Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.De procedure
Volt heeft verweer gevoerd.
Beide partijen hebben producties en een pleitnota in het geding gebracht.
Bij de mondelinge behandeling waren – voor zover van belang – aanwezig:
[fractievoorzitter] , fractievoorzitter, en [co-voorzitter 1] , co-voorzitter, met mr. Mourits, mr. S.T. Blom en mr. P.A. van Eck.
Na verder debat is vonnis bepaald op 9 maart 2022.
2.De feiten
(…)24. (on)gewenste Omgangsvormena. We dragen zorg voor elkaars fysieke, mentale en sociale welzijn.b. Bij frictie of vragen over eigen of andermans gedrag treedt men in overleg met elkaar of de ambtelijk secretaris met het oog op het vinden van een oplossing.c. Met het oog op het voorkomen van ongewenste omgangsvormen en misverstanden is heldere communicatie noodzakelijk. (…)d. Indien wenselijk voor medewerker of Kamerlid is het onder alle omstandigheden mogelijk om in gesprek te gaan met de externe vertrouwenspersoon van de Tweede Kamer. Of, indien beschikbaar, de vertrouwenspersoon van Volt NL.25. Verbetertraject bij wrijving of conflictena. Indien gedrag in lijn met artikel 22, 23 en 24 van een Kamerlid of medewerker aanleiding geeft tot frictie of verbetering noodzakelijk is wordt gezamenlijk een verbeterplan opgesteld tussen betrokken Kamerlid(en), medewerker(s) en ambtelijk secretaris.(…)26. Einde fractielidmaatschapa. Lidmaatschap van de Volt-fractie wordt niet lichtvaardig opgevat. De hoge moraal en ethisch leiderschap dat de fractie hooghoudt heeft ook gevolgen voor de gedragingen van individuele Kamerleden en hun fractielidmaatschap.b. In geval van een onoverkomelijk (politiek) conflict, het grof schenden van persoonlijke, financiële of maatschappelijke moraal/integriteit (…) kan het voorkomen dat besloten moet worden dat een Kamerlid geen deel meer uit maakt van de Volt Tweede Kamerfractie.c. Voorafgaand aan een dergelijk zwaar besluit in geval van het grof schenden van persoonlijke, financiële of maatschappelijke moraal/integriteit (…) volgt een gesprek van de fractievoorzitter met de co-voorzitters van Volt NL. Gevolgd door een spoedoverleg met het Volt-bestuur indien fractievoorzitter in het overleg met de co-voorzitters besluit dat de situatie tot verwijdering uit de fractie zou kunnen leiden.d. Voorafgaand aan een dergelijk zwaar besluit bij onoverkomelijk (politiek) conflict dienen de nodige waarborgen in acht te worden genomen:i. Betreffend Kamerlid moet minimaal twee waarschuwingen hebben gekregen, op schrift van de fractievoorzitter van eerder gedrag, waarbij een verbeterplan wordt afgesproken.ii. Met betreffend Kamerlid moeten meerdere gesprekken gevoerd zijn door de fractievoorzitter, waarvan verslag gemaakt is, over de ontstane situatie.iii. Overige leden van de fractie moeten zich kunnen uitspreken over de situatie in een besloten Kamerledenoverleg, inclusief het betrokken Kamerlid.(…)”.
2.2. Op 13 februari 2022 heeft rond 17.30 uur een telefoongesprek plaatsgevonden tussen [eiseres] en [fractievoorzitter] , waarin [fractievoorzitter] heeft meegedeeld voornemens zijn [eiseres] op non-actief te stellen, althans te schorsen. Bij e-mail van [fractievoorzitter] van diezelfde dag is dit besluit aan [eiseres] bevestigd. Die e-mail luidt als volgt:
Op zondag 13 februari heeft er een gesprek plaatsgevonden tussen jou, [co-voorzitter 2] en [fractievoorzitter] . Tijdens dit gesprek hebben wij toegelicht dat er in de afgelopen weken enkele meldingen bij de partij zijn binnengekomen die wijzen op grensoverschrijdend gedrag vanuit jouw kant.De partij heeft naar aanleiding van deze meldingen een extern integriteitsbureau ingeschakeld om onderzoek te doen naar deze meldingen. Om een veilige omgeving te creëren waarin het vervolg van het onderzoek plaats kan vinden, en in het belang van alle betrokkenen, is besloten om jou per direct te schorsen als lid van de Voltfractie in de Tweede Kamer.
Zoals vandaag is gegaan is niet ok. Ik word (…) gebeld met een kil verzoek om zsm naar partijkantoor te gaan. Aanvankelijk denk ik dat het gaat om dat ik de fractie uitgezet zal worden. Reden hiervoor is dat ik al een poos voel dat hoe ik werk niet wordt gewaardeerd. Dat terwijl ik naar eer en geweten mij gepassioneerd probeer in te zetten voor onze grondwet en onze democratie.
Volt heeft zondag Tweede Kamerlid [eiseres] geschorst. In de afgelopen weken heeft de partij enkele meldingen ontvangen die wijzen op grensoverschrijdend gedrag van het Kamerlid. De partij heeft naar aanleiding van deze meldingen een extern integriteitsbureau ingeschakeld om onderzoek te doen naar deze meldingen. Volt heeft nu besloten om het Kamerlid per direct te schorsen als lid van de Voltfractie. Dit om voor betrokkenen een veilige omgeving te creëren voor het vervolg van het onderzoek en om hoor en wederhoor te kunnen laten plaatsvinden. Volt onthoudt zich van verdere inhoudelijke mededelingen totdat het onderzoek is afgerond.”
2.5. Op 14 februari 2022 heeft [eiseres] het volgende e-mailbericht gestuurd naar [fractievoorzitter] en [co-voorzitter 2] (co-voorzitter van Volt):
Allereerst betreur ik de gang van zaken, die ik als een nachtmerrie ervaar. Ik ben ervan overtuigd dat er, gezien de aard en omvang van de klachten, buitenproportioneel is gehandeld. Namelijk, zonder gehoor te geven aan mijn verzoek diezelfde zondagavond ons allen 24 uur te geven om een en ander nauwkeurig uit te zoeken en niet overhaast te handelen.Mochten mensen zich vanwege mijn stijl van werken onveilig hebben gevoeld, dan betreur ik dat zeer. Tot die tijd wacht ik de uitkomst van het onderzoek af en zal ik op basis van die uitkomsten reageren.(…)”.
2.8. Bij e-mail van 15 februari 2022 heeft [fractievoorzitter] gereageerd op de e-mail van [eiseres] (zie 2.5). In de e-mail van [fractievoorzitter] staat onder meer dat de bevindingen van het onderzoeksbureau BING worden afgewacht en dat het besluit om [eiseres] te schorsen gedurende dit onderzoek gehandhaafd blijft.
- een brief van 21 januari 2022 van een medewerker van Volt over [eiseres] , gericht aan de ambtelijk secretaris van Volt (met kopie aan [fractievoorzitter] ), waarin hij klachten uit over het gedrag van [eiseres] ;
- de opdrachtbevestiging van 24 januari 2022 van BING aan Volt; en
- een brief van 31 januari 2022 van BING met “Bevindingen tot zover” en “Advies over vervolgstappen”.
Op basis van de gevoerde interviews en anderszins uitgewisselde informatie informeren wij u over de hoofdlijnen van de meldingen en daarin geuite klachten. Wij wijzen er daarbij op dat op dit moment geen wederhoor is toegepast en dat het verbinden van inhoudelijke conclusies aan deze meldingen in dit stadium niet aan de orde is.De melders brengen de volgende zaken naar voren:● Gesteld wordt dat het betrokken Kamerlid persoonlijke grenzen over gaat met opmerkingen over onder meer seksuele geaardheid en uiterlijk. Twee melders hebben aangegeven dat deze opmerkingen een meer structureel karakter hebben. Zij voelen zich in hun waardigheid aangetast door het Kamerlid. Door een van deze melders wordt tevens gesteld dat het betrokken Kamerlid bij gelegenheid haar macht en autoriteit in zou zetten om argumenten op oneigenlijke wijze kracht bij te zetten. Deze melder duidt dit als intimidatie.
2.14. Bij e-mail van 26 februari 2022 (9.43 uur) van [fractievoorzitter] is [eiseres] met spoed uitgenodigd voor een digitaal te houden besloten kamerledenoverleg op die dag, om 10.45 uur. Deze e-mail – met onderwerp “URGENT Uitnodiging kamerledenoverleg voor beëindiging fractielidmaatschap [eiseres] ” – luidt als volgt:
3.Het geschil
A. de op 13 februari 2022 mondeling aangezegde ‘schorsing’ van [eiseres] met onmiddellijke ingang in te trekken;
B. de op 26 februari 2022 schriftelijk aangezegde beëindiging van het lidmaatschap van [eiseres] van de Voltfractie in de Tweede Kamer met onmiddellijke ingang in te trekken;
C. binnen 24 uur na het wijzen van dit vonnis de volgende rectificatietekst te plaatsen op de website van de Tweede Kamerfractie Volt (www.voltnederland.org), alsmede ter publicatie aan te bieden aan het Algemeen Nederlands Persbureau (ANP) en één landelijk dagblad:
“
De Tweede Kamerfractie Volt verklaart hierbij de op 13 februari jl. aangezegde schorsing en de op 26 februari jl. aangezegde beëindiging van het lidmaatschap van [eiseres] van de Voltfractie in te trekken en erkent hierbij dat het besluit tot schorsing en het besluit tot beëindiging van het fractielidmaatschap zonder deugdelijke grondslag is genomen alsmede ten onrechte in het teken is geplaatst van vermeend grensoverschrijdend gedrag.”
D. [eiseres] binnen 24 uur na het wijzen van dit vonnis volledige en onbelemmerde toegang te geven tot haar werkzaamheden in de Tweede Kamer, haar werkzaamheden in de Voltfractie, waaronder maar niet beperkt tot de fractievergaderingen en binnen het kantoor van Volt, alsmede wederom toegang te verlenen tot alle hierop betrekking hebbende communicatiemiddelen, inclusief die van de
social media,voor zover dit de werkzaamheden van [eiseres] als Tweede Kamerlid en lid van de Voltfractie betreffen;
E. een en ander op straffe van een dwangsom van € 1.000,- per dag of gedeelte van een dag, met een maximum van € 100.000,-;
F. betaling van € 10.000,- als voorschot op de schadevergoeding uit hoofde van onrechtmatig handelen, te vermeerderen met de wettelijke rente;
G. veroordeling van Volt in de kosten van dit geding.
Ook op inhoudelijke gronden kunnen de besluiten niet door de beugel. In de tussenrapportage van BING staat vermeld (zie 2.13):
“
Wij wijzen er daarbij op dat op dit moment geen wederhoor is toegepast en dat het verbinden van inhoudelijke conclusies aan deze meldingen in dit stadium niet aan de orde is.”
De brief van de klager van 21 januari 2022 bevat geen aantijgingen die de schorsing en de beëindiging van het fractielidmaatschap kunnen rechtvaardigen. Door BING is over deze klager opgemerkt:
“
De door melder genoemde opmerkingen zijn, als zij op zichzelf zouden staan, in objectieve zin te kwalificeren als (geslaagde of minder geslaagde) grapjes.”De andere meldingen die worden genoemd in de tussenrapportage van BING zijn anoniem, staan grotendeels niet op schrift en zijn niet aan [eiseres] bekend gemaakt. Ook is niet bekend van wanneer die meldingen dateren. [eiseres] kan zich hiertegen niet verdedigen. [eiseres] benadrukt dat zij de afgelopen periode alles op alles heeft gezet om in onderling overleg met Volt tot een passende oplossing te komen. Volt blijkt hiertoe niet bereid te zijn en kiest ervoor zich over de zaak uit te laten via haar website en de media. Dit is uitermate beschadigend voor [eiseres] , wat wel blijkt uit de nare berichten die over haar verschijnen op verschillende
social media. Ook benadrukt [eiseres] dat zij Volt heeft bericht dat zij bereid is mee te werken aan een onderzoek, mits dit met voldoende waarborgen is omkleed. Dit laatste geldt niet voor het tot op heden door BING uitgevoerde onderzoek. Dit bureau is op 24 januari 2022 ingeschakeld (dus 20 dagen vóór de schorsing) zonder [eiseres] hierin te kennen, laat staan haar inspraak te geven in de onderzoeksvraag of in de inkleding van het onderzoek.
4.De beoordeling
Inleiding
als zij op zichzelf zouden staan, in objectieve zin te kwalificeren[zijn]
als (geslaagde of minder geslaagde) grapjes”.
Mijn grens is bereikt en daarom wil ik deze brief officieel gedocumenteerd hebben. Ik wil dat er van dit voorval een officiële notitie wordt gemaakt. Ook wil ik dat deze brief in het dossier van [eiseres] wordt opgenomen.”
Wij wijzen er daarbij op dat op dit moment geen wederhoor is toegepast (…)”.
“
Wij wijzen er daarbij op (…) dat het verbinden van inhoudelijke conclusies aan deze meldingen in dit stadium niet aan de orde is.”
Niet kan worden ingezien waarom na de (onterechte) schorsing op 13 februari op 26 februari 2022 opeens met spoed besluiten moesten worden genomen die ertoe leidden dat [eiseres] uit de Tweede Kamerfractie werd gezet. Volt beschikte op dat moment nog steeds slechts over één relatief milde klacht op papier over het gedrag van [eiseres] . Verder beschikte Volt op dat moment over de brief van 23 februari 2022 van BING met de “Voortgang onderzoek”, waarin staat dat elf personen bij BING klachten hebben gemeld over [eiseres] (zie 2.13). Op grond van deze beide brieven kon niet worden geconcludeerd dat sprake is van “
een onoverkomelijk (politiek) conflict, het grof schenden van persoonlijke, financiële of maatschappelijke moraal/integriteit”, zoals artikel 26 onder b van het Fractiereglement vereist bij beëindiging van het fractielidmaatschap. In de brief van BING staat nota bene uitdrukkelijk vermeld “
dat het verbinden van inhoudelijke conclusies aan deze meldingen in dit stadium niet aan de orde is”. Ook de stelling dat Volt niet anders kon omdat [eiseres] niet mee wilde werken aan het onderzoek door BING wordt niet gevolgd. Het is volstrekt begrijpelijk dat zij niet wilde meewerken aan het reeds eenzijdig door Volt opgestarte onderzoek. Dat dit onderzoek zou worden uitgevoerd is niet met haar besproken, zij heeft geen invloed gehad op de opdracht aan BING en op de werkwijze, en zij wist aanvankelijk vijf dagen niet eens welke aard de klachten hadden. Het wantrouwen van [eiseres] jegens BING is dan ook reeds vanwege de wijze waarop de opdracht aan BING tot stand is gekomen en het onderzoek is gestart gerechtvaardigd. Ook kan geen rechtvaardiging worden gevonden voor het beëindigingsbesluit in de omstandigheid dat [eiseres] dit kort geding aanhangig heeft gemaakt. [eiseres] had het volste recht zich tot de rechter te wenden. Tot slot kan het [eiseres] niet kwalijk worden genomen dat zij persberichten heeft uitgebracht of anderszins de publiciteit heeft gezocht. Volt heeft er immers als eerste voor gekozen de publiciteit op te zoeken. Het is logisch dat [eiseres] ook haar kant van het verhaal naar buiten wilde brengen. Daarbij heeft zij zich – zoals zij ter zitting heeft betoogd – gematigd opgesteld. Al met al kan dus ook het beëindigingsbesluit geen stand houden.
social mediagezorgd. Zeer aannemelijk is dat [eiseres] hierdoor schade heeft geleden. Volt heeft in de hele discussie steeds gezegd dat medewerkers zich veilig moeten kunnen voelen, maar dat geldt natuurlijk ook voor [eiseres] . Toekenning van een voorschot op de immateriële schadevergoeding van € 5.000,- wordt in dit kort geding passend geacht. Voldoende aannemelijk is dat een bodemrechter, mocht die deze zaak ter beoordeling voorgelegd krijgen, tenminste dit bedrag zal toewijzen.
1.524,00
5.De beslissing
social media,voor zover dit de werkzaamheden van [eiseres] als Tweede Kamerlid en lid van de Voltfractie betreffen,