ECLI:NL:RBAMS:2022:4547

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
26 juli 2022
Publicatiedatum
3 augustus 2022
Zaaknummer
AMS 22/1716
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beroep tegen naheffingsaanslag parkeerbelasting en belanghebbendheid

In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 26 juli 2022 uitspraak gedaan in een beroep tegen een naheffingsaanslag parkeerbelasting. Eiseres, de kentekenhouder en feitelijk parkeerder van de auto, heeft bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslag die door de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam was opgelegd. De naheffingsaanslag was het gevolg van het niet tijdig verlengen van een parkeersessie, waarvoor wel een bezoekersvergunning was aangevraagd, maar die slechts tot 18.30 uur geldig was. Eiseres heeft verklaard dat zij door persoonlijke omstandigheden, namelijk het zorgen voor een kind, niet in staat was om de parkeersessie tijdig te verlengen.

De rechtbank heeft overwogen dat eiseres als kentekenhouder en feitelijk parkeerder belanghebbende is en dat de gemachtigde, die de houder van de bezoekersvergunning is, geen belanghebbende is in deze procedure. De rechtbank heeft vastgesteld dat de app voor de bezoekersvergunning wel degelijk de mogelijkheid biedt om een parkeersessie tijdig te verlengen, maar dat de verantwoordelijkheid voor het niet tijdig verlengen bij eiseres ligt. De rechtbank heeft geoordeeld dat de naheffingsaanslag terecht is opgelegd, omdat de parkeerbelasting een objectieve belasting is en persoonlijke omstandigheden geen rol spelen in de beoordeling van de naheffingsaanslag.

De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard, wat betekent dat de naheffingsaanslag in stand blijft. Tegen deze uitspraak staat hoger beroep open bij het gerechtshof Amsterdam binnen zes weken na verzending van het proces-verbaal.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Bestuursrecht
zaaknummer: AMS 22/1716

proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de enkelvoudige kamer van

26 juli 2022 in de zaak tussen

[eiseres] , te Amsterdam, eiseres

( [gemachtigde] ),
en

de heffingsambtenaar van de gemeente Amsterdam, verweerder

( [gemachtigde] ).

Procesverloop

Met een besluit van 28 januari 2022 heeft de heffingsambtenaar een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd aan eiseres.
Met de uitspraak op bezwaar van 17 februari 2022 heeft de heffingsambtenaar het bezwaar van eiseres ongegrond verklaard.
Eiseres heeft daartegen beroep ingesteld. De heffingsambtenaar heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 26 juli 2022. De gemachtigde van eiseres was aanwezig via een videoverbinding. De gemachtigde van de heffingsambtenaar was fysiek aanwezig. Na afloop van de zitting heeft de rechtbank onmiddellijk uitspraak gedaan.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Overwegingen

1. De rechtbank merkt allereerst op dat [eiseres] degene is die als eiseres wordt aangemerkt. Zij is namelijk de kentekenhouder en feitelijk parkeerder van de auto, waardoor zij bezwaar en beroep kan instellen tegen de naheffingsaanslag. Dat is anders voor [gemachtigde] , die de houder van de bezoekersvergunning is, want zij is geen belanghebbende bij de naheffingsaanslag. [gemachtigde] treedt in deze procedure op als gemachtigde van [eiseres] . Zij heeft daarvoor desgevraagd een machtiging overgelegd. Ook het bezwaarschrift kan worden beschouwd als ingediend namens [eiseres] . De heffingsambtenaar verzet zich hier niet tegen.
2. Deze zaak gaat over een naheffingsaanslag die is opgelegd omdat de auto van eiseres op [medio] januari 2022 om 18.48 uur geparkeerd stond terwijl daarvoor geen of te weinig parkeerbelasting was betaald. Er was die dag wel parkeerbelasting betaald via een bezoekersvergunning, maar slechts tot 18.30 uur. Op de zitting heeft de gemachtigde van eiseres toegelicht dat de app voor de bezoekersvergunning onhandig is. Vooral als een lopende parkeersessie verlengd moet worden, is het veel gedoe. In dit geval raakte het kindje waar eiseres die dag op had gepast van streek, zodat er in het moment geen tijd was om de parkeersessie tijdig te verlengen.
3. De rechtbank overweegt dat het mogelijk is om met de app voor de bezoekersvergunning een parkeersessie in te plannen en die te betalen, om die ruim in te plannen en ook om die te verlengen – al duurt dat soms wat langer. Dat de parkeersessie niet tijdig is verlengd, komt niet door een fout van de heffingsambtenaar. De rechtbank merkt verder op dat parkeerbelasting een objectieve belasting is. Dat wil zeggen dat iemand soms geen blaam treft, maar dat betekent niet dat de naheffingsaanslag dan vernietigd moet worden. Schuld en opzet spelen namelijk geen rol. Het niet verlengen van de parkeersessie door persoonlijke omstandigheden en kleine ongemakken komt voor rekening en risico van eiseres.
Deze uitspraak is gedaan door mr. T.L. Fernig-Rocour, rechter, in aanwezigheid van
mr. R. Camps, griffier, op 26 juli 2022.
griffier
rechter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending van het proces-verbaal daarvan hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Amsterdam.