In deze zaak heeft de rechtbank Amsterdam op 21 juni 2022 een beschikking gegeven in een verzoek van de vader tot contactherstel met zijn minderjarige kinderen. De vader, vertegenwoordigd door advocaat mr. J.W.E. Groot, heeft verzocht om hervatting van het contact op een manier die passend is voor de kinderen. De moeder, bijgestaan door advocaat mr. A. el Aqde, heeft aangegeven ook mee te willen werken aan een traject gericht op contactherstel. De rechtbank heeft besloten om de beslissing over de zorgregeling aan te houden en partijen te verwijzen naar een hulpverleningstraject, genaamd 'Begeleide Omgang' van Humanitas, in de gemeente waar zij wonen. Dit traject moet bijdragen aan het herstellen van het contact tussen de vader en de kinderen.
De rechtbank heeft partijen verzocht om uiterlijk op 23 januari 2023 de eindrapportage van het traject in te dienen. Daarnaast moeten partijen uiterlijk op 20 februari 2023 reageren op deze rapportage en aangeven of zij een nadere zitting noodzakelijk achten. Indien het traject niet positief verloopt, kan de Raad voor de Kinderbescherming worden ingeschakeld om een onderzoek te verrichten naar de zorgregeling. De rechtbank heeft de beschikking gegeven met de opdracht aan de Raad om een onderzoek te verrichten indien nodig. De beschikking is openbaar uitgesproken door rechter M. van der Kaay, tevens kinderrechter, in aanwezigheid van griffier mr. G. Veldman.