3.4.Bewezenverklaring
De rechtbank acht bewezen dat verdachte:
1 primair
op 4 oktober 2021 te Uithoorn als verkeersdeelnemer, als bestuurder van een motorrijtuig (personenauto), daarmee rijdende over de [locatie 1] / [locatie 2] ( [locatie 4] ), zich zodanig, te weten aanmerkelijk onoplettend en onachtzaam heeft gedragen dat een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden, waardoor een ander, genaamd [slachtoffer] , zwaar lichamelijk letsel, te weten een gebroken pols en gebroken neus(brug) en zware hersenschudding, werd toegebracht,
bestaande dat gedrag hieruit:
verdachte heeft gereden over de [locatie 1] , komende uit de richting van de [locatie 5] , en gaande in de richting van de [locatie 3] ,
- terwijl het donker was,
- terwijl verdachte onder invloed van alcohol verkeerde,
verdachte is gekomen bij de kruising van de [locatie 1] met de [locatie 2] ( [locatie 4] ),
verdachte is bij voornoemde kruising, rijdende op de [locatie 1] , over de rijkstrook enkel bestemd voor rechtdoorgaand verkeer, in strijd met artikel 62 en 78 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990, linksaf geslagen in de richting van de [locatie 6] en heeft aldus verkeerd voorgesorteerd en niet gevolg gegeven aan de verplichting om op een kruispunt de richting te volgen die de voorsorteerstrook waarop hij zich bevindt,
verdachte is daarbij niet gestopt voor een in zijn richting gekeerd en voor het in zijn richting geldend rood uitstralend verkeerslicht voor verkeer linksaf,
verdachte heeft zich bij het afslaan en oversteken van voornoemd kruisingsvlak niet vergewist en is zich niet blijven vergewissen dat de weg en/of voornoemd kruisingsvlak vrij was van enig kruisend en/of overstekend verkeer, en verdachte heeft niet zijn aandacht gericht en gericht gehouden op het voor hem, verdachte, dichtbijgelegen weggedeelte van die weg,
verdachte heeft daarbij niet afgeremd voor voornoemde [slachtoffer] , verdachte is vervolgens tegen voornoemde [slachtoffer] , aangereden,
ten gevolge waarvan voornoemde [slachtoffer] vorenomschreven zwaar lichamelijk letsel werd toegebracht, terwijl verdachte verkeerde in de toestand als bedoeld in artikel 8, tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994;
2
op 4 oktober 2021 te Uithoorn als bestuurder van een motorrijtuig, namelijk als bestuurder van een personenauto, dit motorrijtuig heeft bestuurd na zodanig gebruik van alcoholhoudende drank, dat het alcoholgehalte van zijn adem bij een onderzoek als bedoeld in artikel 8, tweede lid, aanhef en onder a van de Wegenverkeerswet 1994, 335 microgram alcohol per liter uitgeademde lucht bleek te zijn;
3
als degene die als bestuurder van een motorrijtuig betrokken was geweest bij een verkeersongeval dat had plaatsgevonden in Uithoorn, op/aan de [locatie 1] / [locatie 2] ( [locatie 4] ), op 4 oktober 2021, de plaats van vorenbedoeld ongeval heeft verlaten, terwijl bij dat ongeval, naar hij wist of redelijkerwijs moest vermoeden, aan een ander, te weten [slachtoffer] , letsel en schade was toegebracht.