Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 9 juni 2022 in de zaak tussen
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 9 juni 2022.
Rechtbank Amsterdam
In deze zaak heeft de rechtbank Amsterdam zich onbevoegd verklaard om te oordelen over het beroep van vier eisers tegen de niet-ontvankelijk verklaring van hun bezwaar tegen de Tweede Kamerverkiezingen van maart 2021. De eisers, woonachtig in Amsterdam, hadden op 15 juli 2021 beroep ingesteld tegen het niet tijdig nemen van een besluit op hun bezwaarschrift van 25 maart 2021. De Kiesraad, als centraal stembureau, had hun bezwaar op 8 oktober 2021 niet-ontvankelijk verklaard, omdat zij niet bevoegd was om te oordelen over de geldigheid van de stemming, een taak die volgens de Grondwet aan de Tweede Kamer is voorbehouden.
De rechtbank overweegt dat de bestuursrechter alleen bevoegd is indien er sprake is van een besluit zoals gedefinieerd in de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Aangezien het beroep van eisers gericht was tegen de gang van zaken tijdens de verkiezingen en de vaststelling van de uitslag, en artikel 8:4 van de Awb bepaalt dat geen beroep kan worden ingesteld tegen besluiten inzake de verkiezingen van vertegenwoordigende organen, verklaart de rechtbank zich onbevoegd. De rechtbank wijst ook het verzoek om schadevergoeding af, omdat niet aan de vereisten van de Awb is voldaan.
De uitspraak is gedaan door rechter mr. C.A.E. Wijnker en is openbaar uitgesproken op 9 juni 2022. De rechtbank heeft tevens bepaald dat het door eiser [eiser 1] betaalde griffierecht van € 181,00 zal worden terugbetaald. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.