Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 26 januari 2022 met producties,
- de conclusie van antwoord met producties,
- het tussenvonnis van 22 juni 2022, waarin een mondelinge behandeling is bepaald,
- het verkorte proces-verbaal van mondelinge behandeling van 14 juli 2022 met de daarin genoemde stukken, waaronder een vermeerdering van eis van [eiser] .
2.De feiten
Over de nog uitstaande lening ad € 152.117,45 is leningnemer 12% rente per jaar verschuldigd vanaf 1 augustus 2019 tot aan de dag van algehele aflossing.
(…)
De totale lening ad € 252.117,45 wordt afgelost inclusief de verschuldigde rente binnen acht dagen nadat de opbrengst van de ‘veiling/verkoop van de aandelen jachthaven’, welke transactie partijen genoegzaam bekend is, door leningnemer is geïncasseerd.
In het geval de onder lid 3 genoemde transactie niet plaatsvindt, althans de gelden niet door leningnemer zijn geïncasseerd, heeft de overeenkomst een looptijd tot uiterlijk 1 mei 2023.
(…)
(…)
(…)
De leningnemer is over de totale geldlening tot aan de dag van algehele aflossing een rente verschuldigd van 12% (twaalf procent) per jaar, als omschreven onder randnummers 1 en 2.
(…)
(…)
(…)
Indien de hoofdsom met voormelde rente niet in zijn geheel wordt voldaan aan het einde van de looptijd van de lening als – primair – omschreven onder randnummer 3, of als – subsidiair – omschreven onder randnummer 4, dat wil zeggen uiterlijk op 1 mei 2023, dan zal de leningnemer zonder enige ingebrekestelling onmiddellijk een niet voor matiging vatbare boete verschuldigd zijn aan leningnemer van € 5.000 (zegge: vijfduizend euro) voor iedere maand dat leningnemer in gebreke blijft. Voorts loopt de overeengekomen rente door.
Over de nog uitstaande lening ad € 152.117,45 is leningnemer 6% rente per jaar verschuldigd volgens de bijgaande Excel-berekening, tot aan de dag van algehele aflossing.
(…)
Als onderpand verleent de leninggever de vordering op [naam 1] zoals deze volgt op het Nederlandse vonnis van 12-08-2015.
De totale lening ad € 252.117,45 wordt afgelost inclusief de verschuldigde rente binnen acht dagen nadat de opbrengst van de ‘veiling/verkoop van de aandelen jachthaven’, welke transactie partijen genoegzaam bekend is, door leningnemer is geïncasseerd.
(…)
(…)
(…)
De leningnemer is over de totale geldlening tot aan de dag van algehele aflossing een rente verschuldigd, als omschreven onder randnummers 1 en 2.
(…)
(…)
Indien de hoofdsom met voormelde rente niet in zijn geheel wordt voldaan aan het einde van de looptijd van de lening als – primair – omschreven onder randnummer 4, dan zal de leningnemer zonder enige ingebrekestelling onmiddellijk een niet voor matiging vatbare boete verschuldigd zijn aan leningnemer van € 5.000 (zegge: vijfduizend euro) voor iedere maand dat leningnemer in gebreke blijft. Voorts loopt de overeengekomen rente door.
Indien de procedure zoals omschreven on randnummer 4, om welke reden dan ook niet doorgaat, blijft de hoofdsom en rente verschuldigd. Leninggever en leningnemer zullen dan in onderling overleg bepalen op welke wijze en wanneer de lening en de verschuldigde rente worden afgelost.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Overeenkomst in mei 2021?
Kijk maar of je nog opmerkingen hebt’. Bovendien antwoordde [eiser] nog diezelfde minuut op het bericht van [gedaagde] . Het is onwaarschijnlijk dat [eiser] in die korte tijd de wijzigingen van [gedaagde] op het concept kon doornemen en goedkeuren. [gedaagde] heeft dat naar alle waarschijnlijkheid ook zo begrepen, gelet op het feit dat hij twee dagen later (op 12 mei 2021) nog een nieuwe conceptovereenkomst toestuurde aan [eiser] .
- Explootkosten € 379,36
- Griffierecht € 314
- Salaris advocaat
- Explootkosten € 130,11
- Griffierecht € 1.963 (= € 2.277 -/- € 314)
- Salaris advocaat