Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 23 oktober 2020
- de akte houdende producties, met producties, van Booking.com
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie, met producties
- de rolbeslissing van 16 juni 2021, waarbij het verzoek om re- en dupliek is afgewezen
- het tussenvonnis van 22 september 2021, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald
- de conclusie van antwoord in reconventie, met producties
- het proces-verbaal van de op 10 mei 2022 gehouden mondelinge behandeling, met de daarin genoemde processtukken
- de akte aanpassing productie 5 van Booking.com, met productie 36
- de antwoordakte inzake aanpassing producties 5 Booking.com, met producties
- een B-formulier van 8 juni 2022, waarbij Booking.com bezwaar heeft gemaakt tegen de antwoordakte
- een B-formulier van 9 juni 2022, waarbij de hotels hebben gereageerd op het bezwaar van Booking.com
- de e-mail van de rechtbank van 14 juni 2022, waarbij de antwoordakte met producties van de hotels vooralsnog is geweigerd
- de e-mail van de rechtbank van 11 juli 2022, waarbij die antwoordakte alsnog is toegestaan en Booking.com in de gelegenheid is gesteld om daarop bij akte te reageren
- de akte van Booking.com van 17 augustus 2022.
2.De feiten
- die auf anderen online-Reservierungsportalen angeboten werden;
- die auf Offline-Vertriebswegen angeboten werden, vorausgesetzt, dass diese Zimmerpreise weder online veröffentlicht noch vermarktet werden, und/oder
- die nicht veröffentlicht sind, vorausgesetzt, dass diese Zimmerpreise nicht online vermarktet werden.”
3.Het geschil
in conventie
4.De beoordeling
in conventie en in reconventie
- Air-Hotel Wartburg Tagungs- & Sporthotel GmbH
- Atrium Hotelgesellschaft mbH
- Business Hotels GmbH
- DJC Operations GmbH
- Dorint GmbH
- Fleming’s Hotel Management und Servicegesellschaft
- Intercityhotel GmbH
- Kur-Café Hotel Allgäu GmbH
- Oranien Hotelbetriebs GmbH
- Platzl Hotel Inselkammer KG
- Savfra Hotelbesitz GmbH
- Scandic Hotels Deutschland GmbH
- Schlossgarten Hotelgesellschaft mbH
- SHK Hotel Betriebsgesellschaft mbH
- THR III Berlin Prager-Platz Hotelbetriebs- und Beteiligungsgesellschaft mbH
- THR München Konferenz und Event Hotelbetriebs- und Management GmbH
- THR Rhein/Main Hotelbetriebs- und Beteiligungs GmbH
- THR XI Berlin Hotelbetriebs- und Beteiligungsgesellschaft MBH in Bad Arolsen
- THR XXX Hotelbetriebs- und BeteiligungsGmbH
- Hans-Hermann Geiling (Hotel-Präsident).
hardcorerestricties opnemen. Het gaat hier om afspraken over prijzen en absolute gebiedsbescherming. Omdat dit ernstige beperkingen zijn, kunnen deze niet profiteren van de vrijstelling. Indien in een verticale overeenkomst een van de in artikel 4 genoemde restricties is opgenomen, valt de gehele overeenkomst buiten de reikwijdte van de Groepsvrijstelling.
anti-concurrentiebedingen. Is sprake van een afspraak die in artikel 5 voorkomt, dan valt alleen die bepaling in de overeenkomst niet onder de reikwijdte van de Groepsvrijstelling. De rest van de overeenkomst kan nog wel hiervan profiteren.
upstream-markt als de
downstream-markt, zodat deze handelaar concurreert met zijn afnemers op de laatstgenoemde markt. Duale distributie profiteert niet van de nieuwe Groepsvrijstelling indien de leverancier een aanbieder is van onlinetussenhandelsdiensten en een concurrent is van de afnemers die goederen of diensten hebben betrokken via deze onlinetussenhandelsdiensten. Onder een onlinetussenhandelsdienst wordt verstaan een online door een bepaalde onderneming aangeboden dienst, waardoor transacties tussen andere ondernemingen of tussen andere ondernemingen en consumenten worden gefaciliteerd. Aanbieders van onlinetussenhandelsdiensten kunnen een prikkel hebben om de uitkomst te beïnvloeden van de concurrentie op de
downstream-markt waar de geleverde goederen of diensten worden verkocht. Hun overeenkomsten kunnen dus niet generiek worden uitgezonderd van het kartelverbod, maar dienen op basis van een individuele toetsing te worden beoordeeld aan de hand van artikel 101 lid 3 VWEU.
.Artikel 5 lid 1 onder d ziet niet op smalle pariteitsclausules. De smalle pariteitsclausules vallen onder de vrijstelling van artikel 2 lid 1 van de nieuwe Groepsvrijstelling.
Wird wegen eines Verstoβes gegen eine Vorschrift dieses Teils oder gegen Artikel 101 oder 102 des Vertrages über die Arbeitsweise der Europäischen Union Schadensersatz gefordert, so ist dat Gericht an die Feststellung des Verstoβes gebunden, wie sie in einer bestandkräftigen Entscheidung der Kartellbehörde, der Europäischen Kommission oder der Wettbewerbsbehörde oder des als solche handelnden Gerichts in einem anderen Mitgliedstaat der Europäischen Union getroffen wurde. Dat Gleiche gilt für entsprechende Feststellungen in rechtskräftigen Gerichtsentscheidungen, die infolge der Anfechtung von Entscheidungen nach Satz 1 ergangen sind. Diese Verpflichtung gilt unbeschadet der Rechte und Pflichten nach Artikel 267 des Vertrages über die Arbeitsweise der Europäischen Union.”
verfahrensrechtliche Bedeutung’) moet worden aangemerkt.
prima faciebewijs van het feit dat zich een inbreuk op het mededingingsrecht heeft voorgedaan, en naar gelang het geval, naast eventueel ander door de partijen aangevoerd bewijsmateriaal kan worden beoordeeld.
prima faciebewijs’). Zoals Booking.com ter zitting terecht heeft betoogd, zou de door de hotels bepleite uitleg dat de Duitse besluiten de rechtbank binden, het ongewenste effect hebben dat de Duitse wetgever het in zijn macht heeft om een ruimere binding aan besluiten van haar eigen mededingingsautoriteit op te leggen aan andere lidstaten dan de Europese Commissie heeft bedoeld. Die uitleg volgt de rechtbank dan ook niet.
free ridingtegen te gaan. Het BGH heeft in cassatie weliswaar geoordeeld dat het door BKA in opdracht van het OLG Düsseldorf uitgevoerde onderzoek op zijn minst wijst op een zeker meeliftgedrag van hotelklanten bij Booking.com, maar de smalle pariteitsclausule niet als een nevenrestrictie gekwalificeerd, omdat Booking.com sinds 2016 ook zonder die clausule haar marktpositie heeft behouden. De vraag rijst wel of dit laatste betekent dat zij zich niet tegen de risico’s van
free ridingzou mogen indekken, welke risico’s volgens Booking.com ook thans nog volop aanwezig zijn.
hard corebeperkingen in de zin van artikel 4 van de Groepsvrijstelling hebben te gelden of onder de uitgesloten beperkingen van artikel 5 van de Groepsvrijstelling vallen. Ook hierover verschillen partijen van mening. Volgens de hotels vallen de pariteitsclausules onder artikel 4 sub a van de Groepsvrijstelling, hetgeen Booking.com gemotiveerd betwist.
hard corebeperkingen zijn aan te merken en dat de smalle pariteitsclausule onder de Groepsvrijstelling valt indien de marktaandeeldrempel van 30% niet wordt overschreden. De brede pariteitsclausule dient gelet op artikel 5 lid 1 sub d individueel getoetst te worden. Ook bij die toets is het marktaandeel van belang.
multi homing’). Uit onderzoek dat onderzoeksinstituut GfK in 2014 onder Duitse consumenten heeft uitgevoerd, bleek dat 62% van de respondenten twee tot vier websites gebruikte om te zoeken. Van de personen die via OTA’s zochten, gebruikte 46% daarnaast metazoekmachines. Verder blijkt uit onderzoek van Oxera dat in 2015 60% van de boekingen offline heeft plaatsgevonden.
Many respondents indicated that multi-sided platforms are now a prevalent business model in the digital sphere, yet they remain complex to analyse, with no clear consensus in the economic literature or competition authorities’ case practice about how market definition should be carried out in such circumstances. Stakeholders would therefore welcome guidance from the Commission in this area, in particular on the question of whether multiple relevant markets (one for each side of the platform) or a single market (encompassing all sides of the platform) should be defined, on how the indirect network effects between different sides of a platform should be assessed as well as on whether (and how) the SSNIP test can be applied to multi-sided platforms. (…)
core platform services’ als zoekmachines (Google), sociale netwerken (Facebook) en videodiensten, die door hun omvang een bijzonder belangrijke rol spelen voor andere bedrijven omdat zij de toegang beheren tussen deze bedrijven en hun klanten (poortwachters). De belangrijkste wijzigingen betreffen uitbreiding van de toezichtregeling en de mogelijkheid voor de Europese Unie om preventief te kunnen ingrijpen.
5.De beslissing
23 november 2022voor het nemen van de hiervoor onder 4.60 bedoelde akte,