In deze zaak heeft de Rechtbank Amsterdam op 3 maart 2021 uitspraak gedaan in een meervoudige strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van meerdere diefstallen, bedreigingen en vernielingen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van de meeste ten laste gelegde feiten, met uitzondering van de diefstal van etenswaren bij de Dirk van de Broek op 12 november 2020. De vrijspraak was voornamelijk gebaseerd op de onvoldoende kwaliteit van de camerabeelden die gebruikt werden als bewijs. In zaak C, waar de camerabeelden enkel de toegangsdeur van een hotel toonden, kon niet worden vastgesteld dat de verdachte goederen had weggenomen. De rechtbank oordeelde dat de beelden niet voldoende duidelijk waren om een herkenning op te baseren, waardoor de verdachte niet kon worden veroordeeld voor de diefstal van laptops en telefoons. De rechtbank heeft wel bewezen verklaard dat de verdachte op 6 januari 2020 een flesje parfum en een tankpas uit een taxi heeft gestolen. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van zes maanden, waarbij rekening is gehouden met zijn recidive en de ernst van de feiten. De vordering van de benadeelde partij werd niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte van het feit waar de vordering op was gebaseerd, werd vrijgesproken.