Uitspraak
1.Het onderzoek ter terechtzitting
11 augustus 2021.
2.Tenlastelegging
3.Voorvragen
4.Waardering van het bewijs
wist of ernstige reden had te vermoeden.Dit moet leiden tot ontslag van alle rechtsvervolging.
5.Bewezenverklaring
6.De strafbaarheid van de feiten
,omdat een van de bestanddelen van het delict, te weten:
“terwijl hij wist of ernstige reden had te vermoeden”, in de tenlastelegging ontbreekt.
7.De strafbaarheid van verdachte
8.Plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders
9.De vordering van de benadeelde partij
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Beslissing
[verdachte], daarvoor strafbaar.
één jaar.
[benadeelde partij]toe tot een bedrag van € 450,- (vierhonderdvijftig euro) aan vergoeding van materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente daarover vanaf het moment van het ontstaan van de schade, te weten 7 mei 2021, tot aan de dag van de algehele voldoening.