ECLI:NL:RBAMS:2022:1717

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
1 april 2022
Publicatiedatum
1 april 2022
Zaaknummer
13/026338-21
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voorbereiding moord in vereniging en voorhanden hebben doorgeladen vuurwapens en munitie in vereniging

Op 1 april 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het voorbereiden van een moord en het voorhanden hebben van doorgeladen vuurwapens en munitie. De zaak kwam voort uit een incident op 28 januari 2021, waarbij de verdachte samen met een ander werd betrapt met een gestolen Volkswagen Caddy, die was uitgerust met vuurwapens en andere voorwerpen die gebruikt konden worden voor een moord. De rechtbank heeft het bewijs, waaronder Skyberichten, beoordeeld en vastgesteld dat de verdachte samen met anderen voorbereidingshandelingen heeft gepleegd voor de moord op een specifiek slachtoffer. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten, met uitzondering van een derde vuurwapen waarvan niet bewezen kon worden dat de verdachte dit voorhanden had. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 8 jaar, waarbij rekening is gehouden met zijn jeugdige leeftijd en eerdere veroordelingen voor geweldsdelicten. De rechtbank heeft ook de ernst van de feiten en de impact op de samenleving meegewogen in de strafmaat.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

VONNIS
Parketnummer: 13/026338-21 (Promis)
Datum uitspraak: 1 april 2022
Vonnis van de rechtbank Amsterdam, meervoudige strafkamer, in de strafzaak tegen
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1999 te [geboorteplaats] ,
ingeschreven in de Basisregistratie Personen op het adres:
[adres verdachte] ,
gedetineerd in het [detentieplaats] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 8 en 20 december 2021 en 18 maart 2022. De rechtbank heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie, mr. J.H. van der Meij, en van wat verdachte en zijn raadsman, mr. M.A.C. de Bruijn, naar voren hebben gebracht.
De zaak is tegelijk op de zitting behandeld met de zaken tegen medeverdachte [medeverdachte] met parketnummers 13/026329-21 en 13/260342-21. De rechtbank doet vandaag in de zaken van beide verdachten uitspraak.

2.De beschuldiging

Verdachte wordt kort gezegd beschuldigd van het op 28 januari 2021 in Amsterdam, samen met een ander:
voorhanden hebben van doorgeladen vuurwapens en munitie;
voorbereiden van de moord op [slachtoffer] door doorgeladen vuurwapens, munitie, telefoons, handschoenen, een jerrycan met benzine, een bivakmuts, een pet, een bandana en een gestolen auto met valse kentekenplaten (Volkswagen Caddy) voorhanden te hebben.
De tenlastelegging staat in de bijlage van dit vonnis.

3.De waardering van het bewijs

3.1.
Het standpunt van het Openbaar Ministerie
De officier van justitie vindt dat beide feiten kunnen worden bewezen. Voor zover de standpunten van de officier van justitie van belang zijn voor de beoordeling, worden deze hierna bij het oordeel van de rechtbank besproken.
3.2.
Het standpunt van de verdediging
De raadsman heeft verzocht om verdachte vrij te spreken van het voorhanden hebben van een vuurwapen van categorie II of III en de patroonhouder met munitie (feit 1). Van feit 2 moet verdachte in zijn geheel worden vrijgesproken. Voor zover de standpunten van de raadsman voor de beoordeling van belang zijn, worden deze hierna bij het oordeel van de rechtbank besproken.
3.3.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank vindt bewezen dat verdachte, samen met anderen, voorbereidingshandelingen heeft gepleegd voor de moord op [slachtoffer] en dat hij samen met een ander twee doorgeladen vuurwapens en munitie voorhanden heeft gehad.
3.3.1.
Feiten en omstandigheden [1]
Op 28 januari 2021 kregen verbalisanten de melding om te gaan naar de [adres] in Amsterdam. De melder verklaarde dat een witte Volkswagen Caddy ongeveer 3,5 uur op de parkeerplaats bij een sportschool stond. Het kenteken begon met [nummers] en eindigde met een [nummer 2] . In het voertuig zat een persoon, die meermalen is uitgestapt om in de achterbak te kijken. De bestuurder reed de Caddy voortdurend uit het parkeervak en zette deze andersom weer terug. [2] Ook heeft de bestuurder ongeveer twintig minuten achterin de Caddy gezeten, waarna hij weer aan de bestuurderszijde is ingestapt. [3] Verbalisanten zagen ter plaatse een witte Volkswagen Caddy met kenteken [nummer 1] staan. De Caddy reed met hoge snelheid weg, via de J. Drijverweg, naar de IJdoornlaan. Verbalisanten hebben de achtervolging ingezet met hun dienstvoertuig. [4] Toen de Caddy tot stilstand kwam, zagen verbalisanten de bestuurder en een bijrijder uitstappen en wegrennen. [5]
Verbalisanten hebben de bijrijder, naar later bleek verdachte, achtervolgd. Verdachte rende richting de onderdoorgang van de IJdoornlaan naar de Spanderswoudstraat. Een verbalisant zag dat verdachte een lang vuurwapen met een gekromde patroonhouder in zijn handen hield, die leek op een AK47 automatisch vuurwapen. Verdachte is aangehouden aan het einde van de Volendammerweg. [6] Met behulp van speurhonden heeft de politie in de bosjes aan de Spanderswoudstraat twee wapens aangetroffen. [7] Met technisch onderzoek is vastgesteld dat het ging om een doorgeladen automatisch militair aanvalsgeweer (CZ, Vz-58) met 6 patronen in het magazijn en 1 patroon in de kamer (kaliber 7.62x39) [8] en een doorgeladen Glock met 9 patronen (kaliber 9 mm). [9] Op de Volendammerweg zijn op verschillende plekken voorwerpen aangetroffen; een paar zwarte handschoenen, een zwarte linkerhandschoen en een zwarte sjaal, die volgens de verbalisant leek op een bandana. [10]
Andere verbalisanten zagen de bestuurder, naar later bleek medeverdachte [medeverdachte] , wegrennen in de richting van de Hilversumstraat en hebben de achtervolging ingezet. [11] [medeverdachte] werd aan het einde van de Hilversumstraat aangehouden. Een verbalisant zag een zwarte pet drijven op de sloot, die door een andere verbalisant werd herkend als de pet die door [medeverdachte] in het water was gegooid. Vervolgens werd [medeverdachte] overgebracht naar een cellencomplex. [12] Verbalisanten zagen dat het arrestantenhok leeg was voordat [medeverdachte] plaatsnam in de arrestantenbus. Bij aankomst bij het politiebureau is onder de stoel waar [medeverdachte] had gezeten een zwarte muts aangetroffen, die de verbalisant herkende als een bivakmuts. [13] In een plantenbak aan de Hilverbeekstraat is in de aarde, ongeveer 10 centimeter diep, een telefoon aangetroffen. Verbalisanten zagen dat de telefoon uitschakelde en dat het systeem aan het resetten was. Op camerabeelden zagen zij dat een jongen stopte ter hoogte van de plantenbakken. Een getuige verklaarde dat hij een jongen in de plantenbakken voor zijn woning zag duiken, die vervolgens hard wegrende, gevolgd door een verbalisant. [14]
Op de vloermat bij de bijrijdersstoel van de Caddy zagen verbalisanten een jerrycan van 10 liter liggen. Eén van hen zag dat de jerrycan tot de rand was gevuld met vloeistof en rook een geur die deze verbalisant bekend voorkwam als benzine. Op de vloermat lag ook een soortgelijk patroon als de patronen in het aanvalsgeweer CZ, namelijk van het kaliber 7.62x39mm. [15] In een rugtas op de bijrijdersstoel werd een patroonmagazijn met daarin 9 patronen van categorie III (kaliber 10 mm) aangetroffen. [16] Op de vloer bij de pedalen aan de bestuurderszijde lag een telefoon. Een verbalisant zag dat deze telefoon aan het resetten was. [17] Een andere verbalisant constateerde dat de kentekenplaten van de Caddy vals waren. In het RDW-register zag hij dat het voertuig geregistreerd stond als gestolen. [18]
In een ander strafrechtelijk onderzoek, genaamd Argus, wordt onderzoek gedaan naar de gebruikers van cryptocommunicatie via de aanbieder SkyECC (hierna: Sky). Daarbij zijn veel encrypted berichten ontdekt en ontsleuteld. Door in de beschikbare data te zoeken met zoekwoorden in de categorie “soldaat” en “ijzer” zijn berichten in beeld gekomen die door de gebruiker van het account [naam account 1] zijn verstuurd naar de gebruiker van het account [naam account 2] in de periode van 29 november 2020 tot en met 28 januari 2021. In deze berichten is onder andere het volgende beschreven.
29 november 2020:
[naam account 1] stuurt dat er “1 rijder” en “1 drukker” moeten komen die beiden moeten “drukken”. [naam account 1] zal “2 grote ijzers ak” en “1 glock” afgeven. [naam account 1] wil in het nieuws zien dat “die man is gegeven met meer dan 80 kogels net gwennet”.
Verder zegt [naam account 1] : “Heb je ze allemaal duidelijk gemaakt allemaal drukken”, “En niet met eigen tels gaan” en “En alles draag handschoenen. En zeg ze achter in bak zetten voor auto uitbranden is verplicht. Anders worden ze gepakt”.
4 december 2020:
[naam account 1] heeft het over een “normale polo” en geeft aan dat alleen moet worden gelet op “Gti” en “Xs”.
10 december 2020:
[naam account 1] zegt dat ze onopvallend moeten staan bij de gym op het adres [adres sportschool] in Noord. Deze gym heet [naam sportschool] . Verder stuurt [naam account 1] : “kenteken van caddy is [nummer 1] ”, “Laat hem achter in die bus kijken. Of die djericans er in zitten” en “Die andere moet overstap zijn. Dat ze die andere auto kunnen pakken en deze kunnen branden”.
14 december 2020:
[naam account 1] vraagt de gebruiker van het account [naam account 2] of hij het kenteken van “die man” nog heeft, waarna [naam account 1] stuurt: “Xs wat”. [naam account 1] stuurt verder: “kan niet iemand vergis geven. Kijk goed naar hem!”, waarna een foto wordt gestuurd die volgens de verbalisanten grote gelijkenissen vertoont met de profielfoto van [slachtoffer] .
19 december 2020:
[naam account 1] stuurt een foto door en vraagt of “ [nummer 3] . Gti.” het kenteken kan zijn.
28 januari 2021 om 17:55 uur:
[naam account 1] zegt: “Me kleintjes zijn net gepakt. Onderweg. Naar die kk gast. Achtervolging. Dus heb andere werkers nodig. Regel 1 werker 1 rijder en ik stuur 1 werker van mij.” [19]
Uit het RDW-register blijkt dat het voertuig (Volkswagen Polo) met kenteken [nummer 3] in de periode van 21 augustus 2020 tot en met 26 februari 2021 op naam stond van [naam vriendin slachtoffer] , de vriendin van [slachtoffer] , woonachtig op de [adres vriendin] in Amsterdam. [20] [slachtoffer] is op 6 december 2020 gecontroleerd in het voertuig met kenteken [nummer 3] . Op 4 maart 2021 heeft [naam broer slachtoffer] , de broer van [slachtoffer] , melding gemaakt van een verdachte situatie bij het voertuig met dit kenteken. Hij zag dat twee personen iets van een zender onder het voertuig plakten. [slachtoffer] werkt bij de sportschool waar die personen waren aangehouden met een Kalasjnikov. [21] Op 16 mei 2021 zijn [slachtoffer] en [naam vriendin slachtoffer] beschoten op de [adres vriendin] in Amsterdam, terwijl zij in een auto zaten, op naam van [naam vriendin slachtoffer] . [naam vriendin slachtoffer] is aan haar verwondingen overleden. [22]
3.3.2.
Bewijsoverweging
Voor de beantwoording van de vraag of verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan voorbereidingshandelingen zoals tenlastegelegd moet de rechtbank beoordelen of verdachte (samen met medeverdachte [medeverdachte] ) de aangetroffen voorwerpen voorhanden heeft gehad, of die voorwerpen bestemd waren voor het plegen van de moord op [slachtoffer] en of verdachte het opzet had om die moord voor te bereiden.
De rechtbank stelt op grond van de hiervoor vastgestelde feiten, in onderlinge samenhang bezien, vast dat verdachte en zijn medeverdachte gezamenlijk de op beide vluchtroutes, bij verdachten zelf en in de Caddy aangetroffen voorwerpen voorhanden hebben gehad. Daarbij speelt ook het gezamenlijke doel mee dat verdachten ermee hadden, zie hierna. Die voorwerpen kunnen, ook in onderlinge samenhang bezien, dienstig zijn voor het plegen van een moord. Voor de doorgeladen wapens is dat evident. Daarnaast is het een feit van algemene bekendheid dat bij het voorbereiden van levensdelicten van gestolen voertuigen (de Caddy met gestolen kentekenplaten) en benzine (de jerrycan) gebruik wordt gemaakt, om sporen te kunnen wissen. Ook de kledingstukken en telefoons worden vaker gebruikt bij de voorbereiding van levensdelicten.
Dat het doel in dit geval de moord op [slachtoffer] was, volgt uit de aangehaalde Skyberichten, waarin expliciet wordt gesproken over het beoogde slachtoffer, de locatie waar de Caddy en verdachten stonden, de vuurwapens die zijn aangetroffen, de Caddy met het kenteken dat is gebruikt en over handschoenen, jerrycans, telefoons en handschoenen. De rechtbank heeft de Skyberichten met de nodige voorzichtigheid beoordeeld, omdat er geen volledige gesprekken worden weergegeven en (nog) niet ontsleutelde berichten kunnen ontbreken. Omdat er zoveel overeenkomsten zijn tussen de berichten en de daadwerkelijk aangetroffen spullen en vanwege het bericht van [naam account 1] , kort nadat verdachte en zijn medeverdachte zijn opgepakt, dat “zijn kleintjes”, die op weg waren naar “die kk gast”, zijn opgepakt na een achtervolging, vindt de rechtbank in dit geval de Skyberichten bruikbaar voor het bewijs. Ook is te lezen dat [naam account 1] daarna de opdracht gaf om nieuwe “werkers” te regelen en is uit het dossier af te leiden dat een aantal maanden nadat verdachten zijn aangehouden [slachtoffer] is beschoten.
Gedeeltelijke vrijspraak feit 1
Er zijn aanwijzingen dat verdachte, naast een automatisch militair aanvalsgeweer en een Glock, een derde vuurwapen voorhanden heeft gehad. Omdat er geen derde vuurwapen is aangetroffen en er geen wapenrapport is opgemaakt, kan de rechtbank niet vaststellen dat verdachte (als medepleger) een strafbaar wapen voorhanden heeft gehad. Hij wordt van het voorhanden hebben van dat wapen vrijgesproken.
Voorwaardelijk verzoek
De verdediging heeft verzocht om de zogenoemde secundaire datasets, zoals bedoeld in de conclusie van de advocaat-generaal van 8 maart 2022, ECLI:NL:PHR:2022:219, die ten grondslag liggen aan de Skyberichten te (laten) onderzoeken om te bekijken of andere personen die gebruikmaakten van het Skynetwerk zich bezighielden met het voorbereiden van de moord op [slachtoffer] . Daarnaast wil de verdediging inzage in deze datasets om te bekijken of hieruit andere relevantie informatie naar voren komt. Dit voorwaardelijk verzoek is niet nader geconcretiseerd en onvoldoende onderbouwd. De rechtbank wijst het verzoek af, omdat haar de noodzaak ervan niet is gebleken.

4.De bewezenverklaring

De rechtbank vindt bewezen dat verdachte:
Feit 1
op 28 januari 2021 te Amsterdam, tezamen en in vereniging met een ander, doorgeladen wapens en munitie van categorie II, onder 2 van de Wet wapens en munitie en categorie III van de wet Wapens en munitie, te weten een automatisch militair aanvalsgeweer (CZ, Vz-58) en munitie (patronen, kaliber 7.62x39), een doorgeladen pistool (Glock) en munitie (9 patronen, kaliber 9 mm) en een patroonhouder met munitie van categorie III voorhanden heeft gehad;
Feit 2
op 28 januari 2021 te Amsterdam, tezamen en in vereniging met anderen, ter voorbereiding van het misdrijf waarop naar de wettelijke omschrijving een gevangenisstraf van acht jaren of meer is gesteld, te weten moord in vereniging op een persoon, te weten [slachtoffer] , opzettelijk,
  • doorgeladen vuurwapens, te weten: een automatisch militair aanvalsgeweer (CZ, Vz-58) en een pistool (Glock),
  • een patroonmagazijn (met daarin patronen 10 mm),
  • een gestolen auto van het merk Volkswagen, type Caddy, voorzien van valse kentekenplaten,
  • een jerrycan met benzine,
  • een zwarte bivakmuts, een zwarte pet en een zwarte bandana,
  • zwarte handschoenen en
  • telefoons,
bestemd tot het begaan van voornoemd misdrijf, voorhanden heeft gehad.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten staan, zijn deze verbeterd. Verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

5.De motivering van de straf

5.1.
De eis van de officier van justitie
De officier van justitie vindt dat verdachte moet worden veroordeeld tot een gevangenisstraf van 11 jaar. De officier van justitie heeft benadrukt dat, vanwege de ernst van de feiten, niet kan worden volstaan met een lagere straf.
5.2.
Het strafmaatverweer van de verdediging
De raadsman heeft aangevoerd dat het jeugdstrafrecht moet worden toegepast. Als de rechtbank daar niet in meegaat, heeft de raadsman verzocht om in het voordeel van verdachte rekening te houden met zijn jeugdige leeftijd.
5.3.
Het oordeel van de rechtbank
De hierna te noemen strafoplegging is in overeenstemming met de ernst van het bewezen geachte, de omstandigheden waaronder dit is begaan en de persoon van verdachte, zoals daarvan ter terechtzitting is gebleken. De rechtbank heeft bij de keuze tot het opleggen van een vrijheidsbenemende straf en bij de vaststelling van de duur daarvan in het bijzonder het volgende laten meewegen.
Ernst van de feiten
Verdachte heeft een moord voorbereid. Verdachte en medeverdachte waren toen de politie ter plaatse kwam heel dicht bij een poging moord. Zij hebben met dit doel doorgeladen vuurwapens, munitie en andere voorwerpen voorhanden gehad. Welk motief verdachten hiervoor hadden of hoe zij ertoe gekomen zijn is onbekend gebleven, omdat zij ontkend hebben iets met de voorbereiding moord te maken te hebben gehad. Uit de Skyberichten is af te leiden dat zij uitvoerders waren en geld zouden krijgen voor het doden van [slachtoffer] . Kennelijk was verdachte voor geld bereid om iemand anders van het leven te beroven.
Omdat het bewezenverklaarde plaatsvond op een doordeweekse dag, midden in een woonwijk in Amsterdam, zijn onschuldige buurtbewoners en voorbijgangers ongevraagd geconfronteerd met een dreigende situatie en met vuurwapens. Dit kan ook bij hen hebben geleid tot gevoelens van angst en onveiligheid.
Voor het voorhanden hebben van de vuurwapens (feit 1) en het voorhanden hebben van de vuurwapens als voorbereiding van de moord (feit 2) geldt dat sprake is van eendaadse samenloop.
Persoon van verdachte
Uit het strafblad van verdachte komt naar voren dat dit niet de eerste keer is dat hij zich schuldig heeft gemaakt aan geweldsdelicten. Bij vonnis van de rechtbank Amsterdam van 17 januari 2019 is verdachte veroordeeld voor onder andere een overval op een winkel. Hij heeft daarvoor een werkstraf van 50 uur en een jeugddetentie van 4 maanden, waarvan 2 maanden voorwaardelijk, opgelegd gekregen. Aan deze voorwaardelijke straf waren bijzondere voorwaarden verbonden. De proeftijd van deze eerdere veroordeling was ten tijde van de bewezenverklaarde feiten nog niet afgelopen.
In het reclasseringsrapport van 1 februari 2021 staat dat sprake lijkt te zijn van beperkte handelingsvaardigheden bij verdachte, maar niet van een verstandelijke beperking. Verdachte lijkt beïnvloedbaar. Verder is weinig bekend over de persoon van verdachte, omdat verdachte niet heeft willen meewerken aan psychologisch onderzoek. In het psychologisch rapport van 2 juni 2021 staat dat het weinig aannemelijk is dat de weigering om mee te werken is ingegeven vanuit psychiatrische pathologie. Verder vindt de psycholoog – anders dan de reclassering – dat verdachte een indruk maakt die overeenkomt met zijn leeftijd. Ten tijde van de bewezenverklaarde feiten was verdachte 21 jaar oud.
De straf
Op verdachten tussen de 18 en 24 jaar is het adolescentenstrafrecht van toepassing. Dat betekent dat bij deze groep verdachten, ook al zijn zij meerderjarig, gekeken wordt of er aanleiding is om toch het jeugdstrafrecht toe te passen. De rechtbank ziet daarvoor onvoldoende aanleiding en past het volwassenenstrafrecht op verdachte toe. Bij het bepalen van de hoogte van de straf houdt de rechtbank wel rekening met de jonge leeftijd van verdachte.
Als de voorgenomen moord op [slachtoffer] daadwerkelijk was uitgevoerd had maximaal een levenslange gevangenisstraf opgelegd kunnen worden. Omdat het bij een voorbereiding is gebleven is dit strafmaximum met de helft verlaagd. Dit betekent concreet dat het strafmaximum voor de bewezenverklaarde voorbereidingshandelingen een gevangenisstraf van 15 jaar is.
Bij het bepalen van de op te leggen straf heeft de rechtbank gekeken naar straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd. Als strafverzwarend weegt de rechtbank mee dat verdachte de bewezenverklaarde feiten samen met een ander heeft gepleegd. Ook weegt de rechtbank strafverzwarend mee dat verdachte binnen een proeftijd opnieuw in de fout is gegaan en geen verantwoordelijkheid heeft genomen voor zijn daden.
Alles afwegend legt de rechtbank verdachte een gevangenisstraf van 8 jaar op.

6.Het beslag

Onder verdachte is een wapen en munitie in beslag genomen. Deze voorwerpen worden onttrokken aan het verkeer, omdat de bewezenverklaarde feiten daarmee zijn begaan en het ongecontroleerde bezit ervan in strijd is met de wet.

7.De toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf en maatregel zijn gegrond op de artikelen 36b, 36c, 46, 47, 55 en 289 van het Wetboek van Strafrecht en op de artikelen 26 en 55 van de Wet wapens en munitie.

8.Beslissing

De rechtbank komt op grond van het voorgaande tot de volgende beslissing.
Verklaart bewezen dat verdachte het tenlastegelegde heeft begaan zoals hiervoor in rubriek 4 is vermeld.
Verklaart niet bewezen wat aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hiervoor is bewezen verklaard en spreekt verdachte daarvan vrij.
Het bewezen verklaarde levert op:
feiten 1 en 2:
eendaadse samenloop van:
medeplegen van voorbereiding van moord
en
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II
en
medeplegen van handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een vuurwapen van categorie III, meermalen gepleegd
en
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie, meermalen gepleegd;
Verklaart het bewezene strafbaar.
Verklaart verdachte,
[verdachte], daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot een
gevangenisstrafvan
8 (acht) jaar.
Beveelt dat de tijd die door veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht bij de tenuitvoerlegging van die straf in mindering gebracht zal worden.
Verklaart onttrokken aan het verkeer:
STK Mitrailleur (Omschrijving: G6022133, CESKA ZBROJOVKA);
1 STK Patroon(Omschrijving: G6022332);
9 STK Patroon (Omschrijving: g6022137, norma);
1 STK Patroonhouder (Omschrijving: g6022136, verm. Colt Delta);
7 STK Patroon (Omschrijving: g6022134, |Sellier &Bellot).
Dit vonnis is gewezen door
mr. J. Huber, voorzitter,
mrs. N.J. Koene en M. Wiewel, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. K.P.M. Smeets, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 1 april 2022.

Voetnoten

1.Voor zover niet anders vermeld, wordt in de hierna volgende voetnoten telkens verwezen naar bewijsmiddelen die zich in het aan deze zaak ten grondslag liggende dossier met nummer 2021020462 (onderzoek “Seegat”) bevinden, volgens de in dat dossier toegepaste nummering. Tenzij anders vermeld, gaat het daarbij om processen-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt door daartoe bevoegde opsporingsambtenaren. De inhoud van de processen-verbaal is telkens zakelijk weergegeven.
2.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 1] , [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , met nummer PL1300-2021020462-14, doorgenummerde pagina 01 (tweede alinea); Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] , opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisant [verbalisant 4] , doorgenummerde pagina’s 63-64.
3.Een proces-verbaal van verhoor getuige [getuige] (incl. fotobijlagen), opgemaakt op 13 februari 2021 door verbalisanten [verbalisant 5] en [verbalisant 6] , doorgenummerde pagina 90-95.
4.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 1] , [verbalisant 2] en [verbalisant 3] , met nummer PL1300-2021020462-14, doorgenummerde pagina’s 01-02.
5.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 7] , [verbalisant 8] en [verbalisant 9] , met nummer PL1300-2021020462-12, doorgenummerde pagina 03 (alinea’s 2 en 5).
6.Een proces-verbaal van bevindingen (incl. fotobijlage), opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 7] en [verbalisant 3] , met nummer PL1300-2021020462-13, doorgenummerde pagina’s 13-14.
7.Een proces-verbaal van forensisch onderzoek plaats delict ( [plaats delict] ), opgemaakt op 12 maart 2021 door verbalisanten [verbalisant 10] , [verbalisant 11] en [verbalisant 12] , met nummer PL1300-2021020462-39, doorgenummerde pagina’s 200 (derde alinea), 201 (tweede alinea), 202 (laatste alinea) 203 (eerste, vierde en vijfde alinea);
8.Een proces-verbaal van technisch onderzoek, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisant [verbalisant 13] , met registratienummer 202102046223, doorgenummerde pagina’s 21-24.
9.Een proces-verbaal van technisch onderzoek, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisant [verbalisant 13] , met registratienummer 202102046233, doorgenummerde pagina’s 27-30.
10.Een proces-verbaal van forensisch onderzoek plaats delict ( [plaats delict] ) (incl. (foto)bijlagen), opgemaakt op 12 maart 2021 door verbalisanten [verbalisant 10] , [verbalisant 11] en [verbalisant 12] , met nummer PL1300-2021020462-39, doorgenummerde pagina’s 201-235;
11.Een proces-verbaal van bevindingen (incl. plattegrond achtervolging), opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 9] , met nummer PL1300-2021020462-11, doorgenummerde pagina’s 06-08.
12.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisant [verbalisant 14] , met nummer PL1300-2021020462-6, doorgenummerde pagina 09; Een proces-verbaal van bevindingen (incl. plattegrond achtervolging), opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 9] , met nummer PL1300-2021020462-11, doorgenummerde pagina’s 06-08.
13.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 15] en [verbalisant 16] , met nummer PL1300-2021020462-5, doorgenummerde pagina 37.
14.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisanten [verbalisant 20] en [verbalisant 21] , met nummer PL1300-2021020462-18, doorgenummerde pagina 32.
15.Een proces-verbaal van forensisch onderzoek plaats delict ( [plaats delict] ) (incl. (foto)bijlagen), opgemaakt op 12 maart 2021 door verbalisanten [verbalisant 10] , [verbalisant 11] en [verbalisant 12] , met nummer PL1300-2021020462-39, doorgenummerde pagina’s 201-235.
16.Een proces-verbaal van forensisch onderzoek plaats delict ( [plaats delict] ), opgemaakt op 12 maart 2021 door verbalisanten [verbalisant 10] , [verbalisant 11] en [verbalisant 12] , met nummer PL1300-2021020462-39, doorgenummerde pagina’s 200 (zesde alinea) en 203 (derde alinea); Een proces-verbaal van technisch onderzoek, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisant [verbalisant 13] , met registratienummer 202102046233, doorgenummerde pagina’s 25-26.
17.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisant [verbalisant 17] , met nummer PL1300-2021020462-17, doorgenummerde pagina 89.
18.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 28 januari 2021 door verbalisant [verbalisant 14] , met nummer PL1300-2021020462-6, doorgenummerde pagina’s 9 (laatste alinea) en 10.
19.Een proces-verbaal van bevindingen (betreft: voorbereidingshandelingen voor moord op [slachtoffer] ), met documentcode 14532630 (onderzoek “Argus”), opgemaakt op 23 maart 2021 door T.O. 050850 98050850, pagina’s 28-56 (nummering onderzoek Argus).
20.Een proces-verbaal van bevindingen (betreft: onderzoek relatie tussen [naam vriendin slachtoffer] en [slachtoffer] ), opgemaakt op 27 mei 2021 door verbalisant [verbalisant 18] , met documentcode 14880729 en BHV-nummer 2021046412, doorgenummerde pagina 302.
21.Een proces-verbaal van bevindingen, opgemaakt op 22 maart 2021 door [verbalisant 19] , met nummer PL13002021020462, doorgenummerde pagina’s 303-304.
22.Een proces-verbaal van bevindingen (betreft: onderzoek relatie tussen [naam vriendin slachtoffer] en [slachtoffer] ), opgemaakt op 27 mei 2021 door verbalisant [verbalisant 18] , met documentcode 14880729 en BHV-nummer 2021046412, doorgenummerde pagina 302.