ECLI:NL:RBAMS:2022:1333

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
22 februari 2022
Publicatiedatum
21 maart 2022
Zaaknummer
AMS 21/1849
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Omgevingsrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Omzettingen van exploitatievergunningen voor passagiersvaart in Amsterdam

Op 22 februari 2022 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin eiser, een reder, in beroep ging tegen de wijziging van zijn exploitatievergunning door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam. Het primaire besluit, genomen op 4 juni 2020, wijzigde de exploitatievergunning van eiser in een vergunning voor bepaalde tijd voor verschillende vaartuigen, met einddata variërend van 2024 tot 2030. Eiser was het niet eens met deze wijziging en heeft hiertegen bezwaar aangetekend, wat door verweerder op 10 februari 2021 ongegrond werd verklaard. Eiser heeft vervolgens beroep ingesteld bij de rechtbank.

De rechtbank heeft op 22 april 2021 een regiezitting gehouden, waarbij afspraken zijn gemaakt over het verloop van de procedure. Het onderzoek ter zitting vond plaats van 16 november 2021 tot en met 30 november 2021, waarbij de rechtbank de zaken gezamenlijk heeft behandeld. Eiser werd vertegenwoordigd door een gemachtigde, terwijl verweerder zich liet vertegenwoordigen door meerdere gemachtigden. Na het sluiten van het onderzoek heeft de rechtbank geoordeeld dat de omzetting van de exploitatievergunning van onbepaalde tijd naar bepaalde tijd niet in strijd is met het geschreven of ongeschreven recht. De rechtbank heeft de gezamenlijke beroepsgronden van eiser en andere reders, die ook tegen de omzetting van hun vergunningen in beroep waren gegaan, besproken en beoordeeld in één enkele uitspraak.

De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 22 februari 2022, en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om binnen zes weken hoger beroep in te stellen bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.

Uitspraak

RECHTBANK AMSTERDAM

Bestuursrecht
zaaknummer: AMS 21/1849

uitspraak van de meervoudige kamer van 22 februari 2022 in de zaak tussen

[eiser] ,te Amsterdam, eiser
en
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Amsterdam,verweerder
(gemachtigden: mr. J. Bootsma, mr. S. van Heukelom-Verhage, mr. B.S. Jaasma en mr. M. de Wit).

Procesverloop

Bij besluit van 4 juni 2020 (het primaire besluit) heeft verweerder de exploitatievergunning van eiser ambtshalve gewijzigd in een vergunning voor bepaalde tijd voor het vaartuig:
- [naam boot 1] met als einddatum 1 maart 2030;
- [naam boot 2] met als einddatum 1 maart 2028;
- [naam boot 3] (sloepvrienden) met als einddatum 1 maart 2024;
- [naam boot 4] met als einddatum 1 maart 2026;
- [naam boot 5] met als einddatum 1 maart 2026.
Bij besluit van 10 februari 2021 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.
De rechtbank heeft in deze zaak en de zaken genoemd in de bijlage bij deze uitspraak een regiezitting gehouden op 22 april 2021, waarbij met partijen afspraken zijn gemaakt over het verloop van de procedure.
Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden van dinsdag 16 november 2021 tot en met 30 november 2021 in deze zaak en de zaken genoemd in de bijlage. [1] De zaken zijn gezamenlijk behandeld. De rechtbank heeft vervolgens het onderzoek in alle zaken gesloten. Eiser is daar vertegenwoordigd door [naam 1] . Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door bovenstaande gemachtigden.
De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten.

Conclusie

1. De rechtbank stelt eiser
niet in het gelijk.
2. De rechtbank heeft het beroep van eiser gelijktijdig behandeld met de beroepen van andere Amsterdamse reders voor passagiersvaart. [2] Al deze reders komen op tegen de omzetting van hun exploitatievergunning passagiersvaart van onbepaalde tijd naar bepaalde tijd. De reders hebben een aantal beroepsgronden gezamenlijk ingediend en tijdens de behandeling hebben de reders ook over en weer naar elkaars standpunten verwezen. De rechtbank heeft er voor gekozen de gezamenlijke standpunten te bespreken en te beoordelen in één enkele uitspraak. Bij uitspraak van 22 februari 2022 [3] heeft de rechtbank geoordeeld dat de omzetting van de exploitatievergunning van onbepaalde tijd naar bepaalde tijd niet in strijd is met het geschreven of ongeschreven recht. Voor alle gezamenlijke gronden en het oordeel daarover, verwijst de rechtbank naar die uitspraak. De uitspraak is bijgevoegd en maakt onderdeel uit van deze uitspraak. [4]

Feiten en omstandigheden

3.1
Bij besluit van 4 november 2013 heeft eiser een exploitatievergunning verkregen voor het vaartuig [naam boot 3] . Het vaartuig valt onder het segment bemand open. De vergunning is verleend voor onbepaalde tijd.
3.2
Bij besluit van 29 maart 2016 heeft eiser een exploitatievergunning verkregen voor het vaartuig [naam boot 5] . Het vaartuig valt in het segment bemand open. De vergunning is verleend voor onbepaalde tijd.
3.3
Bij besluit van 29 maart 2016 heeft eiser een exploitatievergunning verkregen voor het vaartuig [naam boot 4] . Het vaartuig valt in het segment bemand gesloten. De vergunning is verleend voor onbepaalde tijd.
3.3
Bij besluit van 25 oktober 2017 heeft rederij Lovers een exploitatievergunning verkregen voor het vaartuig [naam boot 6] . Het vaartuig valt in het segment bemand gesloten. De vergunning is verleend voor onbepaalde tijd. Bij besluit van 30 november 2018 is de exploitatievergunning overgezet naar eiser. Bij besluit van 7 december 2018 is de vergunning gewijzigd door het vervangen van het vergunde vaartuig [naam boot 6] voor het nieuwe vaartuig [naam boot 1] .
3.4
Bij besluit van 13 februari 2018 heeft eiser een exploitatievergunning verkregen voor het vaartuig [naam boot 2] . Het vaartuig valt in het segment onbemand. De vergunning is verleend voor onbepaalde tijd.

Individuele gronden

4. Op 26 maart 2021 heeft de rechtbank de gronden van beroep van eiser ontvangen. In het verweerschrift en in het dupliek is het college ingegaan op deze gronden. De aangevoerde gronden komen overeen met die in de hiervoor aangehaalde uitspraak van 22 februari 2022.

Conclusie

5. Het beroep is ongegrond.
6. Voor een proceskostenveroordeling of vergoeding van het griffierecht bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. L.H. Waller, voorzitter, en mr. M.F. Ferdinandusse en mr. S.D. Arnold, leden, in aanwezigheid van mr. J.C.E. Krikke en mr. T. van Soldt, griffiers
.De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 22 februari 2022.
griffier
voorzitter
Afschrift verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending daarvan hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Als hoger beroep is ingesteld, kan bij de voorzieningenrechter van de hogerberoepsrechter worden verzocht om het treffen van een voorlopige voorziening of om het opheffen of wijzigen van een bij deze uitspraak getroffen voorlopige voorziening.
BIJLAGE 1 – OVERZICHT ZAAKNUMMERS

Gemachtigde: Adviesburo Monster, mr. J. Monster

21/776
[naam 2]
21/777
Arviro b.v. en B.S.V. Amsterdam
21/778
Demi Trading B.V.
21/779
De Rederij c.v.
21/780
[naam 3]
21/781
Flagship Amsterdam V.o.f.
21/782
Indysign B.V.
21/783
Luxe Boten B.V.
21/784
Rederij Mokum B.V.
21/785
Mokumboot B.V.
21/786
Mokumboot B.V.
21/787
Rederij Friendship v.o.f.
21/788
[naam 4]
21/799
R.K. Management Beheer B.V.
21/790
Starboard Boats B.V.
21/791
[naam 5]
21/792
[naam 6]
21/793
[naam 7]

Gemachtigde: AKD, mr. E. Dans

21/1701
Stromma Holland B.V.
Stromma Nederland B.V.
Canal Bus B.V.
Canal Rondvaart B.V.
Meijers Rondvaarten B.V.

Gemachtigde: jhr. mr. A.R.Ph. Boddaert

21/1502
[naam 8]

Gemachtigde Van Doorne N.V., mr. C.W. Kniestedt, mr. A. Vegt

21/1699
Reederij P. Kooij B.V.
Reederij E.E. Plas B.V.
Beleggingsmaatschappij P. Kooij B.V.
[naam 9]

Gemachtigde: Duijn Bloem Voss Advocaten, mr. M.S.F. Loor

21/1767
Amsterdam Sloep Huur V.o.f.

Gemachtigde: LNW advocaten, mr. P.A. Willemsen

21/845
[naam 10]
21/846
[naam 11]
21/847
[naam 12]
21/848
[naam 13]
21/849
Sinta B.V.
[naam 14]
[naam 15]
[naam 16]
[naam 17]
[naam 18]
[naam 19]

Gemachtigde: ngnb advocaten, mr. A.B. Blomberg

21/1695
[naam 20]

Gemachtigde: mr. P. Nicolaï

21/1642
Amsterdam Boat Events B.V.
21/1643
[naam 21]
21/1644
Rederij Amsterdam B.V.
Amsterdam Boats B.V.
RAAB B.V.
21/1645
[naam 22]
Adeline B.V.
Salonboot Dame van Amstel B.V.
Emmerik & Vellekoop Holding B.V.
21/1646
Rederij Belle B.V.
21/1647
Smidtje Holding B.V.
21/1648
Smidtje Beheer B.V.
21/1649
[naam 23]
21/1650
[naam 24]
[naam 25]
21/1651
De Kleijn Amsterdam B.V.
CBD
21/1652
[naam 26]
21/1653
De Muze B.V.
CBD Holding
21/1654
[naam 27]

Gemachtigde: mr. C. Post

21/1523
[naam 28]

Gemachtigde: Six Advocaten, mr. I. van den Berg

21/1447
[naam 29]
21/1448
V.O.F. JoMart
21/1449
[naam 30]
21/1450
[naam 31]
21/1452
Rederij Aemstelland B.V.
21/1453
Paradis Private Boat Tours B.V.
21/1454
Amsterdamse Salonboot Rederij B.V.
21/1456
[naam 32]
21/1457
[naam 33]
21/1459
[naam 34]
21/1460
[naam 35]
21/1461
[naam 36]
21/1462
[naam 37]
21/1463
De Wolfsburght B.V.

Gemachtigde: Stek Advocaten, mrs. R. Elkerbout, Z. van den Bosch en L. Bremmer

21/1364
[naam 38]
[naam 39]
Rederij Nassau B.V.
[naam 40]
Amsterdam bootverhuur B.V.
[naam 41]

Gemachtigde: Wieringa Advocaten, mrs. S. Levelt en L. Tellegen

21/1737
[naam 42]
Smidtje Exploitatie B.V.
New Orange B.V.
Rederij Lovers B.V.
21/1307
Boat2Go B.V.

Procedeert zelf

21/1770
Sloepdelen B.V.
Adam’s Boats B.V.
21/1635
Boaty B.V.
BIJLAGE 2 – UITSPRAAK VAN 22 FEBRUARI 2022

Voetnoten

1.Zie bijlage 1.
2.Voor een overzicht van alle zaaknummers, zie bijlage 1.
4.Zie bijlage 2.