Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[eiser 2] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 20 april 2022, met producties,
- de conclusie van antwoord met producties,
- het tussenvonnis van 13 juli 2022, waarbij een mondelinge behandeling is bepaald,
- de akte van [eisers] met aanvullende producties 20 t/m 41,
- het proces-verbaal van mondelinge behandeling van 22 september 2022,
- de reactie op het proces-verbaal van [eisers] van 18 oktober 2022,
- de nadere akte van [eisers] van 12 oktober 2022 aangaande de machtiging van de kantonrechter en het op de rol van 19 oktober 2022 ontvangen originele exemplaar,
- de antwoordakte van de Gemeente van 19 oktober 2022.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Ontvankelijkheid [eiser 2]
Het feit dat er mogelijk een wachtlijst is bij een zorgaanbieder, dat gewenste dagen niet direct beschikbaar zijn of dat de zorgaanbieder nog onderzoek moet doen voordat een aanbod kan worden gedaan, betekent nog niet dat de Gemeente tekortschiet in het bieden van passende zorg. Daarbij blijkt uit de e-mails van [eiser 1] dat zij moeite had met opvang in Amstelveen en juist leek in te zetten op het passend maken van de bso in Uithoorn. Daartoe was zij met OTT in gesprek. Het feit dat de Gemeente in die fase niet op enige wijze heeft ingegrepen, is dus niet verwijtbaar; de Gemeente mocht ervan uitgaan dat [eiser 1] met hulp van MEE bezig was de gewenste hulp vorm te geven en aan de bel zouden trekken als daarbij op een of andere manier handelen van de Gemeente nodig was.
Gezien deze gang van zaken kan ook in de periode na 21 augustus 2018 tot aan Besluit 3 geen nalatigheid van de Gemeente worden gezien.
Uit dit alles blijkt niet dat het zorgaanbod van de Gemeente kwalitatief en kwantitatief ontoereikend was.
Dat [eiser 2] tussen juli en 2017 en maart 2019 niet daadwerkelijk die zorg heeft gekregen die voor hem geschikt was moet echter worden geweten aan een aantal omstandigheden allemaal buiten de invloedssfeer van de gemeente liggen, namelijk kort gezegd:
Dat de verleende zorg in de beleving van [eiser 1] , [naam vader] en [eiser 2] gedurende langere tijd onvoldoende was, betekent niet dat de Gemeente is tekort geschoten in de uitvoering van haar wettelijke taken op het gebied van de Jeugdhulp. Daaruit volgt dat ook niet is gehandeld in strijd met de bepalingen uit het EVRM, het Handvest of het IVRK.
1.126,00(2,0 punten × tarief € 563,00)