ECLI:NL:RBAMS:2022:2455

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
2 mei 2022
Publicatiedatum
6 mei 2022
Zaaknummer
9585499 \ CV EXPL 21-17642
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Huur van een MacBook Pro en vernietiging van betalingsverplichting

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Amsterdam op 2 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen de besloten vennootschap Brisk ICT B.V. en een consument, aangeduid als [gedaagde]. De zaak betreft de huur van een MacBook Pro, waarbij Brisk ICT vorderingen heeft ingesteld tegen [gedaagde] voor het niet betalen van de huur. De rechtbank heeft in een tussenvonnis overwogen dat Brisk ICT haar bestelproces niet in overeenstemming heeft ingericht met de wettelijke vereisten van artikel 6:230v BW, wat leidt tot de conclusie dat de betalingsverplichting van [gedaagde] vernietigbaar is. Brisk ICT heeft in haar akte betoogd dat de informatie op haar website duidelijk was en dat [gedaagde] akkoord ging met de betalingsverplichting door de bestelknop aan te klikken. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de bewoordingen op de bestelknop niet ondubbelzinnig waren en dat [gedaagde] niet op duidelijke wijze is geïnformeerd over de betalingsverplichting. Hierdoor is de betalingsverplichting vernietigbaar verklaard. De rechtbank heeft verder geoordeeld dat [gedaagde] de MacBook moet retourneren, maar dat de vordering van Brisk ICT voor schadevergoeding en buitengerechtelijke kosten is afgewezen. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat elke partij zijn eigen kosten draagt. De rechtbank heeft de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders gevorderde afgewezen.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht
zaaknummer: 9585499 \ CV EXPL 21-17642
vonnis van: 2 mei 2022

vonnis van de kantonrechter

I n z a k e

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheidBRISK ICT B.V. t.h.o.d.n. SwapMac

gevestigd te Groningen
eiseres
nader te noemen: Brisk ICT
gemachtigde: mr. H.W. Meijer, Florijn Incasso B.V.
t e g e n

[gedaagde]

wonende te [woonplaats]
gedaagde
nader te noemen: [gedaagde]
niet verschenen.

VERDER VERLOOP VAN DE PROCEDURE

Op 21 februari 2022 is een tussenvonnis gewezen. Ter uitvoering van dat tussenvonnis heeft Brisk ICT een akte genomen.
Vervolgens is opnieuw een datum voor vonnis bepaald.

GRONDEN VAN DE BESLISSING

Beoordeling

Bij tussenvonnis is overwogen dat Brisk ICT haar bestelproces niet heeft ingericht zoals in lid 3 van artikel 6:230v BW is bepaald. Als gevolg daarvan bestaat het voornemen om de overeenkomst (gedeeltelijk) te vernietigen, in die zin dat de betalingsverplichting van [gedaagde] wordt vernietigd. Brisk ICT mocht zich daarover eerst nog uitlaten.
In haar akte stelt Brisk ICT dat op haar website alle informatie duidelijk is te lezen en dat met rode en grote letters en cijfers is weergegeven dat per maand een bedrag van
€ 59,95 per maand moet worden betaald voor het ‘swappen’, naar de kantonrechter begrijpt wordt daarmee bedoeld huren. Volgens Brisk ICT had het daarom voor [gedaagde] bekend kunnen dan wel moeten zijn dat maandelijkse kosten waren verbonden aan de bestelling van de MacBook. Door op de bestelknop te klikken heeft [gedaagde] de intentie getoond om de MacBook te bestellen met de bijbehorende betalingen. Daarnaast heeft [gedaagde] op de website aangevinkt akkoord te gaan met de algemene voorwaarden, waarin hij opnieuw is gewezen op de betalingsverplichting die hij door de bestelling zou aangaan. Dat op dat moment de betalingsgegevens niet waren doorgegeven doet daaraan volgens Brisk ICT niets af, die zijn uiteindelijk bij het invullen van de leveringsovereenkomst aan Brisk ICT doorgegeven. Daar had [gedaagde] vanaf kunnen zien. Met het doorgegeven van deze gegevens heeft hij expliciet ingestemd met een betalingsverplichting, aldus Brisk ICT.
Zoals in het tussenvonnis is overwogen, mocht Brisk ICT zich uitlaten over de (gedeeltelijke) vernietiging van de overeenkomst. Zij heeft in haar akte vervolgens een nadere uitleg gegeven over het bestelproces dat zij hanteert. Hoewel Brisk ICT de uitleg reeds bij dagvaarding had moeten geven, is ook die niet voldoende om terug te komen op het voornemen de overeenkomst (gedeeltelijk) te vernietigen. Daartoe geldt het volgende.
Brisk ICT stelt in de dagvaarding dat [gedaagde] door de aanmelding op de website het aanbod van Brisk ICT heeft geaccepteerd en daarmee expliciet akkoord is gegaan met de maandelijkse vergoeding van € 59,95 per maand. Hieruit volgt dat [gedaagde] door de bestelknop aan te klikken een betalingsverplichting is aangegaan. Dat betekent dat de bestelknop moet voldoen aan het bepaalde in artikel 6:230v lid 3 BW.
Om te bepalen of [gedaagde] op niet voor misverstand vatbare wijze duidelijk is gemaakt dat hij met het aanklikken van de bestelknop een betalingsverplichting aanging (artikel 6:230v lid 3 BW), moet uitsluitend worden uitgegaan van de woorden op die knop (ECLI:EU:C:2022:269). De bewoordingen op de bestelknop van Brisk ICT, “Bestel nu”, zijn in dit licht niet aan te merken als een ondubbelzinnige formulering waaruit blijkt dat het plaatsen van de bestelling een betalingsverplichting jegens Brisk ICT inhoudt, zoals is bepaald in lid 3 van artikel 6:230v BW. De bestelknop voldoet derhalve niet, zodat de betalingsverplichting, zoals eerder is geconcludeerd, vernietigbaar is.
Brisk ICT heeft verder geen uitlatingen gedaan over (de gevolgen van) de voorgenomen vernietiging van de betalingsverplichting van [gedaagde] , zodat daartoe wordt overgegaan. Dat betekent dat de gevorderde hoofdsom wordt afgewezen, evenals de buitengerechtelijke kosten en de rente.
Ten aanzien van de afgifte van de MacBook geldt dat de door Brisk ICT bij brief van 12 augustus 2021 ingeroepen buitengerechtelijke ontbinding van de overeenkomst geen werking heeft gehad. Achteraf bezien bestond immers voor [gedaagde] geen betalingsverplichting, zodat hij niet is tekortgeschoten in de nakoming daarvan. Het is naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid echter onaanvaardbaar om de MacBook onder deze omstandigheden te behouden en niet te retourneren. [gedaagde] wordt dan ook veroordeeld om deze binnen twee weken na betekening van het vonnis te retourneren.
Uit de bewoordingen in de dagvaarding wordt opgemaakt dat Brisk ICT verder heeft bedoeld een dwangsom te vorderen ter hoogte van een bedrag aan schadevergoeding van € 1.390,-, voor het geval de MacBook niet (tijdig) wordt geretourneerd. Nu een reële executiemogelijkheid ontbreekt zal een dwangsom worden verbonden aan de afgifte van de MacBook, maar deze wordt, gelet op de omstandigheden en omdat dit een voldoende prikkel tot nakoming wordt geacht, gematigd tot een bedrag van € 50,- per dag, met een maximum van € 500,-. Daarbij is in aanmerking genomen dat Brisk ICT de gestelde schade verder niet heeft toegelicht en niet valt in te zien dat de vergrendelde laptop (thans) nog een bedrag van € 1.390,- waard is.
Gezien de uitkomst van de procedure worden de proceskosten gecompenseerd, in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt.

BESLISSING

De kantonrechter:
veroordeelt [gedaagde] om de MacBook Pro 13” type TB 1,4 GHz QC i5 8GB 250 GB SSD binnen twee weken na betekening van het vonnis aan Brisk ICT af te geven in schone en onbeschadigde staat, op straffe van een dwangsom van € 50,- per dag dat [gedaagde] niet aan de veroordeling voldoet, met een maximum van € 500,-;
compenseert de proceskosten, in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt;
verklaart de veroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. L. van Berkum, kantonrechter, en in het openbaar op 2 mei 2022 uitgesproken door mr. E. Pennink, kantonrechter, in tegenwoordigheid van de griffier.