie als bedoeld in artikel 3 van de Warmtewet is door middel van het toegestuurde welkomstpakket aan gedaagde verstrekt voordat gedaagde aan de levering was gebonden.
Gedaagde heeft de toegestuurde leveringsovereenkomst – onderdeel van het welkomstpakket – vervolgens ingevuld, ondertekend en aan eiseres geretourneerd.
De facturen dateren van na het moment dat gedaagde de leveringsovereenkomst ondertekend heeft geretourneerd.
Het voorgaande leidt tot toewijzing van de gevorderde betalingsachterstand. Ook de gevorderde rente en buitengerechtelijke kosten zijn toewijsbaar.
Eiseres vordert ook ontbinding van de overeenkomst en afsluiting van de leverantie (en daarop betrekking hebbende nevenvorderingen). Voordat deze vorderingen kunnen worden toegewezen, moet eiseres hebben voldaan aan het bepaalde in artikel 5 van de Warmteregeling aangaande schuldhulpverlening. Eiseres stelt hieraan te hebben voldaan en verwijst naar aanmaningen (productie 4 en 5) ter onderbouwing van die stelling.
Gelet op de aanmaningen waarnaar eiseres verwijst wordt vastgesteld dat eiseres heeft voldaan aan het bepaalde in artikel 5 lid 3 onder a van de Warmteregeling. Gesteld noch gebleken is dat eiseres ook heeft voldaan aan het bepaalde in artikel 5 lid 3 onder b en c, lid 4 en lid 5 van de Warmteregeling. Eiseres had bij de herinnering moeten aanbieden met schriftelijke toestemming van gedaagde de contactgegevens van gedaagde, diens klantnummer en informatie over de hoogte van diens schuld aan een schuldhulpverleningsinstantie te verstrekken. Als gedaagde niet zou reageren op dat aanbod, had eiseres voornoemde gegevens aan een schuldhulpverleningsinstantie moeten verstrekken. Daarnaast had eiseres zich moeten inspannen in persoonlijk contact te treden met gedaagde om hem te wijzen op de mogelijkheden om betalingsachterstanden te voorkomen en beëindigen. Tot slot had eiseres aan gedaagde moeten melden dat gedaagde niet zou worden afgesloten als de artikelen 6 of 7 lid 2 van de Warmteregeling van toepassing zijn, waarin onder meer staat dat niet wordt beëindigd als de kwetsbare consument hierom verzoekt. Dit alles is niet gebeurd, althans blijkt niet uit de aanmaningen waarnaar eiseres verwijst en een onderbouwing anderszins ontbreekt.
Nu eiseres niet heeft voldaan aan alle verplichtingen voortvloeiend uit artikel 5 van de Warmteregeling, kan de vordering tot ontbinding van de overeenkomst en afsluiting van de leverantie en alle daarmee samenhangende nevenvorderingen niet worden toegewezen.
De vordering om gedaagde te veroordelen tot betaling van toekomstige termijnen zal worden afgewezen, nu de verplichting tot betaling blijft bestaan zolang de overeenkomst voortduurt en onvoldoende aanleiding is gesteld of aannemelijk is geworden die thans tot een veroordeling van nog niet opeisbare termijnen moet leiden.
Gedaagde wordt als de overwegend in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de proceskosten.