ECLI:NL:RBAMS:2022:1239

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
16 maart 2022
Publicatiedatum
16 maart 2022
Zaaknummer
C/13/713447 / KG ZA 22-106 MDvH/TF
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Auteursrechtinbreuk en onrechtmatig handelen in kort geding tegen online programma

Op 16 maart 2022 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in een kort geding tussen een Nederlandse vlogger, model en zangeres, hierna aangeduid als eiseres, en twee gedaagden, journalisten en co-hosts van het online programma 'Roddelpraat'. Eiseres vorderde dat gedaagden een uitzending van hun programma, waarin zij beschuldigingen van misbruik door een bekende rapper aan het adres van eiseres deden, offline zouden halen. Eiseres stelde dat gedaagden zonder haar toestemming een geheime diss track van haar openbaar hadden gemaakt en onterecht suggereerden dat zij door de rapper was misbruikt. De voorzieningenrechter oordeelde dat de vorderingen van eiseres gegrond waren. De rechter concludeerde dat gedaagden zich schuldig hadden gemaakt aan zowel auteursrechtinbreuk als onrechtmatig handelen. De uitzending werd als onrechtmatig beoordeeld, omdat de uitlatingen over eiseres niet werden ondersteund door feiten en bovendien de persoonlijke levenssfeer van eiseres schaadden. Gedaagden werden veroordeeld om de uitzending en alle verwijzingen daarnaar te verwijderen, alsook een rectificatie te plaatsen op hun website en sociale media. Tevens werden zij veroordeeld tot betaling van proceskosten en een dwangsom voor iedere dag dat zij niet aan de veroordelingen voldeden.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling privaatrecht, voorzieningenrechter civiel
zaaknummer / rolnummer: C/13/713447 / KG ZA 22-106 MDvH/TF
Vonnis in kort geding van 16 maart 2022
in de zaak van
[eiseres],
wonende te [woonplaats] ,
eiseres bij dagvaarding van 24 februari 2022,
advocaat mr. P. de Leeuwe te Amsterdam,
tegen

1.[gedaagde 1] ,

wonende te [woonplaats] ,
2.
[gedaagde 2],
wonende te [woonplaats] ,
gedaagden,
advocaten mr. R.P.J. Ribbert en W.D. van Wengen te Amsterdam.
Partijen zullen hierna [eiseres] en [gedaagde 1] en [gedaagde 2] worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Ter zitting van 4 maart 2022 heeft [eiseres] de vorderingen zoals omschreven in de dagvaarding toegelicht. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben verweer gevoerd. Beide partijen hebben producties en een pleitnota ingediend.
Vonnis is bepaald op vandaag.
1.2.
Ter zitting waren aanwezig:
[eiseres] , haar partner en haar huidige manager met mr. De Leeuwe;
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] met mr. Ribbert en mr. Van Wengen.

2.De feiten

2.1.
[eiseres] is een Nederlandse vlogger, model en zangeres. Eind 2017 behaalde zij hits met de nummers “Op Me Monnie” en “Vroom”. Op dit moment zendt Videoland een realityserie uit met [eiseres] en haar partner, genaamd “ [naam realityserie] ”.
2.2.
In de periode van eind 2018 tot eind september 2020 werd het management van [eiseres] uitgevoerd door Spec Entertainment B.V. (SPEC). Dit is het bedrijf van (onder meer) rapper [naam 1] en zijn vrouw. Op dit moment wordt [eiseres] door Blockbuster Media B.V. vertegenwoordigd.
2.3.
[gedaagde 1] is journalist en columnist en heeft onder meer gewerkt voor omroep PowNed en platform GeenStijl. [gedaagde 2] is ook afkomstig van PowNed. Tot januari 2021 was hij bij Radio Veronica Inside actief. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] zijn samen co-host van het online programma “Roddelpraat”.
2.4.
In Roddelpraat reageren [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op de laatste roddels en nieuws over bekende Nederlanders. Het wordt op YouTube uitgezonden. Elke woensdag verschijnt er een nieuwe uitzending online. De uitzendingen worden gepubliceerd en gepromoot op de website www.roddelpraat.nl. Het programma heeft een groot bereik met 1,5 miljoen of meer kijkers per uitzending.
2.5.
In september 2020 heeft [eiseres] een
diss trackopgenomen. De term “diss” duidt op belediging en stamt af van het woord ‘disrespect’. In de rapscene staat een
diss trackvoor een muziekwerk dat ten doel heeft een ander persoon, vaak een andere artiest, verbaal aan te vallen.
2.6.
Deze door [eiseres] in een studio opgenomen
diss trackis gericht aan SPEC en [naam 1] (en zijn vrouw). Het gaat onder meer over de breuk tussen [eiseres] en SPEC (“Nu ben ik eigen baas, je kan me niet meer ontslaan” en “Die zien we beiden niet meer terug”) en over [naam 1] persoonlijk. (“Je man is echt een vieze en laat ze broek zakken” en “Maar ik ga niet alles zeggen omdat ik je moeder ken”).
2.7.
Op 15 oktober 2020 heeft [eiseres] een klein deel van deze
diss track, op haar Instagram geplaatst bij ‘Instagram Stories’, waarop het 24 uur beschikbaar was. In het door haar op Instagram geplaatste gedeelte komt ook de zin voor: “Je man is echt een vieze en laat ze broek zakken”.
2.8.
In september 2021 heeft [gedaagde 2] een MP3 met de
diss tracktoegezonden gekregen.
2.9.
Eind januari 2022 hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] voor Roddelpraat een uitzending gemaakt waarin deze
diss trackvan [eiseres] centraal staat (hierna: de Uitzending). Aanleiding was het op 20 januari 2022 op YouTube uitgezonden programma BOOS van BNN/VARA waarin (seksueel) grensoverschrijdend gedrag bij het televisieprogramma The Voice of Holland aan de orde kwam (van onder anderen [naam 1] ).
2.10.
De Uitzending wordt op YouTube, roddelpraat.nl en diverse sociale media gepromoot met de tekst:
‘ [eiseres] IS OOK MISBRUIKT DOOR [naam 1] ’
[gedaagde 2] ONTVANGT BEWIJS
[gedaagde 2] ontvangt geheime opname na BOOS: ‘ [eiseres] is ook misbruikt door [naam 1] ’
Na de documentaire van [naam 2] op BOOS heeft [gedaagde 2] een geheim nummer van [eiseres] ontvangen waaruit je kunt concluderen dat zij ook is misbruikt door [naam 1] . [gedaagde 1] pakt alle daders in ‘The Voice of Holland-rel’ keihard aan.
Op 26 januari 2022 heeft Roddelpraat de tekst in de derde regel van deze tekst als volgt aangepast:
[gedaagde 2] ontvangt geheime opname na BOOS; ‘ [eiseres] mogelijk misbruikt door [naam 1] ’
2.11.
De Uitzending op 26 januari 2022 verliep – samengevat weergegeven – als volgt:
- In de eerste minuten (vanaf minuut 25:45) wordt door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] gesproken over de uitzending van BOOS van 20 januari 2022, met name over een slachtoffer dat daarin onherkenbaar in beeld haar verhaal doet.
Deze jonge vrouw geeft aan dat zij in 2018 op een schrijverskamp door [naam 1] is misbruikt. Daarna kondigen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] aan dat zij een “absolute scoop” oftewel een primeur hebben. Zij vertellen dat zij een geheime
diss trackin handen hebben op basis waarvan kan worden geconcludeerd dat ook [eiseres] door [naam 1] is misbruikt. Die
diss trackzou zijn opgestuurd, omdat [eiseres] zich in het openbaar over dat misbruik zou moeten uitspreken; zij zou dat omwille van haar carrière niet doen.
  • Vanaf minuut 31:40 tot 33:59 laten [gedaagde 1] en [gedaagde 2] de volledige
  • Daarna analyseren [gedaagde 1] en [gedaagde 2] de
2.12.
Na de Uitzending hebben volgers van Roddelpraat de volgende reacties gepost:
“Goed gedaan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , docu was heftig, maar zo zie je maar dat jullie eerst een stort aan negativiteit over je heen krijgt maar het blijkt wel te kloppen, soms zijn jullie bikkelhard en satirisch maar goed werk jongens!”
“Ik ben het niet altijd eens met de hoeveelheid schunnige taal in dit program, maar de gepresenteerde feiten zijn altijd keihard! Dank jullie wel!”
“Mooi dat eindelijk ook in Nederland #metoo aan het licht wordt gebracht, dankzij jullie”’
“Hoeveel zwijggeld heeft [eiseres] gekregen van [naam 1] ?”
2.13.
Na de uitzending op 26 januari 2022 is de
diss trackop verschillende YouTube kanalen geplaatst.
2.14.
Op de avond van de Uitzending heeft [eiseres] de daarin gedane beweringen via een filmpje op Instagram proberen recht te zetten. Ze heeft gezegd dat [naam 1] haar niets heeft aangedaan en dat zij het erg vervelend vindt dat de
diss tracknaar buiten is gebracht, omdat die persoonlijk is.
2.15.
Bij brief van 27 januari 2022 zijn [gedaagde 1] en [gedaagde 2] door de advocaat van [eiseres] verzocht schriftelijk te bevestigen dat (1) de Uitzending van YouTube en de website www.roddelpraat.nl wordt gehaald, inclusief alle verwijzingen naar de Uitzending, (2) de ongefundeerde beschuldigingen dat [eiseres] door [naam 1] zou zijn misbruikt of dat [naam 1] zich jegens haar seksueel grensoverschrijdend zou hebben gedragen niet zullen worden herhaald, (3) de
diss trackniet opnieuw zal worden geopenbaard of verspreid, (4) de in de brief vermelde rectificatie zal worden geplaatst en (5) een bedrag van € 5.000,- voor schade en juridische kosten zal worden betaald.
2.16.
In een e-mail van 28 januari 2022 heeft de advocaat van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] geschreven dat zij hieraan niet zullen voldoen.
2.17.
Op 28 januari 2022 hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op Roddelpraat.nl het volgende bericht geplaatst:
” [eiseres] stuurt advocaat op Roddelpraat af
En zoals jullie ons kennen nemen wij deze uitdaging met beide handjes aan. Wij hebben haar nummer over [naam 1] in de uitzending laten horen in het teken van het misbruikschandaal met The Voice en de Marokkaanse rapper. Het nummer gaat over [naam 1] en wat hij haar zou hebben aangedaan. Dat wij dit bespreken in Roddelpraat is volgens ons gewoon rechtmatig, want onderdeel van de persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting.
Enfin, we gaan weer in de tegenaanval met een veel te dure advocaat. Dus de crowdfund volgt later wel weer. Ze wil dat we de boel rectificeren, verwijderen en haar 5k schadevergoeding gaan betalen. Dat gaan we dus allemaal niet doen, we zien haar wel in de rechtbank.
Maar mag ik heel even iedereen er alvast op attenderen dat [eiseres] zelf al een groot deel van het nummer op haar Insta heeft gezet zo’n 1,5 jaar geleden.
(…)”.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben bij deze tekst het op 15 oktober 2020 door [eiseres] op haar Instagram Stories geplaatste gedeelte van de
diss trackgezet.
2.18.
Op dit bericht zijn wederom reacties gekomen van de volgers van Roddelpraat. Enkele van deze reacties zijn:
“Dat is een gewonnen zaak dat domme wijf heeft dat nummer zelf met haar stonede kop rond laten slingeren (…)”
“ [naam 1] heeft r in de pocket heeft r geld gegeven om te zwijgen en nu geld om Roddelpraat onder druk te zetten want geen bewijs is altijd beter als je een rechtszaak voor je noten krijg je weet toch”.
2.19.
Op 2 februari 2022 hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] een nieuwe uitzending van Roddelpraat online gezet met als titel:
“ [eiseres] woest en sleept [gedaagde 1] en [gedaagde 2] voor de rechter: ‘Achterlijk wijf’”.
In deze uitzending wordt gepraat over dit kort geding. De uitingen over [eiseres] worden herhaald. Ook deze uitzending heeft op een groot aantal reacties van de volgers van Roddelpraat kunnen rekenen.

3.Het geschil

3.1.
[eiseres] vordert bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , ieder afzonderlijk, op straffe van de verbeurte van een dwangsom te veroordelen om
I. te verwijderen en verwijderd te houden:
a. de Uitzending en alle verwijzingen daarnaar en promotie daarvoor, ongeacht het medium waarop deze zijn gepubliceerd;
b. het bericht van 28 januari 2022 op roddelpraat.nl;
c. de term ‘achterlijk wijf’ bij en ter promotie van de uitzending van 2 februari 2022,
II. het stellen of suggereren dat [eiseres] door [naam 1] zou zijn misbruikt of verkracht, dat [naam 1] grensoverschrijdend jegens haar heeft gehandeld of haar zou hebben mishandeld en/of dat [eiseres] te zien of te horen is in de uitzending van BOOS en/of dat zij over dit gedrag haar mond houdt, te staken en gestaakt te houden en dus niet te herhalen ook niet in het kader van publicaties of andere uitingen over deze procedure,
III. op www.roddelpraat.nl en op de gelijknamige sociale media accounts gedurende een periode van twee weken het volgende bericht te plaatsen, bovenaan de homepage pagina, duidelijk leesbaar in het voor die media gebruikelijke lettertype en grootte van de kop en tekst, zonder weglatingen, aanvullingen of commentaar die afbreuk kunnen doen aan de tekst, ongeacht of deze toevoegingen of aanvullingen worden geplaatst in hetzelfde of in andere (opvolgende) berichten of uitingen en zonder de mogelijkheid daarbij reacties te (laten) plaatsen:
RECTIFICATIE
“In de uitzending van 26 januari 2022 hebben we een geheime diss track van [eiseres] laten horen en meegedeeld dat daaruit blijkt dat [eiseres] door [naam 1] is misbruikt en/of is mishandeld, dan wel dat [naam 1] zich jegens haar schuldig heeft gemaakt aan seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Deze uitingen zijn onjuist en ongegrond. Ook hebben wij geen wederhoor toegepast.
De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft daarom op [datum vonnis] geoordeeld dat de uitzending onrechtmatig is en dat wij met het laten horen van de diss track auteursrechtinbreuk hebben gepleegd. Wij zijn hiermee buiten de grenzen van de uitingsvrijheid getreden en zijn daarom bevolen de uitzending offline te halen.
[gedaagde 2] en [gedaagde 1]
Roddelpraat”.
Tot slot vordert [eiseres] [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hoofdelijk te veroordelen in de volledige proceskosten ten bedrage van 50% van het indicatietarief voor een normaal (IE) kort geding voor zover het geschil betrekking heeft op handhaving van het intellectuele eigendomsrecht en voor het overige conform 50 % van het gebruikelijke liquidatietarief, inclusief de nakosten en te vermeerderen met de wettelijke rente.
3.2.
[eiseres] legt aan haar vorderingen ten grondslag dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] zonder haar toestemming de
diss trackhebben geopenbaard en ten onrechte beweren dat daaruit blijkt dat zij door [naam 1] is misbruikt of slachtoffer is van zijn seksueel grensoverschrijdende gedrag. Ook beweren zij dat [eiseres] door hem zou zijn mishandeld. Dat alles is onjuist en voor deze uitlatingen bestaat geen feitelijke grondslag. Met de Uitzending handelen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] onrechtmatig en maken zij inbreuk op de auteursrechten en naburige rechten van [eiseres] . Ondanks een verzoek daartoe weigeren [gedaagde 1] en [gedaagde 2] de Uitzending offline te halen.
3.3.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] voeren – samengevat – als verweer dat [eiseres] met een beroep op haar auteursrecht en recht op privacy hun vrijheid van meningsuiting geweld aan doet. Het recht van vrije meningsuiting moet prevaleren.
Voorop staat dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] voorvechters zijn van het vrije woord en daarbij de grenzen opzoeken door onder andere satire. Doordat het programma onafhankelijk is (het wordt gefinancierd met donaties van kijkers) kunnen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] onverbloemd en recht voor de raap onderwerpen bespreken. Zij brengen slechts een tegengeluid. [eiseres] heeft niet aannemelijk gemaakt dat haar auteursrecht of recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer zwaarder moet wegen dan de vrijheid van meningsuiting van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] in het licht van het huidige maatschappelijke debat. De teksten op de
diss trackzijn van [eiseres] zelf afkomstig en zij heeft deze zelf verspreid, aldus steeds [gedaagde 1] en [gedaagde 2] .
3.4.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
[eiseres] heeft een spoedeisend belang bij haar vorderingen. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben de Uitzending niet offline gehaald en iedere dag wordt deze opnieuw bekeken. Dit kan betekenen dat voortdurend auteursrechtinbreuk wordt gemaakt en/of onrechtmatig wordt gehandeld. Dat [eiseres] mogelijk een snellere weg had kunnen kiezen om de vermeende auteursrechtschending te staken door de
diss trackvia een
notice-and-takedownverzoek aan YouTube te laten verwijderen, doet hier niet aan af. Aannemelijk is dat, zoals [eiseres] stelt, een voor haar gunstige uitkomst van dit kort geding haar bovendien nog meer mogelijkheden biedt om tegen auteursrechtinbreuk op te treden.
Wat is er aan de hand?
4.2. “
Een geheime
diss trackopenbaren en beschuldigingen uit je duim zuigen die het publiek voor zoete koek aanneemt, en vervolgens het slachtoffer belachelijk maken en wegzetten als achterlijk wijf. Dat dient onrechtmatig te zijn.” Met deze woorden heeft de advocaat van [eiseres] haar pleidooi treffend en terecht afgesloten. Het publiceren van een
diss track, die niet eerder (in zijn geheel) openbaar is gemaakt, levert een auteursrechtinbreuk op. Een dergelijke auteursrechtinbreuk kan vervolgens niet worden gerechtvaardigd met een beroep op de vrije meningsuiting als uitlatingen worden gedaan die geen steun vinden in feiten. Uitingsvrijheid is immers niet onbegrensd. Hierna zal worden toegelicht waarom alles erop wijst dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] zich – juridisch – schuldig hebben gemaakt aan zowel auteursrechtinbreuk als onrechtmatig handelen.
Auteursrechtinbreuk
4.3.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] mochten in de Uitzending de
diss trackvan [eiseres] niet laten horen. [eiseres] is immers de auteur van het werk, omdat zij de rap heeft geschreven en uitgevoerd, en het is daarmee aan haar om te bepalen of zij de rap in de openbaarheid wil brengen. In artikel 12 lid 1 Auteurswet staat wat onder openbaarmaking van een werk moet worden verstaan. Daaronder valt ook “de verbreiding van een niet in druk verschenen werk” (in sub 2).
4.4.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] betwisten dat zij de
diss trackals eersten openbaar hebben gemaakt. Zij stellen dat die al vóór de Uitzending was verspreid. Zij wijzen erop dat op grond van artikel 12 lid 1 sub 2 Auteurswet ook het verspreiden in kleine kring wordt aangemerkt als “openbaar maken” en dat had [eiseres] volgens hen zelf al gedaan. [gedaagde 2] heeft op de zitting verklaard dat hij de MP3 met de
diss trackheeft gekregen van een vrouwelijke medewerker van het radiostation FunX. Het kan dan ook niet anders dan dat de
diss trackdus al in de studio (en wellicht ook onder radiostations) was verspreid, aldus [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . [gedaagde 1] en [gedaagde 2] worden hierin niet gevolgd. Het is niet aannemelijk geworden dat sprake is geweest van een eerdere openbaarmaking. De
diss trackis immers in de besloten setting van een studio opgenomen en er zijn geen (concrete) aanwijzingen dat
met toestemmingvan [eiseres] verspreiding heeft plaatsgevonden. [eiseres] heeft ter zitting verklaard dat zij vermoedt dat mogelijk een niet bij FunX werkzame vrouw, die aanwezig was in de studio en behulpzaam was bij de opname, zonder haar toestemming de
diss trackheeft verspreid. Of deze vrouw de
diss trackaan [gedaagde 2] heeft gegeven of iemand anders kan in dit geding niet worden vastgesteld, maar dat is ook niet van belang. [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben geenszins aannemelijk gemaakt dat de
diss trackvóór de Uitzending eerder rechtmatig (met toestemming van [eiseres] ) openbaar is gemaakt, zodat ervan uit wordt gegaan dat daarvan geen sprake is. Dit betekent dus dat aannemelijk is dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] zich aan auteursrechtinbreuk schuldig hebben gemaakt.
4.5.
De omstandigheid dat op 15 oktober 2020 [eiseres] een klein deel van de
diss trackop haar Instagram heeft geplaatst, maakt dat niet anders. Het fragment was immers maar 24 uur op haar Instagram Stories beschikbaar en dit gedeelte van de
diss trackwas niet herleidbaar naar [naam 1] . [eiseres] heeft op dat moment ervoor gekozen om de rest voor zichzelf te houden en niet de hele
diss trackte laten horen. Het zijn dan ook [gedaagde 1] en [gedaagde 2] geweest die de
diss trackvoor het eerst in zijn geheel naar buiten hebben gebracht.
4.6.
De advocaten van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hebben aangevoerd dat, zelfs als [eiseres] een beroep kan doen op haar auteursrecht (en [gedaagde 1] en [gedaagde 2] daarop inbreuk hebben gemaakt), hun vrijheid van meningsuiting prevaleert, omdat zij in de Uitzending een uiterst belangrijke misstand aan de kaak stellen. Dit raakt een discussie binnen het IE-recht. Volgens sommige IE-specialisten kan ondanks het gesloten stelsel van auteursrechtbeperkingen ook nog een aparte weging van het auteursrecht en de uitingsvrijheid plaatsvinden. De advocaten van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] volgen deze lijn. De advocaat van [eiseres] ziet dat anders en stelt met een beroep op dezelfde Europese jurisprudentie (de arresten Spiegel Online [1] en Funke Medien [2] ) dat een weging tussen auteursrecht en een grondrecht als de vrijheid van meningsuiting niet mogelijk is. De vraag wie het bij het rechte eind heeft, kan in het midden blijven. Zoals hierna zal worden uitgelegd, komt [gedaagde 1] en [gedaagde 2] in dit geval om andere redenen ook geen beroep op de vrijheid van meningsuiting toe.
4.7.
De beroepen op het citaatrecht op grond van artikel 15a Auteurswet, de actuele reportage exceptie van artikel 16a Auteurswet en de persexceptie stranden evenzeer zoals hierna zal blijken.
4.8.
Conclusie is dat aannemelijk is geworden dat sprake is van auteursrechtinbreuk en dat de
diss trackvan het internet verwijderd moet worden. Hierna wordt uitgelegd dat ook sprake is van onrechtmatig handelen.
Onrechtmatige daad
4.9.
Bij de beoordeling van de vorderingen moet een afweging worden gemaakt tussen twee fundamentele rechten die tegenover elkaar staan: aan de ene kant het recht van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op vrijheid van meningsuiting (artikel 10 EVRM), aan de andere kant het recht van het [eiseres] op bescherming van het recht op persoonlijke integriteit en eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer (privacy) van artikel 8 EVRM. Er bestaat geen rangorde tussen deze twee rechten. Het antwoord op de vraag welk van deze beide rechten in dit geval zwaarder weegt, hangt af van alle omstandigheden van het geval, waarbij de wederzijdse belangen moeten worden afgewogen. Bij die afweging moeten alle bijzonderheden van het geval worden betrokken. Aan [gedaagde 1] en [gedaagde 2] komt geen beroep op de vrijheid van meningsuiting toe wanneer hun uitlatingen onrechtmatig zijn in de zin van artikel 6:162 van het Burgerlijk Wetboek (BW).
4.10.
Omstandigheden die een rol kunnen spelen zijn:
a. of de openbaarmaking een bijdrage levert aan een (publiek) debat van algemeen belang en sprake is van een misstand;
b. de mate waarin de uitlatingen steun vinden in het feitenmateriaal;
c. de inkleding van de uitlatingen, gezien in verhouding tot de onder a en b bedoelde factoren;
d. de inhoud, vorm en de gevolgen van de publicatie.
Misstand?(a) Steun in de feiten?(b)
4.11.
In deze zaak staat centraal de uitlating dat [eiseres] is misbruikt door [naam 1] , dan wel sprake is geweest van (seksueel) grensoverschrijdend gedrag door [naam 1] ten opzichte van [eiseres] . De misstand die [gedaagde 1] en [gedaagde 2] als programmamakers hiermee aan de kaak willen stellen is, zo zeggen zij, dat [eiseres] slachtoffer zou zijn van #metoo praktijken en dat omwille van haar carrière verborgen wil houden. Het gaat om misbruik door rapper [naam 1] , die in opspraak is geraakt door het BNN/VARA programma BOOS van 20 januari 2022. In die uitzending kwam grensoverschrijdend gedrag door medewerkers van het RTL4 programma The Voice of Holland, aan de orde, onder anderen door [naam 1] , een van de coaches. Beoordeeld moet worden of deze specifieke (door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] gestelde) misstand ten aanzien van [eiseres] voldoende steun vindt in de feiten. Daarbij moeten twee vragen worden beantwoord: ten eerste of de uitlatingen wel als feiten zijn gepresenteerd en ten tweede of deze worden ondersteund door de feiten.
Uitlatingen gepresenteerd als feiten
4.12.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] stellen dat zij de uitlatingen over misbruik niet als feiten hebben gepresenteerd. Het gaat volgens hen slechts om uitingen die choqueren, beledigen of verontrusten (
shock, offend or disturb) en meningen of suggesties. Dat beweren zij ten onrechte. In de Uitzending en in de promotie daarvan worden, zoals [eiseres] terecht stelt, uitlatingen van feitelijke aard gedaan. De volgende teksten kunnen immers moeilijk anders worden begrepen:
  • “ [eiseres] is ook misbruikt door [naam 1] . [gedaagde 2] ontvangt bewijs”
  • “Na de documentaire van [naam 2] op BOOS heeft [gedaagde 2] een geheim nummer van [eiseres] ontvangen waaruit je kunt concluderen dat zij ook is misbruikt door [naam 1] .”
  • De reactie op de passage “hij laat ze broek zakken”: “dat doelt dus op misbruik”
  • De reactie op de passage “Nu ben ik eigen baas, je kan me niet meer ontslaan”, door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] verstaan als “Nu ben ik eigen baas, je kan me niet meer rondslaan”: “Dus hij heeft haar geslagen” .
4.13.
Op 26 januari 2022 hebben [gedaagde 1] en [gedaagde 2] in de promotie van de Uitzending de tekst bij de kop aangepast in “ [eiseres]
mogelijkmisbruikt door [naam 1] ”. Dat helpt hen niet. De oorspronkelijk tekst was immers al verspreid. De tekst in de oorspronkelijke vorm “ [eiseres] is ook misbruikt door [naam 1] ” kan, zoals [gedaagde 1] en [gedaagde 2] stellen, ook niet als ‘quote’ worden gezien van de vrouw die de
diss trackaan [gedaagde 2] heeft gestuurd. Dat staat er niet bij en ook als dat zo zou zijn, volgt uit de overige tekst dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] deze ‘quote’ minst genomen ondersteunen. Tot slot blijkt uit de reacties van de volgers van Roddelpraat na de Uitzending dat de uitlatingen voor waar worden aangenomen en het [eiseres] zelfs kwalijk wordt genomen dat zij omwille van haar carrière het misbruik niet naar buiten zou hebben willen brengen. Het is begrijpelijk dat de volgers zo reageren, want dit wordt ook in de Uitzending door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] met de nodige stelligheid gesuggereerd.
4.14.
Bovendien is de Uitzending zo opgebouwd dat de informatie wordt gepresenteerd als (door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] ontdekte) feiten, al houden zij voor de zekerheid vaak nog een (kleine) slag om de arm. Er wordt vanaf een bepaald moment toegewerkt naar de onthulling van de
diss track,die door [gedaagde 2] als heel serieuze bron wordt gepresenteerd. [gedaagde 1] probeert het aan de ene kant door het maken van ‘grappen’ luchtig te houden, maar aan de andere kant laat hij met allerlei voorzetjes [gedaagde 2] zijn verhaal in een bepaalde richting afmaken. De
diss trackwordt geanalyseerd en ook als zij het zelf niet duidelijk vinden hoe de tekst luidt (zingt [eiseres] in plaats van “ontslaan” niet “rondslaan”?), wordt gezegd dat die ziet op grensoverschrijdend gedrag (mishandeling). Aan het eind van de Uitzending kan de kijker niet anders dan concluderen dat [eiseres] in de
diss trackverwijst naar misbruik of grensoverschrijdend gedrag door [naam 1] jegens haar. Het moge zo zijn dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] dit zien als een bespreking van de teksten met een hoog “borrelpraat gehalte”, maar dat betekent nog niet dat zij hun ‘roddels’ niet presenteren als feiten (ook al houden ze daarbij slagen om de arm). Bovendien zijn het bepaald geen onschuldige roddels.
Uitlatingen ondersteunt door feiten?
4.15.
De voorzieningenrechter is het ook eens met [eiseres] dat de uitlatingen over misbruik niet uit het beschikbare feitenmateriaal kunnen worden afgeleid. Uit de
diss trackkan geenszins worden afgeleid dat [eiseres] zingt over misbruik of (seksueel) overschrijdend gedrag door [naam 1] waarvan zij het slachtoffer is. In de
diss tracklaat [eiseres] zowel [naam 1] als zijn vrouw weten dat zij blij is van hen af te zijn en haar eigen baas te zijn. De paar zinnen die zien op seksueel gedrag, lijken inderdaad te zien op buitenechtelijke affaires die [naam 1] volgens [eiseres] had (zoals de tekst “Je man is een vieze en hij laat ze broek zakken”. Deze zinnen bieden geen aanknopingspunten voor enige vorm van misbruik van [eiseres] door [naam 1] . Andere bronnen voor de beweringen van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] in de Uitzending dan de
diss trackzijn er niet. De vrouw die de
diss trackaan [gedaagde 2] zou hebben verstrekt, heeft niet een verklaring afgelegd dat zij op de hoogte was van eventueel misbruik. Er is ook geen onderzoek naar deze ernstige beschuldigingen gedaan en [eiseres] is nooit om een weerwoord gevraagd.
4.16.
Vervolgens proberen [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hun misbruikverhaal te ‘bewijzen’, door in de Uitzending uitdrukkelijk te suggereren dat de vrouw die in de uitzending van BOOS verklaart over seksueel misbruik door [naam 1] , [eiseres] zou zijn. Hoewel [gedaagde 1] en [gedaagde 2] daar zelf ook niet van overtuigd zijn, komt dat ook later in de uitzending nog een keer terug. Voor deze suggestie bestaat geen enkel aanknopingspunt. Ten eerste betwist [eiseres] uitdrukkelijk dat zij het is. Bovendien klopt de tijdlijn niet (zoals [gedaagde 2] in de Uitzending ook zelf opmerkt). Immers, het schrijverskamp, de locatie waar de vrouw in de uitzending van BOOS verklaart door [naam 1] te zijn misbruikt, vond plaats in 2018, toen SPEC nog niet het management voor [eiseres] voerde. Het is dan ook volstrekt onlogisch dat [eiseres] in de
diss track(die gaat over SPEC) zou rappen over gebeurtenissen tijdens het schrijverskamp in 2018. Ook voor de suggesties en meningen die in de Uitzending zijn gedaan, ontbreekt dus de daarvoor vereiste feitelijke basis. Dit geldt met name voor de suggestie/ beschuldiging dat [eiseres] het vermeende misbruik verborgen zou willen houden.
4.17.
Of de uitlatingen kunnen worden gezien als satire of overdrijving, zoals [gedaagde 1] en [gedaagde 2] het willen zien, hoeft niet te worden beoordeeld. Ook als dat het geval zou zijn, biedt dat geen rechtvaardiging voor het doen van uitlatingen zonder enige feitelijke grondslag.
4.18.
Ditzelfde lot treft het beroep van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] op het citaatrecht, de actuele reportage exceptie en de persexceptie voor het laten horen van de
diss track. Een beroep op het citaatrecht slaagt niet, omdat geen sprake is een eerder rechtmatig openbaar gemaakt werk. Het beroep op de actuele reportage exceptie en de persexceptie faalt, omdat geen sprake is van een actuele gebeurtenis, maar van een door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] opgevoerde niet bestaande misstand.
4.19.
Conclusie is dat de uitlatingen niet worden ondersteund door enig feit en dat de beweerdelijke misstand die [gedaagde 1] en [gedaagde 2] aan de kaak menen te moeten stellen niet bestaat.
De inkleding (c) en gevolgen van de Uitzending (d)
4.20.
Onder 4.14 is al voldoende gezegd over de inkleding van de Uitzending. Die inkleding geeft ook geen rechtvaardigingsgrond voor het handelen van [gedaagde 1] en [gedaagde 2] . De gevolgen van de publicatie (Uitzending) verdienen ook nog aandacht. De Uitzending heeft inmiddels een zeer groot publiek bereikt en door de verspreiding blijft die (mogelijk) voor altijd beschikbaar. Daarnaast heeft de Uitzending een stortvloed aan negatieve reacties opgeroepen waarvan er hiervoor bij de feiten enkele zijn weergegeven.
4.21.
In de titel van de uitzending van 2 februari 2022 is [eiseres] door [gedaagde 1] en [gedaagde 2] “achterlijk wijf” genoemd. Die uitlating wordt als onnodig grievend gezien. Die uitzending gaat specifiek over dit kort geding dat [eiseres] heeft aangespannen. Door [eiseres] zo te noemen is zij in feite weggezet als een idioot die geheel ten onrechte een rechtszaak begint. Vanuit het perspectief van [eiseres] is dat heel kwetsend. Zij is het niet eens met de uitlatingen over misbruik in de Uitzending en wil daartegen in rechte opkomen. Dat is haar goed recht en dat moet worden gerespecteerd. Haar idee om een kort geding aan te spannen was – zo is inmiddels wel duidelijk – ook bepaald niet “achterlijk.” Zij heeft dat terecht gedaan.
Conclusie
4.22.
Het is duidelijk: op dit moment kan niet anders worden geconcludeerd dan dat [gedaagde 1] en [gedaagde 2] met hun uitlatingen ook onrechtmatig hebben gehandeld jegens [eiseres] . Deze uitlatingen worden niet beschermd door de vrijheid van meningsuiting. Ook een bekende Nederlander als [eiseres] hoeft zich dit niet te laten welgevallen. [eiseres] vordert terecht verwijdering van deze uitlatingen ter bescherming van haar reputatie, persoonlijke levenssfeer en privacy.
De vorderingen
4.23.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] zullen worden veroordeeld om de Uitzending, verwijzingen daarnaar en de promotie daarvoor, het bericht op www.roddelpraat.nl van 28 januari 2022 en de term “achterlijk wijf” te verwijderen en verwijderd te houden en zich daarna niet meer op deze beschuldigende wijze over [eiseres] uit te laten en de
diss trackniet meer te verspreiden. Deze veroordelingen doen echter onvoldoende recht aan de schade die [eiseres] heeft geleden. Er is voldoende reden om ook voor de duur van twee dagen de gevorderde rectificatie op te leggen. De kans dat de volgers van Roddelpraat dit vonnis (volledig) lezen wordt klein geacht. Met deze rectificatie worden hopelijk de volgers wel bereikt en ook (vooral) zij moeten weten hoe de rechter over de kwestie oordeelt.
4.24.
De gevorderde dwangsom zal worden beperkt en gemaximeerd als in de beslissing vermeld.
4.25.
[gedaagde 1] en [gedaagde 2] zullen als de in het ongelijk gestelde partij hoofdelijk in de proceskosten worden veroordeeld. Het gaat deels om kosten op de voet van artikel 1019h Rv (ten aanzien van de auteursrechtinbreuk) en deels om kosten op grond van het gebruikelijke liquidatietarief (wat betreft het onrechtmatig handelen), die elk voor 50% in rekening worden gebracht. De advocaatkosten worden begroot op 50% van € 15.000,00 (conform het IE-indicatietarief voor een normaal kort geding), dus € 7.500,00, vermeerderd met 50% van het gehele toepasselijke liquidatietarief van € 1.016,00, dus € 508,00.
4.26.
De kosten aan de zijde van [eiseres] worden aldus begroot op:
- dagvaarding € 250,06 (tweemaal de explootkosten van € 125,03)
- griffierecht 314,00
- salaris advocaat
8.008,00
Totaal € 8.572,06,
te vermeerderen met nakosten en rente als gevorderd.

5.De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
veroordeelt [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , ieder afzonderlijk, om binnen 24 uur na betekening van dit vonnis te verwijderen en verwijderd te houden:
a. de Uitzending van 26 januari 2022 en alle verwijzingen daarnaar en promotie daarvoor, ongeacht het medium waarop deze zijn gepubliceerd;
b. het bericht van 28 januari 2022 op www.roddelpraat.nl;
c. de term “achterlijk wijf” bij en ter promotie van de uitzending van
2 februari 2022,
5.2.
veroordeelt [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , ieder afzonderlijk, met onmiddellijke ingang het stellen of suggereren dat [eiseres] door [naam 1] zou zijn misbruikt of verkracht, dat [naam 1] grensoverschrijdend jegens haar heeft gehandeld of haar zou hebben mishandeld en/of dat [eiseres] te zien of te horen is in de uitzending van Boos en/of dat zij over dit gedrag haar mond houdt, te staken en gestaakt te houden en dus niet te herhalen ook niet in het kader van publicaties of andere uitingen over deze procedure,
5.3.
veroordeelt [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , hoofdelijk, om binnen 48 uur na betekening van dit vonnis op www.roddelpraat.nl en op gelijknamige sociale media accounts
het volgende bericht te plaatsen, en dat daar gedurende een periode van twee dagen (dus gedurende 48 uur) te houden, bovenaan de homepage, duidelijk leesbaar in het voor die media gebruikelijke lettertype en grootte van de kop en tekst, zonder commentaar en zonder weglatingen en aanvullingen die afbreuk kunnen doen aan de tekst, ongeacht of deze weglatingen of aanvullingen worden geplaatst in hetzelfde of in andere (opvolgende) berichten of uitingen, en zonder de mogelijkheid daarbij reacties te (laten) plaatsen:
RECTIFICATIE
“In de uitzending van 26 januari 2022 hebben we een geheime diss track van [eiseres] laten horen en meegedeeld dat daaruit blijkt dat [eiseres] door [naam 1] is misbruikt en/of is mishandeld, dan wel dat [naam 1] zich jegens haar schuldig heeft gemaakt aan seksueel grensoverschrijdend gedrag.
Deze uitlatingen zijn onjuist en ongegrond. Ook hebben wij geen wederhoor toegepast.
De voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam heeft daarom op 16 maart 2022 geoordeeld dat de uitzending onrechtmatig is en dat wij met het laten horen van de diss track auteursrechtinbreuk hebben gepleegd. Wij zijn hiermee buiten de grenzen van de uitingsvrijheid getreden en zijn daarom bevolen de uitzending offline te halen.
[gedaagde 2] en [gedaagde 1]
Roddelpraat”,
5.4.
veroordeelt [gedaagde 1] en [gedaagde 2] , ieder afzonderlijk, om aan [eiseres] een dwangsom te betalen van € 10.000,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de veroordeling onder 5.1 en/of 5.2 en/of 5.3 voldoen, tot een maximum van € 100.000,00 is bereikt,
5.5.
veroordeelt [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hoofdelijk in de proceskosten, aan de zijde van [eiseres] tot op heden begroot op € 9.547,56, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
5.6.
veroordeelt [gedaagde 1] en [gedaagde 2] hoofdelijk in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 163,00 voor salaris advocaat, te vermeerderen met € 85,00 en de kosten van het betekeningsexploot ingeval betekening van dit vonnis plaatsvindt,
en te vermeerderen met de wettelijke rente daarover met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
5.7.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.8.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.A. Dudok van Heel, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. G.H. Felix, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 16 maart 2022. [3]

Voetnoten

1.HvJ EU 29 juli 2019, C-516/17, ECLI:EU:C:2019:625
2.HvJ EU 29 juli 2019, C-469/17, ECLI:EU:C:2019:623
3.type: GHF