Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek ter terechtzitting
2.Beschuldiging
3.Waardering van het bewijs
4.Bewezenverklaring
5.Strafbaarheid van de feiten en van verdachte
6.Oplegging van straf
met ingang van 19 oktober 2022worden opgenomen.
7.Vorderingen tot schadevergoeding van de benadeelde partijen
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
gevangenisstrafvoor de duur van
6 (zes) maanden
3 (drie) maanden, van deze gevangenisstraf
niet tenuitvoergelegdzal worden, tenzij later anders wordt gelast.
proeftijdvan
2 (twee) jarenvast.
benadeelde partij [slachtoffer 2] niet-ontvankelijkin zijn vordering tot schadevergoeding.
ten behoeve van [slachtoffer 2] aan de Staat € 67,02 (zevenenzestig euro en twee eurocent)te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade (6 juni 2022) tot aan de dag van voldoening. Bij gebreke van betaling en verhaal kan gijzeling worden toegepast voor de duur van 1 (één) dag. De toepassing van die gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
benadeelde partij [slachtoffer 5] niet-ontvankelijkin zijn vordering tot schadevergoeding.