ECLI:NL:RBAMS:2022:6644
Rechtbank Amsterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de terugbetalingsverplichting van inburgeringslening en schending van het evenredigheidsbeginsel
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Amsterdam het beroep van eiser tegen het besluit van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarbij de terugbetalingsverplichting van een lening voor inburgering is vastgesteld op EUR 9.728,01. Eiser, die sinds 22 oktober 2015 inburgeringsplichtig is, heeft bezwaar gemaakt tegen dit besluit, maar zijn bezwaar werd ongegrond verklaard. De rechtbank heeft het beroep op 21 september 2022 behandeld, waarbij eiser en zijn gemachtigde aanwezig waren. Eiser heeft aangevoerd dat hij door bijzondere omstandigheden niet in staat was om tijdig in te burgeren en dat de terugbetalingsverplichting onredelijk is.
De rechtbank oordeelt dat de minister onvoldoende rekening heeft gehouden met de persoonlijke omstandigheden van eiser en dat het bestreden besluit in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. De rechtbank vernietigt het besluit en draagt de minister op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, waarbij de evenredigheid van de terugbetalingsverplichting moet worden getoetst. Eiser heeft recht op vergoeding van griffierecht en proceskosten, die door de minister moeten worden betaald. De uitspraak benadrukt het belang van een zorgvuldige afweging van belangen in bestuursrechtelijke besluiten.