Uitspraak
RECHTBANK AMSTERDAM
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Vordering en procesverloop
3.Grondslag van de vordering
4.Wederrechtelijk verkregen voordeel
€ 772.214,-.[naam BV 1] heeft daarbij ook kosten bespaard door het digestaat niet regulier af te voeren. De totale kostenbesparing, uitgaande van verbrandingskosten, is berekend op (€ 248.258,13 + € 523.719,24)
Het totale wederrechtelijk verkregen voordeel is dus € 772.214,- + € 771.977,- =
€ 1.544.191,-. Omdat uit geanalyseerde bankgegevens blijkt dat de inkomsten van [naam BV 1] in de jaren 2016 en 2017 in min of meer gelijke bedragen zijn doorbetaald aan de holding van [naam 1] en zijn broer, vindt het Openbaar Ministerie het redelijk om niet het gehele bedrag te ontnemen, maar het voordeel pondspondsgewijste verdelen tussen [naam BV 1] en [naam 1] . Het wederrechtelijk te ontnemen voordeel komt dan uit op een bedrag van
€ 1.544.191 / 2 =
€ 772.095,50.
5.Overschrijding van de redelijke termijn
6.De verplichting tot betaling
7.Toepasselijke wettelijke voorschriften
8.Beslissing
6 december 2021.