Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 12 augustus 2021, met 36 producties,
- de conclusie van antwoord met 5 producties,
- het tussenvonnis van 15 december 2021 waarin de mondelinge behandeling is bepaald,
- het proces-verbaal van de op 4 januari 2022 gehouden mondelinge behandeling,
- de op 5 januari 2022 ingekomen productie 37 van [eiser] ,
- het op 25 januari 2022 ingekomen bericht van [gedaagde] .
2.De feiten
dagafschriften van al uw betaal- en spaarrekeningen.
3.Het geschil
- een verklaring voor recht dat [gedaagde] aansprakelijk is jegens [eiser] voor de door hem geleden en te lijden schade,
- veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 322.315,95, te vermeerderen met rente en kosten,
- veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten (en de nakosten).