Uitspraak
das Amtsgericht München(Duitsland) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
Amtsgericht Münchenop 16 december 2020 uitgevaardigd aanhoudingsbevel met dossiernummer ER II Gs 11638/20.
4.Strafbaarheid
5.Onschuldverweer
6.De garantie als bedoeld in artikel 6, eerste lid, OLW
7.Weigeringsgrond als bedoeld in artikel 13 OLW
- aan de regeling van het EAB ten grondslag ligt dat overlevering de hoofdregel is en toepassing van een facultatieve weigeringsgrond de uitzondering dient te zijn;
- de weigeringsgrond ertoe strekt te voorkomen dat Nederland zou moeten meewerken aan overlevering voor een zogenoemd lijstfeit dat geheel of ten dele in Nederland is gepleegd en dat hier niet strafbaar is of hier niet pleegt te worden vervolgd.
8.Ne bis in idem
ne bis in idemverweer uit van het volgende beoordelingskader.
onherroepelijke berechting in een lidstaat). In onderdeel a en b van het tweede lid van artikel 9 OLW ontbreekt echter de in artikel 3, onderdeel 2, Kaderbesluit 2002/584/JBZ voorkomende zinsnede
uit de gegevens waarover de uitvoerende rechterlijke autoriteit beschikt, blijkt dat (…). Daaruit volgt dat, zeker wanneer de eerdere berechting in een andere lidstaat heeft plaatsgevonden, ambtshalve onderzoek door de uitvoerende rechterlijke autoriteit niet is vereist maar dat het aan de opgeëiste persoon is om aan de uitvoerende justitiële autoriteit voor de toetsing relevante gegevens te verschaffen.
9.Slotsom
10.Toepasselijke wetsartikelen
11.Beslissing
[opgeëiste persoon]aan
das Amtsgericht München(Duitsland) voor de feiten zoals omschreven in onderdeel e) van het EAB.