ECLI:NL:RBAMS:2021:839

Rechtbank Amsterdam

Datum uitspraak
18 februari 2021
Publicatiedatum
3 maart 2021
Zaaknummer
13-013810-95 - 2021
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van terbeschikkingstelling en voorwaardelijke beëindiging van dwangverpleging

Op 18 februari 2021 heeft de Rechtbank Amsterdam uitspraak gedaan in de zaak van een ter beschikking gestelde man, geboren in 1960, die sinds 1996 onder toezicht staat na veroordeling voor zedendelicten met minderjarigen. De rechtbank heeft de vordering van de officier van justitie om de terbeschikkingstelling met één jaar te verlengen en de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen, toegewezen. De terbeschikkinggestelde heeft zich de afgelopen jaren positief ontwikkeld, onder andere door zijn verblijf in een wooninstelling en begeleiding van de reclassering. De rechtbank heeft geconstateerd dat hij zich aan de voorwaarden houdt en dat er voldoende externe risicomanagement is. De rechtbank heeft de adviezen van deskundigen en de reclassering in overweging genomen en heeft besloten dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd, maar dat de dwangverpleging onder voorwaarden kan worden beëindigd. De voorwaarden omvatten onder andere het niet plegen van strafbare feiten, het niet verlaten van Nederland, en het houden aan aanwijzingen van begeleiders. De rechtbank heeft de beslissing op de openbare zitting uitgesproken, waarbij de betrokken partijen zijn gehoord, waaronder de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman en deskundigen.

Uitspraak

beslissing

RECHTBANK AMSTERDAM

Afdeling Publiekrecht
Teams Strafrecht
Parketnummers: 13-013810-95 en 23-001195-16
Beslissing op de vordering van de officier van justitie in het arrondissement Amsterdam van 15 oktober 2020 in de zaak tegen:

[ter beschikking gestelde] ,

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedag] 1960,
thans wonende in [wooninstelling] ,
onder toezicht van [kliniek 1] ,
die bij arrest van het gerechtshof Amsterdam van 21 november 1996 ter beschikking gesteld werd, teneinde van overheidswege te worden verpleegd, welke terbeschikkingstelling laatstelijk bij beslissing van deze rechtbank van 26 november 2019 voor de tijd van één jaar werd verlengd.

De inhoud van de vordering

De vordering van de officier van justitie strekt tot het verlengen van de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar en voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, onder de voorwaarden zoals overeengekomen tussen de reclassering en de terbeschikkinggestelde.

De procesgang

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken in de zaak met bovenvermeld parketnummer, waaronder:
  • het op 24 september 2020 op grond van artikel 6:6:12, eerste lid van het Wetboek van Strafvordering uitgebrachte advies, strekkende tot verlenging van deze terbeschikkingstelling met één jaar en voorwaardelijke beëindiging van de verpleging van overheidswege, alsmede de daarbij overgelegde aantekeningen;
  • het op 10 augustus 2020 uitgebrachte reclasseringsadvies voorbereiding voorwaardelijke beëindiging dwangverpleging terbeschikkingstelling van de Reclassering Nederland Advies & Toezichtunit 5 [plaats 1] , opgesteld door R. Jens;
  • een proces-verbaal van aanhouding van deze rechtbank van 8 december 2020.
De rechtbank heeft op 18 februari 2021 de officier van justitie mr. M.L. Vermeulen, de terbeschikkinggestelde en diens raadsman mr. S. Burmeister, advocaat te Amsterdam, alsmede de deskundigen P.H.L. Smeets, verbonden aan de [kliniek 2] , en K. Natrop, als reclasseringswerkster verbonden aan de Reclassering Nederland [plaats 2] op de openbare terechtzitting gehoord. Hiervan is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

De beoordeling

Aan genoemd advies van [kliniek 2] van 24 september 2020 wordt het volgende ontleend, zakelijk weergegeven:

Kernproblematiek

Betrokkene is een zwakbegaafde man die veroordeeld is voor zedendelicten met minderjarigen. Hij is gediagnosticeerd met pedofilie van het niet-exclusieve type, een persoonlijkheidsstoornis NAO met antisociale en theatrale trekken en PTSS.

Behandelverloop en risicotaxatie

Betrokkene is in 2015 overgeplaatst naar de resocialisatieafdeling voor ex-longstay patiënten van de [kliniek 2] . Sindsdien heeft hij met name op het vlak van zijn persoonlijkheidsproblematiek een positieve ontwikkeling doorgemaakt. Hij staat steviger in zijn schoenen, is minder afhankelijk van goedkeuring van anderen, ontleent veel waardering aan zijn werk en heeft een relatie met een andere patiënt, waarin hij zich voor het eerst als persoon gezien en gewaardeerd voelt. Zijn transgender vriend(in) heeft geen seksuele delicten met kinderen gepleegd. Betrokkene geeft aan in seksueel opzicht een bevredigende relatie te hebben en niet gericht te zijn op (seksueel) contact met kinderen. Al deze aspecten dragen bij aan vermindering van het recidivegevaar en hebben ertoe geleid dat betrokkene in 2019 is verhuisd naar begeleid zelfstandig wonen, naar [wooninstelling] . Naast de progressie die hij zelf geboekt heeft wordt dit verantwoord geacht omdat er nog steeds sprake is van een ruime mate van extern risicomanagement. Die controle is noodzakelijk vanwege zijn kernproblematiek: er is sprake van pedofilie en een persoonlijkheidsstoornis NAO. Er is een rechtstreeks verband tussen stoornis en recidivegevaar.
Betrokkene heeft laten zien dat hij op een verantwoorde wijze omgaat met zijn vrijheden. Vanwege de cognitieve beperking was het van belang elke overgang voor hem overzichtelijk te houden. Bij elke verlofstap was ingebouwd dat nog een beroep kon worden gedaan op de mensen die hem in de daaraan voorafgaande fase begeleidden en dat er qua bejegening en risicomanagement zo min mogelijk veranderde. Pas als betrokkene aangaf dat hij zich in de nieuwe situatie op zijn gemak voelde en voldoende vertrouwen had in zijn nieuwe begeleiders werd het contact met de eerdere begeleiders verbroken

Koers en advies

Op deze wijze heeft betrokkene het afgelopen jaar definitief afscheid kunnen nemen van de [kliniek 2] en hebben reclassering en [wooninstelling] de regie gekregen. Sinds begin 2020 heeft hij proefverlof en dit verloopt voorspoedig. Hij houdt zich aan alle voorwaarden en afspraken, hij is voldoende open over de dagelijkse gang van zaken en de relatie met zijn partner. Betrokkene meldt gevraagd en ongevraagd aan zijn begeleiders wat hem bezighoudt. Inhoudelijke consultatie van de [kliniek 2] is afgelopen jaar nauwelijks nodig gebleken. Geadviseerd wordt, in samenspraak met de reclassering, de dwangverpleging voorwaardelijk te beëindigen en de tbs-maatregel te verlengen met één jaar. De voorwaarden zijn beschreven in het maatregelrapport en bij betrokkene bekend. Hij heeft aangegeven zich daar ook in de toekomst aan te zullen houden.
De deskundige Smeets heeft dit advies ter openbare zitting bevestigd en daar waar nodig aangevuld.
Aan genoemd reclasseringsadvies van 10 augustus 2020 wordt het volgende ontleend, zakelijk weergegeven:
Betrokkene is in het voorjaar van 2018 aangemeld bij de [wooninstelling] . Hij heeft zijn leven goed op orde. Hij werkt 5 dagdelen bij het Leger des Heils op de montage en inpak afdeling, waar hij tijdens het verrichten van zijn werkzaamheden begeleiding heeft. Zijn vrije tijd brengt hij samen met zijn vriendin door. Ook kijkt hij televisie of doet een spelletje en bij mooi weer maakt hij graag een fietstocht. Betrokkene laat zich goed begeleiden door zijn woonbegeleiders. De belangrijkste beschermende factoren zijn extern van aard en worden gevormd door de geboden structuur, het toezicht, de hulpverlening, zijn huidige relatie en zijn woonsituatie. De reclassering is zich ervan bewust dat duidelijkheid en langdurig geboden begeleiding en structuur voor betrokkene zeer belangrijk zijn. Tijdens het proefverlof, welke op 1 januari 2020 is gestart, laat hij zich goed begeleiden door de reclassering, zijn begeleiders van [wooninstelling] en [gemeentelijke instantie] . Hij houdt zich aan de gestelde voorwaarden en afspraken. Bovendien houdt hij iedereen op de hoogte van eventuele ontwikkelingen en zijn belevingswereld. De reclassering heeft hem voor relatie gesprekken bij de Waag aangemeld. Zijn partner is door de Van der Hoeven Kliniek bij de Waag aangemeld. Geadviseerd wordt om betrokkene in aanmerking te laten komen voor een voorwaardelijke beëindiging van de dwangverpleging onder de door de reclassering opgestelde voorwaarden.
De deskundige Natrop heeft dit advies ter openbare zitting bevestigd en daar waar nodig aangevuld.
De terbeschikkinggestelde heeft zich, bij de behandeling ter openbare zitting, bereid verklaard tot naleving van de voorwaarden.
Gelet op voormelde adviezen, het verhandelde ter zitting en de artikelen 38d en 38e van het Wetboek van Strafrecht, is de rechtbank van oordeel dat de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met één jaar wordt verlengd.
De rechtbank is verder van oordeel dat de verpleging van overheidswege voorwaardelijk dient te worden beëindigd. Daarbij overweegt de rechtbank dat de veiligheid van anderen, dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat er voorwaarden betreffende het gedrag van de terbeschikkinggestelde worden gesteld. De rechtbank neemt de door de reclassering opgestelde voorwaarden, zoals aangevuld ter openbare zitting, hiervoor over.

Beslissing

De rechtbank wijst de vordering van de officier van justitie toe en verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling van
[ter beschikking gestelde]met
één jaaren beëindigt de verpleging van overheidswege voorwaardelijk onder de volgende voorwaarden:
Stelt als voorwaarden:

Recidive

Betrokkene maakt zich niet schuldig aan het plegen van strafbare feiten en komt niet in aanraking met de politie.

Buitenland

Betrokkene zal zich niet buiten de Nederlandse grenzen begeven.

Begeleiding door een [wooninstelling]

Betrokkene zal zich houden aan de aanwijzingen van zijn begeleiders van de [wooninstelling] . De reclassering zal regelmatig contact met hen hebben. Betrokkene geeft de reclassering toestemming om bij zijn begeleiders te informeren naar de voortgang van de begeleiding.

Huisvesting

Betrokkene zal niet zonder overleg en toestemming van de reclassering verhuizen.

Dagbesteding

Betrokkene zal een dagbesteding volgen in de vorm van (vrijwilligers)werk en/of een opleiding. Hij verandert niet van dagbesteding zonder overleg en toestemming van de reclassering. De reclassering krijgt toestemming om contact te onderhouden met zijn werkgever, indien geïndiceerd.

Vrijetijdsbesteding

Betrokkene zal zijn bezigheden in zijn vrije tijd inzichtelijk maken.

Financiën

Betrokkene zal zijn financiën inzichtelijk maken voor de reclassering. Betrokkene zal, indien de reclassering dit nodig acht, begeleiding accepteren bij het op orde brengen en houden van zijn financiële situatie, door een externe deskundige instelling, zolang als de reclassering dit nodig acht.

Poliklinische begeleiding/behandeling

Als de reclassering dit nodig acht werkt betrokkene mee aan een behandeling bij een forensische polikliniek, bijvoorbeeld De Waag of soortgelijke instelling, zolang die instelling en/of de reclassering dat nodig achten.

Netwerk

Betrokkene geeft openheid over zijn netwerk. Hij geeft de reclassering toestemming contact op te nemen met zijn netwerk.

Relatie

Betrokkene geeft openheid over zijn relatie. Indien hij, zijn partner, en/of de reclassering dit nodig acht zal betrokkene zijn medewerking en actieve inzet verlenen aan relatiegesprekken.

Controle digitale gegevensdragers

Betrokkene zal zich op welke wijze dan ook onthouden van:
- het op digitale wijze met een seksuele intentie communiceren met minderjarigen;
- gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
- gedragingen die zijn gericht op internetomgevingen waarin over seksuele handelingen met minderjarigen wordt gecommuniceerd;
Betrokkene verleent zijn medewerking aan controle door de politie van zijn computer(s) en andere apparatuur waarop afbeeldingen (kunnen) worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. Betrokkene zal wachtwoorden benodigd om toegang te krijgen tot computerbestanden overleggen aan de politie en/of de reclassering. Indien nodig zal hij zijn medewerking verlenen aan het onder toezicht ontgrendelen van bestanden.

Contact met kinderen

Betrokkene bevindt zich niet alleen met één of meer minderjarige kinderen in een woning. Hij zoekt buiten een woning geen toenadering tot minderjarige kinderen en zal zich niet met minderjarigen ophouden.

Contactverbod

Betrokkene mag op geen enkele wijze – direct of indirect – contact opnemen, zoeken of hebben met [slachtoffer] ;

Reclasseringsbegeleiding

Betrokkene stelt zich begeleidbaar op en gedraagt zich naar de aanwijzingen hem te geven door de reclassering.

Forensisch Psychiatrisch Toezicht

Betrokkene verleent medewerking aan forensisch psychiatrisch toezicht, ook wanneer dit inhoudt dat betrokkene voor een time-out wordt teruggeplaatst bij de [kliniek 2] . De [kliniek 2] en reclassering zijn in het kader van forensisch psychiatrisch toezicht overeengekomen dat:
Betrokkene, indien noodzakelijk, voor een time-out teruggeplaatst kan worden bij de [kliniek 2] . Deze time-outplaatsing duurt in ieder geval zolang als nodig is om betrokkene op verantwoorde en veilige wijze terug te laten keren naar de omstandigheden voorafgaand aan de time-out, in beginsel maximaal zeven weken. Deze periode kan eenmaal met zeven weken verlengd worden. Tijdens de time-out zullen partijen in overleg beslissen of en op welke wijze voortzetting van het traject al of niet mogelijk en haalbaar is. Indien nodig kan de reclassering telefonisch advies vragen aan- en gebruik maken van de expertise van de [kliniek 2] . Zij zullen geen structurele
begeleiding en/of behandeling aanbieden.
Draagt aan Reclassering Nederland, Advies & Toezichtunit 5 [plaats 1] , op de terbeschikkinggestelde bij de naleving van de voorwaarden hulp en steun te verlenen.
Deze beslissing is gegeven door
mr. H.E. Hoogendijk, voorzitter,
mrs. I. Mannen en P.J.H. van Dellen, rechters,
in tegenwoordigheid van E.J.M. Veerman, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting van deze rechtbank van 18 februari 2021.