Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
INTERNATIONALE RECHTSHULPKAMER
Prosecutor General’s Office of the Republic of Lithuania(Litouwen) en strekt tot de aanhouding en overlevering van:
1.Procesgang
2.Identiteit van de opgeëiste persoon
3.Grondslag en inhoud van het EAB
ruling on imposing coercive measure arrest (criminal case no. 1-189-972/2021), uitgevaardigd door het
Klaipeda District Court(Litouwen) op 9 februari 2021.
4.Verklaring van de opgeëiste persoon
5.Standpunten van de raadsvrouw en de officier van justitie
6.Artikel 40, tweede lid en onder b, OLW jo. artikel 36 OLW
kanaanhouden als er – kort gezegd – nog sprake is van een openstaande zaak. Gelet op de omstandigheid dat de opgeëiste persoon zijn advocaat heeft gemachtigd voor de procedure omtrent de strafbeschikking en heeft aangegeven afstand te doen van zijn recht om aanwezig te zijn bij de procedure in eerste aanleg (en bij een eventueel hoger beroep), en gelet op het standpunt van de officier van justitie daaromtrent, is de rechtbank van oordeel dat artikel 40, tweede lid en onder b, OLW niet aan overlevering in de weg staat.
7.Garanties en bedingen
7.Slotsom
8.Toepasselijke wetsartikelen
9.Beslissing
Prosecutor General’s Office of the Republic of Lithuania(Litouwen).