ECLI:NL:RBAMS:2022:4094

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
11 juli 2022
Publicatiedatum
15 juli 2022
Zaaknummer
9188259
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering tot betaling van schadevergoeding in een consumentenovereenkomst met betrekking tot energielevering

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Amsterdam op 11 juli 2022, heeft de kantonrechter uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Eneco Services B.V. (eiseres) en een consument (gedaagde) die niet is verschenen. De eiseres vorderde betaling van € 500,-, vermeerderd met wettelijke rente en kosten, op basis van een overeenkomst tot levering van energie die volgens eiseres telefonisch tot stand was gekomen. De gedaagde had echter geen uitstel verzocht en niet gereageerd op de dagvaarding, waardoor verstek werd verleend.

De rechter oordeelde dat de eiseres niet had voldaan aan haar stelplicht. De printscreens van het bestelproces en de algemene voorwaarden waren van latere datum dan de overeenkomst, waardoor niet kon worden vastgesteld of Eneco aan haar informatieverplichtingen jegens de consument had voldaan. De rechter benadrukte dat in consumentenovereenkomsten ambtshalve moet worden onderzocht of de bedingen in de overeenkomst oneerlijk zijn en of de handelaar zijn informatieplichten heeft nageleefd. Aangezien de eiseres onvoldoende had gesteld over de naleving van deze verplichtingen, werd de vordering afgewezen.

Daarnaast werd eiseres veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan de zijde van gedaagde, die op nihil werden begroot. De uitspraak benadrukt het belang van de informatieverplichtingen van handelaren in consumentenovereenkomsten en de noodzaak om relevante documenten te overleggen ter ondersteuning van de vordering.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9188259 CV EXPL 21-6545
vonnis van: 11 juli 2022
fno.: 48616/364

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid ENECO SERVICES B.V.

gevestigd te Rotterdam
eiseres
gemachtigde: Syncasso Gerechtsdeurwaarders B.V.
t e g e n

[gedaagde]

wonende te [woonplaats]
gedaagde
niet verschenen

VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Bij exploot van dagvaarding van 20 april 2021, met producties, heeft eiseres gevorderd zoals in de dagvaarding omschreven.
Gedaagde heeft geen uitstel verzocht en evenmin uiterlijk op de in de dagvaarding vermelde terechtzitting geantwoord.
Tegen gedaagde is verstek verleend.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Eiseres vordert gedaagde te veroordelen tot betaling van € 500,-, te vermeerderen met wettelijke rente en kosten, onder reservering van de rechten op het meerdere.
De overeenkomst die in deze procedure centraal staat is gesloten tussen eiseres als handelaar en gedaagde als consument. In dat geval moet ambtshalve worden onderzocht of bedingen die in de overeenkomst staan oneerlijk zijn in de zin van Richtlijn 93/13 EG, of de handelaar bepaalde informatieplichten heeft nageleefd en of sprake is van oneerlijke handelspraktijken.
Indien eiseres in de dagvaarding onvoldoende stelt dat de relevante informatieplichten jegens consument zijn nageleefd, is de vordering niet toewijsbaar (zie ook Hoge Raad
12-11-2021, ECLI:NL:HR:2021:1677, r.o. 3.1.17).
Eiseres stelt dat op initiatief van gedaagde telefonisch een overeenkomst is gesloten tot levering van energie. Eiseres heeft een voorbeeld van het belscript overgelegd dat volgens haar is gebruikt bij de totstandkoming van de overeenkomst. In het overgelegde belscript wordt echter gesproken over algemene voorwaarden van 2017, terwijl de overeenkomst met gedaagde in september 2014 is gesloten. Er kan dan ook niet vanuit worden gegaan dat het overgelegde belscript is gevolgd ten tijde van de totstandkoming van de overeenkomst. Het is daarom niet mogelijk om te toetsen of eiseres destijds aan haar informatieplichten heeft voldaan. Bovendien ontbreekt de overeenkomst, zodat ook die niet kan worden getoetst zoals onder rov. 2 is overwogen.
5. De conclusie is dat eiseres niet heeft voldaan aan haar stelplicht, zodat de vordering wordt afgewezen.
6. Gelet op de uitkomst van de procedure wordt eiseres veroordeeld tot betaling van de proceskosten van gedaagde, tot op heden begroot op nihil.

BESLISSING

De kantonrechter:
wijst de vordering af;
veroordeelt eiseres in de proceskosten, die aan de zijde van gedaagde worden begroot op nihil.
Aldus gewezen door mr. L. van Berkum, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 11 juli 2022 in tegenwoordigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter