Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
ROBOTIC MIS INVESTMENT B.V.,
[verweerder 17],
[verweerder 18],
1.De procedure
- het verzoekschrift van 3 augustus 2021, met producties,
- de tussenbeschikking van 14 oktober 2021 waarbij een mondelinge behandeling is bepaald,
- het proces-verbaal van de op 13 januari 2022 gehouden mondelinge behandeling met de daarin genoemde stukken.
2.De Feiten
ultimate beneficial ownervan Tennor Holding.
standstillperiode is afgesproken die aanvangt op 30 november 2021 en die eindigt op 30 mei 2022. Partijen zijn het erover eens dat een eventuele beschikking in deze procedure gedurende de
standstillperiode niet ten uitvoer mag worden gelegd.
4.De beoordeling
standstillperiode – beschikking te wijzen, waarbij wordt bepaald dat de beschikking pas vanaf 1 juni 2022 ten uitvoer mag worden gelegd.
due diligence) door potentiële kopers. Aan elk van deze nevenverzoeken verzoekt McCourt een dwangsom te verbinden van € 1.000.000,- per dag of gedeelte daarvan dat niet of niet geheel aan de verzoeken wordt voldaan.
(due diligence)door potentiële kopers. Ook het verzoek strekkende tot een bevel aan Tennor Holding en de dochtervennootschappen om, voor zover nodig voor de waardering en verkoop en overdracht van aandelen, (financiële) gegevens te verstrekken is toewijsbaar, met dien verstande dat, gelet op het bezwaar van Tennor Holding en de dochtervennootschappen tegen de verzochte termijn van vijf dagen, de termijn waarbinnen aan het verzoek tot het verstrekken van informatie dient te worden voldaan op veertien dagen zal worden gesteld. In het feit dat Tennor Holding en de dochtervennootschappen in het verleden, ondanks hiertoe te zijn veroordeeld, geen medewerking hebben verleend en niet hebben gereageerd op (informatie)verzoeken van de deurwaarder, ziet de rechtbank aanleiding om ditmaal aan deze nevenverzoeken een (gematigde) dwangsom als hierna te melden te verbinden.
.
- aan Tennor Holding te verbieden om gedurende de executoriale verkoop haar stemrecht, verbonden aan de aandelen in de dochtermaatschappijen, uit te oefenen;
- aan elk van de dochtervennootschappen te verbieden om enige van haar vermogensbestanddelen te vervreemden, dan wel met enig recht ten behoeve van derden te belasten, dan wel aan verhaal te onttrekken;
- [verweerder 17] en [verweerder 18] te bevelen om te bewerkstelligen dat Tennor Holding en de dochtervennootschappen voldoen aan de bevelen en verboden die in deze beschikking zijn verwoord.
yacht shipyardNobiskrug GmbH op 16 juli 2021. Verdere acties die de vermogenspositie van Tennor Holding en/of de verhaalspositie van McCourt aantasten dienen te worden voorkomen. Het moet Tennor Holding daarom worden verboden om haar stemrecht als aandeelhouder in de dochtervennootschappen uit te oefenen, behalve (i) na een vooraf verleende toestemming van de deurwaarder, of (ii) na vooraf verleende vervangende toestemming van de rechtbank. Daarnaast moet het de dochtervennootschappen worden verboden om handelingen te verrichten die – kort gezegd – hun vermogenspositie aantasten, aldus steeds McCourt.
ultimate beneficial ownervan Tennor Holding. Het gebrek aan medewerking van Tennor Holding en de dochtervennootschappen is geheel te wijten aan deze bestuurders en zij handelen aldus onrechtmatig jegens haar, aldus McCourt.
standstillperiode van zes maanden, slechts tot verweer aangevoerd dat een eventuele dwangsom dient te worden gematigd.
standstillperiode, die op 30 mei 2022 afloopt (zie hiervoor onder 2.20), zal de rechtbank deze beschikking met ingang van 1 juni 2022 uitvoerbaar bij voorraad verklaren.
5.De beslissing
due diligence) door potentiële kopers, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 50.000,- per overtreding per dag dat zij daarmee in gebreke blijven, met een maximum van € 5.000.000,- per verzoek,
due diligence) door potentiële kopers, op straffe van verbeurte van een dwangsom van
€ 50.000,- per overtreding per dag dat zij daarmee in gebreke blijft, tot een maximum van
€ 5.000.000,- per verzoek,
due diligence) door potentiële kopers, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 50.000,- per overtreding per dag dat zij daarmee in gebreke blijven, met een maximum van € 5.000.000,- per verzoek,