Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
the Budapest-Capital Regional Court(Hongarije) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Decision No. 8.B.318/2017/22 issued by the Budapest IVth and XVth District Courtop 22 November 2017
, respectively Decision No. 24.Bf.6000/2018/9 issued by the Budapest-Capital Regional Court(Hongarije)
as court of second instanceop 7 September 2018
, final on the same date (7 September 2018
).
panel session,de opgeëiste persoon en zijn advocaat niet aanwezig mochten zijn, zonder voorafgaande toestemming. Deze toestemming heeft de advocaat van de opgeëiste persoon niet gevraagd. De raadsman heeft verzocht de overlevering op grond van artikel 11 OLW te weigeren, omdat de opgeëiste persoon zijn verdedigingsrechten niet heeft kunnen uitoefenen en een dergelijke werkwijze tot een schending van het recht op een eerlijk proces leidt.
the Budapest-Capital Regional Court(Hongarije), een zogeheten
panel session,is geoordeeld over de schuld van de verdachte. Dat leidt tot de conclusie dat deze zitting onder het bereik van artikel 12 OLW valt. De rechtbank stelt vast dat de OP niet in persoon is verschenen bij het proces in hoger beroep dat tot de beslissing van
the Budapest-Capital Regional Court(Hongarije) heeft geleid, en dat deze beslissing - kort gezegd - is gewezen zonder dat zich één van de in artikel 12, sub a tot en met c, OLW genoemde omstandigheden heeft voorgedaan, terwijl evenmin een garantie als bedoeld in artikel 12, sub d, OLW is verstrekt.
panel session, maar geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om een
open sessionof een proces aan te vragen waar de opgeëiste persoon en zijn advocaat wel aanwezig hadden mogen zijn. De opgeëiste persoon heeft zelf het hoger beroep ingesteld en zijn gemachtigd advocaat was op de hoogte van de procedure en de mogelijkheid tot het aanvragen van een
open sessionof een proces, maar heeft dit nagelaten. Het toestaan van de overlevering levert onder die omstandigheden geen schending van de verdedigingsrechten van de opgeëiste persoon op. Het verweer van de raadsman wordt dan ook verworpen.
4.Strafbaarheid: feit vermeld op bijlage 1 bij de OLW
vervalsing van administratieve documenten en handel in valse documenten; vervalsing van betaalmiddelen’of de kwalificatie ‘valsheid in geschrifte’ ex artikel 225 Wetboek van Strafrecht kan opleveren.
vervalsing van administratieve documenten en handel in valse documenten; vervalsing van betaalmiddelen’. De rechtbank verwerpt het verweer van de raadsman.
5.Slotsom
6.Toepasselijke wetsbepalingen
7.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
the Budapest-Capital Regional Court(Hongarije) voor het feit zoals dat is omschreven in onderdeel e) van het EAB.