Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Regional Court in Gdańsk(Polen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
District Court in Sopotvan
Regional Court in Gdańskvan 19 december 2018 (V Ka 1304/18), waarbij het vonnis in eerste aanleg in stand is gelaten.
4.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 12 OLW
merits of the casezijn behandeld tijdens de procedure in hoger beroep, welke procedure heeft geleid tot het arrest van
ECLI:EU:C:2017:628(
Tupikas)), zodat alleen deze beslissing relevant is voor de toetsing aan artikel 12 OLW.
5.Genoegzaamheid
6.Strafbaarheid
7.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 6a OLW
- een uittreksel ‘Informatiestaat SKDB-persoon’ van 21 februari 2022, waaruit blijkt dat de opgeëiste persoon zich op 24 mei 2017 voor het eerst heeft ingeschreven in Nederland;
- een schermafbeelding van de chat met de klantenservice van Univé, waaruit blijkt dat de opgeëiste persoon sinds 24 mei 2017 beschikt over een zorgverzekering;
- bankafschriften van de partner van de opgeëiste persoon, waaruit blijkt dat de partner van de opgeëiste persoon de opgeëiste persoon van geld voorzag waardoor hij in de jaren 2017-2019 over voldoende middelen van bestaan beschikte;
- inkomensgegevens van de partner van de opgeëiste persoon, waaruit blijkt dat het gezamenlijk inkomen van de opgeëiste persoon en zijn partner vanaf het moment dat zij formeel zijn gaan samenwonen (op 21 juni 2019) aan de minimale inkomenseis voldeed.
8.Slotsom
9.Toepasselijke wetsbepalingen
10.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan de
Regional Court in Gdańsk(Polen).
[opgeëiste persoon] .
[opgeëiste persoon]tot aan de tenuitvoerlegging van de vrijheidsstraf.