Uitspraak
1.De procedure
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Het standpunt van de moeder
5.Het standpunt van de vader
6.De beoordeling
6.De beslissing
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2012,
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 29 juni 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een moeder en een vader over de wijziging van het gezag en de omgangsregeling van hun minderjarige dochter. De moeder verzocht om beëindiging van het gezamenlijk gezag en om het recht op omgang van de vader met de dochter te ontzeggen, vanwege zorgen over het alcohol- en drugsgebruik van de vader en zijn onvoorspelbare gedrag. De rechtbank heeft kennisgenomen van de ingediende stukken en de mondelinge behandeling, waarbij de moeder en haar advocaat aanwezig waren, maar de vader en de Jeugdbescherming Regio Amsterdam niet. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ouders sinds hun scheiding in 2014 een zeer slechte communicatie hebben en dat de vader zich niet aan afspraken houdt, wat leidt tot onveilige situaties voor de dochter. De rechtbank oordeelt dat het gezamenlijk gezag niet langer haalbaar is en dat er een onaanvaardbaar risico bestaat dat de dochter klem of verloren raakt tussen de ouders. De rechtbank heeft daarom het gezamenlijk gezag beëindigd en de moeder belast met het eenhoofdig gezag. Tevens is het recht op omgang van de vader ontzegd, omdat hij op dit moment geen veilige en stabiele omgang kan bieden. De rechtbank heeft de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt.