Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
5.Het bewijs
6.De strafbaarheid van de feiten
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Motivering van de straf
Tools4U” dient te worden opgelegd. Subsidiair heeft hij verzocht om een taakstraf met aftrek van voorarrest op te leggen, eventueel in combinatie met een voorwaardelijke jeugddetentie. Een contact- en locatieverbod zijn niet noodzakelijk. Er is geen aanleiding om te veronderstellen dat verdachte aangever zou gaan opzoeken.
“Betrokkene kan beschouwd worden als een typische adolescent die nog met één been in haar jeugd staat en met één been in de volwassenwereld. Er zijn geen contra-indicaties voor toepassing van het minderjarigenstrafrecht; zo is er geen justitiële voorgeschiedenis en is er geen sprake van antisociale problematiek/psychopathie noch van een criminele levensstijl.”Ook de reclassering heeft geadviseerd om het adolescentenstrafrecht toe te passen. Mede gelet op voorgenoemde rapportages is de rechtbank van oordeel dat het toepassen van het adolescentenstrafrecht van belang is voor een zo gunstig mogelijke verdere ontwikkeling van verdachte als ook in het belang van de maatschappij, om verdachte er in de toekomst van te weerhouden zich opnieuw schuldig te maken aan het plegen van strafbare feiten. De rechtbank zal dan ook toepassing geven aan het adolescentenstrafrecht en verdachte berechten volgens het jeugdstrafrecht.
9.De vordering benadeelde partij
- de post
- de post
- de post
- de post
- de post
kledingschade,
aanschaf IDen
extra reiskostenoverweegt de rechtbank als volgt. Vast staat dat aan de benadeelde partij door het onder feit 1 en feit 2 bewezenverklaarde rechtstreeks materiële schade is toegebracht. Naar het oordeel van de rechtbank zijn deze posten voldoende onderbouwd en komen deze voor vergoeding in aanmerking. Dit ligt anders ten aanzien van de post
studievertraging. De rechtbank overweegt dat het beoordelen van deze post niet eenvoudig van aard is, want deze is met te veel onzekerheden omgeven. De behandeling van de vordering levert voor dit deel een onevenredige belasting van het strafgeding op. Dit betekent dat de benadeelde partij ten aanzien van dit onderdeel van de vordering niet-ontvankelijk is en het resterende deel van zijn vordering bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen.
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
200 (tweehonderd) uren, met aftrek van de tijd die verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en voorlopige hechtenis heeft doorgebracht naar de maatstaf van 2 uren per dag. Beveelt dat, als de verdachte de werkstraf niet naar behoren heeft verricht, vervangende jeugddetentie zal worden toegepast voor de duur van 100 dagen.
jeugddetentie van 90 (negentig) dagen.
nietzal worden ten uitvoer gelegd, tenzij later anders wordt gelast.