ECLI:NL:RBAMS:2022:3868
Rechtbank Amsterdam
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Opheffing van executoriaal derdenbeslag onder financier met voorwaarden voor zekerheidstelling door eiseres
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 25 mei 2022 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap United Parcel Service Nederland B.V. (eiseres) en een onbekende gedaagde. De eiseres had een verzoek ingediend tot opheffing van een executoriaal derdenbeslag dat door gedaagde was gelegd onder BNP Paribas S.A. Dit beslag had een aanzienlijk bedrag van circa € 1,7 miljoen tot gevolg, wat de bedrijfsvoering van eiseres ernstig hinderde. Eiseres had eerder een verstekvonnis ontvangen van de kantonrechter in Eindhoven, waarbij zij was veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan gedaagde. Eiseres had in verzet gegaan tegen dit vonnis en een incidentele vordering tot schorsing van de uitvoerbaarheid bij voorraad ingesteld, welke was afgewezen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 24 mei 2022 was alleen eiseres vertegenwoordigd door haar advocaat, mr. J.P. Eckoldt, terwijl gedaagde niet was verschenen. De rechtbank oordeelde dat de dagvaarding aan de wettelijke vereisten voldeed en verleende verstek tegen gedaagde. De voorzieningenrechter overwoog dat er nieuwe feiten waren die de volledige tenuitvoerlegging van het verstekvonnis onaanvaardbaar maakten, en dat eiseres voldoende zekerheid moest stellen voor de vordering van gedaagde.
De rechtbank heeft uiteindelijk het derdenbeslag opgeheven, op voorwaarde dat eiseres een bedrag van € 7.000,00 op de derdengeldrekening van de deurwaarder zou storten. De proceskosten werden gecompenseerd, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard. Het meer of anders gevorderde werd afgewezen.