Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.[eiser 1] ,
[eiser 2],
1.De procedure
- de dagvaarding van 21 juli 2021 met producties,
- de conclusie van antwoord met producties,
- het tussenvonnis van 5 januari 2022 waarbij een descente en een mondelinge behandeling zijn bepaald,
- het proces-verbaal van de descente en de mondelinge behandeling van 5 april 2022 met de daarin genoemde stukken,
- de brief van 21 april 2022 van UBA met opmerkingen over het proces-verbaal.
2.De feiten
de prijsverschillen van lagere gelegen woningen in hetzelfde project met hetzelfde aantal vierkante meters, zijnde geen penthouse woningen zoals de bovenste etage. Hieruit blijkt de hogere verkoopwaarde van de woning.
Kopers moeten (aanzienlijk) inlevering op de beoogde indeling en het uitzicht vanuit de woning. Het “key feature/skyline” uitzicht waarvoor een premiumbonus is betaald (naast het prijsverschil met een niet penthouse) bij de vaststelling van de koopsom, komt niet terug in de opgeleverde woning. Het uitzicht en de doorkijk naar buiten op de bovenste verdieping is significant verminderd is en kan niet meer worden hersteld.
Door het plaatsen van kolommen is de oppervlakte van de woning die doelmatig kan worden gebruikt (tussen de kolommen zit verloren ruimte) over een breedte van bijna 16 meter, 25 centimeter netto kleiner geworden en kan inclusief het plaatsen van gordijnen 50 centimeter niet effectief geworden gebruikt. Dit gegeven heeft een grote negatieve impact op het doelmatig kunnen indelen. Eens temeer gezien de diepte van de ruimte van 4,645 meter. In totaal derhalve 8 vierkante meter met een netto verlies van 4 vierkante meter, dit bij een verkoopprijs van €5.191,25 per vierkante meter.
3.Het geschil
4.De beoordeling
€ 2.228,00*)