Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
[veroordeelde] ,
mr. Y. Karga, [kantooradres advocaat] ,
Feiten
Procedure
Bezwaar
De rapportage van de reclasseringDe reclassering heeft op 8 juni 2020 de werkstrafopdracht ontvangen. Vanaf 21 oktober 2019 is de reclassering bezig geweest contact te krijgen met veroordeelde en om hem op een project te plaatsen, maar het is niet gelukt. Veroordeelde wilde in verband met dreiging op zijn leven niet op een buitenproject werken. Tijdens een intakegesprek heeft hij dat laten weten en zijn raadsvrouw heeft dat op 5 februari 2020 bevestigd. Omdat zijn veiligheid, de veiligheid van de medewerkers van de reclassering en de medewerkgestraften dan wel omstanders niet gegarandeerd kon worden zolang deze dreiging zou aanhouden is de werkstraf opgeschort totdat de dreiging is afgenomen. Veroordeelde zou dan wel regelmatig contact moeten houden met de reclassering. In het begin was hij ook goed bereikbaar voor de reclassering, maar vanaf 4 mei 2020 was contact met veroordeelde niet meer mogelijk en verscheen hij niet op de afspraken waartoe hij door de reclassering was opgeroepen. De reclassering is van mening dat zij voldoende inspanning heeft geleverd om de werkstraf op een positieve manier af te sluiten, maar veroordeelde heeft hieraan geen prioriteit gegeven. Veroordeelde heeft niet een keer zelf contact met de reclassering gezocht.
Standpunt van het Openbaar Ministerie
Beoordeling
- het hiervoor genoemde vonnis;
- het rapport van Reclassering Nederland, van 11 september 2020, met het advies de tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis te bevelen;
- de kennisgeving van de beslissing tot toepassing van de vervangende hechtenis;
- het bezwaar van de veroordeelde.