Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.De procedure
aanvulling, maar om een
wijzigingvan de eis gaat. Gedaagde, hierna NRC, heeft aan de hand van een vooraf toegezonden conclusie van antwoord, verweer gevoerd. Beide partijen hebben schriftelijke stukken en een pleitnota ingediend.
2. De feiten
The Office Operators Infinity B.V. (TOO). Tussen TaXeCo en TOO is een geschil ontstaan. Bij vonnis van 7 februari 2019 heeft de kantonrechter TOO veroordeeld om de huurovereenkomst na 14 februari 2019 gestand te doen en in reconventie TaXeCo veroordeeld om een bedrag van € 8.944,11 aan achterstallige huur te voldoen.
TXC heeft daarin de behandelend kantonrechter gewraakt, omdat die volgens haar vooringenomen was. Vervolgens heeft TXC de wrakingskamer gewraakt. Bij vonnis van 3 november 2021 heeft de rechtbank Noord-Holland deze verzoeken afgewezen. In dit vonnis staat onder meer:
Alles overziend komt de wrakingskamer tot het oordeel dat geen feiten of omstandigheden zijn gesteld of gebleken die zouden moeten leiden tot de conclusie dat er gronden zijn voor het aannemen van objectiveerbare partijdigheid of een objectiveerbare schijn van partijdigheid bij de rechter, waardoor de rechterlijke onpartijdigheid schade zou kunnen lijden. Het wrakingsverzoek is daarom ongegrond en moet worden afgewezen.”
TaXeCo had het document van 10 augustus 2020 vanzelfsprekend met het (eerste) beslagrekest mee moeten sturen, aangezien het door TaXeCo ingenomen standpunt dat dit voor de beoordeling van haar vordering irrelevant zou zijn volstrekt onhoudbaar is.[spelersmakelaar]
heeft terecht betoogd dat TaXeCo door dat na te laten de voorzieningenrechter aan wie het beslagrekest is voorgelegd op het verkeerde been heeft gezet, wat een ernstige schending oplevert van artikel 21 Rv.”
4.7 Het hof is van oordeel dat[spelersmakelaar]
summierlijk de ondeugdelijkheid heeft aangetoond van de vordering waarvoor TaXeCo beslagen heeft gelegd en dat de voorzieningenrechter de beslagen terecht heeft opgeheven.
Onderwerp: persbericht i.v.m. melding tegen [naam 3] wegens vermeend seksueel misbruik
Onze stichting heeft bij de heer [naam 3] wederhoor toegepast (…) maar de heer [naam 3] heeft nog geen reactie willen geven. Het betrokken slachtoffer wordt in deze kwestie vanaf heden bijgestaan door onze raadsman [eiser 2] van advieskantoor TaXeCo. Indien u over deze zaak vragen heeft, dan verwijst onze stichting u door naar de heer [eiser 2].”
Donder toch op met jullie lasterlijke en verzonnen onzin. Jullie moeten je als stichting kapot schamen dat jullie dit soort valse beschuldigingen durven te formuleren en ook nog durven te verzenden.”
De Stichting is thans op het zelfde adres gevestigd als TaXeCo.
Wij zijn voornemens uw cliënten te dagvaarden voor de meervoudige strafkamer van de rechtbank Amsterdam (…). Mocht u, anders dan het OM, van oordeel zijn dat het onderzoek nog niet is afgerond, dan kunt u uiterlijk binnen vier weken na dagtekening van deze brief uw onderzoekswensen kenbaar maken (…)”
Het OM Amsterdam heeft besloten twee juridisch adviseurs te vervolgen wegens poging afdreiging. Beide verdachten zijn begin oktober van die beslissing op de hoogte gesteld.
In veel mediagenieke zaken duikt [eiser 2] op als adviseur. Nu wordt hij zelf vervolgd. Wie is deze Rocky van de Zuidas?
Wij hebben als stichting het dus niet gemunt op advocaat [naam 3] . Wij hebben op 23 juni 2022 per e-mail (…) bij hem wederhoor toegepast op basis van de binnengekomen melding op 16 juni 2022. De heer [naam 3] heeft vervolgens zelf die dag de kwestie op zijn Twitter account met 17.000 volgers geopenbaard. Wij hebben als stichting toen niets hierover geopenbaard en ook geen persbericht gepubliceerd. (…) Over de binnengekomen melding tegen de heer [naam 4] hebben wij als stichting niets aan de media gelekt. (…) Onze stichting heeft op 22 april 2022 alleen een e-mail (…) aan advocaat (…) gestuurd in het kader van wederhoor.”
3.Het geschil
Op 30 oktober 2022 heeft NRC Handelsblad een artikel op haar website gepubliceerd van de hand van journalist [naam 6] . In het artikel over de heren drs. [eiser 2] en mr. [eiser 1] van het advieskantoor TaXeCo staan de volgende onjuistheden. Het is onjuist dat [eiser 2] en [eiser 1] met anonieme politiemeldingen bekende Nederlanders via de media zouden willen beschadigen. Het is onjuist dat [eiser 2] achter de politiemelding tegen de heer [naam 3] zou zitten wegens vermeend seksueel misbruik. Het is onjuist dat TaXeCo sterk verweven is met haar cliënte Stichting Music#MeToo. Het is onjuist dat [eiser 2] en [eiser 1] zelden succes in de rechtszaal hebben. Het is onjuist dat [eiser 2] en [eiser 1] een spoor van wrakingsverzoeken hebben achtergelaten. Het is onjuist dat TaXeCo een huurbetalingsachterstand zou hebben. Het is onjuist dat TaXeCo naar haar vordering op een spelersmakelaar kan fluiten. Het is onjuist dat TaXeCo de beslagrechter heeft misleid bij de beslaglegging op de tegoeden van de spelersmakelaar bij PSV en Ajax en zijn twee Porsches.”
4.De beoordeling
De verklaring van de Stichting (zie 2.18) blijkt dus niet te kloppen.
Die overtuigen niet. Zij hebben onder meer naar voren gebracht dat een rechter zich na een wrakingsverzoek van [eiser 2] in de tuchtzaak tegen oud-minister Grapperhaus zou hebben teruggetrokken en werd vervangen door een andere tuchtrechter. Dit kan moeilijk een noemenswaardig succes in de rechtszaal worden genoemd, te minder nu de tuchtklachten vervolgens (ook in hoger beroep) zijn afgewezen. Dat geldt ook voor de civiele zaak waarin eisers een schikking hebben bereikt met het OM over het ter beschikking stellen van camerabeelden. Zij hadden die zaak in eerste aanleg verloren, waarna zij in hoger beroep hebben geschikt.
Zeker één cliënt heeft hard gebroken met de twee van Taxeco. Dat is een spelersmakelaar die in de zomer van 2021 verhaal komt halen bij de rechter over het beslag dat Taxeco heeft gelegd op twee Porsches en zijn tegoeden bij PSV en Ajax. Dan blijkt dat [eiser 2] en [eiser 1] de belangrijkste zakelijke overeenkomst bij de beslagrechter niet hadden laten zien. Een "ernstige schending" van de waarheidsplicht, oordeelt de rechter, die de beslagen meteen opheft. Ook kunnen ze fluiten naar bijna een ton gefactureerd 'meerwerk' als de spelersmakelaar in latere procedures gelijk krijgt. Meer dan wat in een 'fixed fee' overeenkomst stond - 17.000 euro die al betaald was - is hij hen niet verschuldigd.”